Enkele weken geleden werden mij, als oud-notaris, de volgende gevallen voorgelegd:
Verkoper en koper (een stichting) verzoeken notaris A om een mondelinge koopovereenkomst van een bloot perceel, gelegen in het district Wanica, in een leveringsakte (transportakte) vast te leggen. De stichting werd statutair vertegenwoordigd door de twee bestuursleden.

Verkoper en koper verzoeken notaris B om een leveringsakte op te maken; zij waren met elkaar een mondelinge koopovereenkomst aangegaan van een bloot perceel, gelegen in het district Wanica.

Schenker en begiftigde zijn mondeling een schenkingsovereenkomst aangegaan van een bloot perceel, gelegen in het district Wanica, en verzoeken notaris B om een leveringsakte op te maken.

In de gevallen 1 en 2 hadden partijen de betaling van de koopsom onderling geregeld. In die gevallen maakten notarissen A en B een ontwerp van een schriftelijke koopovereenkomst en een ontwerp van een leveringsakte op. In geval 3 werd door notaris B een ontwerp van een schriftelijke schenkingsovereenkomst en een ontwerp van een leveringsakte opgemaakt. Alle zes ontwerpen werden aan mij door de kopers en de begiftigde voor advies voorgelegd.

In geval 1 vroeg de koper, op mijn advies, aan notaris A of de koop en levering niet in één akte konden worden opgenomen, namelijk de leveringsakte. Notaris A zei: in Nederland kan dat wel, doch in Suriname niet, omdat de wet (nieuw BW) dat niet zou toestaan. Het verzoek van de koper of ik hierover contact met notaris A kon opnemen, werd niet op prijs gesteld. Omdat partijen haast hadden, werden beide akten in geval 1, in totaal ongeveer 15 bladzijden beslaand, getekend en aan elkaar vastgehecht.

Bij notaris B hadden koper en begiftigde meer succes. Deze nam mijn advies over en passeerde alleen de leveringsakten, waarin van de koop respectievelijk de schenking melding werd gemaakt.

In geval 1 vond notaris A het bovendien noodzakelijk dat ook notulen werden opgemaakt van de vergadering van de twee bestuursleden van de stichting, waarin zij besloten tot koop; een overbodige handeling, aangezien zij daartoe statutair volledig bevoegd waren. In dit geval werden er uiteraard kosten in rekening gebracht voor de koopovereenkomst, de notulen en de leveringsakte.

Bij bestudering van de wetgeving en de toelichting bleek mij dat er helemaal geen verschil is tussen Nederland en Suriname met betrekking tot de levering van onroerende goederen. Als partijen niet direct tot levering overgaan, wordt in geval van koop een schriftelijke koopovereenkomst aanbevolen ter voorkoming van misverstanden later. Een mondelinge koopovereenkomst is rechtsgeldig, doch als partijen over de inhoud daarvan van mening verschillen, dan is de gang naar de rechter noodzakelijk, omdat zo’n overeenkomst vernietigbaar is en niet nietig.

Conclusie: ik denk dat meerdere notarissen de opvatting hanteren eerst een schriftelijke koop- respectievelijk schenkingsovereenkomst op te maken en direct daarna de leveringsakte. Er is geen enkel verschil tussen het Nederlandse en Surinaamse recht en de oude transportakten van vóór het nieuwe BW voldoen nog steeds. Mijn verzoek aan hen is: bestudeer de nieuwe wetgeving, vergelijk die met de oude, zie de verschilpunten en bespaar de cliënten onnodige kosten.

Mijn leermeester bij de opleiding tot notaris, prof. mr. A.R. de Bruijn, zei: “Als jullie studenten notaris worden, denk aan de gouden regel: de beste oplossing tegen de minste kosten; dan pas ben je een goede notaris: noblesse oblige!”

Mr. S. Gangaram Panday
(oud-notaris en gewezen voorzitter van de Commissie Nieuw Burgerlijk Wetboek)