President Chan Santokhi overhandigt een voedingsvoucher aan een van de geselecteerde organisaties. Het gaat om bonnen tussen US$ 750 en US$ 1.500.
28 opvanginstellingen waaronder tehuizen voor kinderen, senioren, mensen met een beperking en dak- en thuislozen hebben voedingsvouchers ter waarde van US$ 750 en US$ 1.500 ontvangen. Het gaat om een initiatief van de Foundation for Research and Development in Caribbean Communities (FRDCC), met ondersteuning van de Chinese ambassade. De ceremonie vond woensdag plaats in de Congreshal en markeert het tweede deel van een driedelig project. President Chan Santokhi, de Chinese ambassadeur Lin Ji en Soulamy Laurens van FRDCC hebben de vouchers uitgedeeld.

Door de samenwerking tussen Suriname, de Chinese ambassade en de FRDCC krijgen de instellingen een extra ondersteuning in deze feestmaand. De president benadrukte dat China een strategische partner is voor Suriname. "Deze samenwerking gaat verder dan alleen overheden. Het is een samenwerking tussen volkeren. Dit project laat zien hoe gezamenlijke inspanningen onze kwetsbare groepen rechtstreeks ondersteunen. Sociale programma's zoals deze zijn tijdelijk, omdat we ernaar streven onze economie structureel te herstellen. Maar totdat dat doel is bereikt, zullen we er alles aan doen om degenen die hulp nodig hebben niet in de steek te laten."

Laurens legt uit dat het project drie fasen heeft. Allereerst is er een baseline studie gedaan waardoor de noden van de organisaties zijn geïdentificeerd. De dagelijkse voeding zijn voor veel organisaties een enorme uitdaging, vooral met de feestdagen. In fase twee is hulp geboden door voedingsvouchers te geven aan de instanties. De goederen zullen in drie termijnen verstrekt worden via Kasi-Trading die ook in diverse sociale projecten participeert. Het project wordt gecoördineerd door Bureau Eenheid, werkarm van de president.

De derde fase van het project houdt in dat er een workshop zal worden gehouden voor de instellingen. Zij zullen getraind worden om hun capaciteit op te voeren om toegang te kunnen hebben voor subsidies en andere financiële bronnen.