De resultaten van het HAVO-examen vallen dit jaar helaas bijzonder tegen. Bij de reguliere examens slaagde slechts ongeveer 26% van de leerlingen. Na de herexamens steeg dit percentage naar ongeveer 46%. Dat is relatief laag, zeker gezien de versoepeling van de slagingsnormen bij de herexamens. De oorzaken hiervan liggen echter niet alleen bij de leerlingen, maar ook bij beleidskeuzes, de examenstructuur en de leerplanning.

Enkele belangrijke oorzaken van de tegenvallende resultaten:
1. Het besluit om SO 3 alsnog te houden werd op het laatste moment genomen, waardoor leerlingen minder voorbereidingstijd hadden voor zowel SO 3 als het examen.

2. Onverwachte toetsstructuren en afwijkingen van de eindtermen. Hoewel de leerstof bekend was, verschilden de opgaven sterk in opbouw en stijl van de SO’s. Bij Economie werd bovendien stof getoetst die buiten de eindtermen viel.

3. Fouten en onduidelijkheden in examenopgaven veroorzaakten frustratie.

4. Leerlingen afkomstig van de MULO hadden nog steeds achterstanden door de COVID-periode.

5. Veel herhalingen in de examenstof zorgden ervoor dat zwakke onderdelen meerdere keren zwaar meetelden, wat nadelig uitpakte.

6. Kettingopgaven bij exacte vakken: één fout maakte een hele opgave onoplosbaar en beïnvloedde de eindscore onterecht zwaar.

7. Leerlingen in het tweejarige HAVO hebben weinig keuzevrijheid.

8. De Inspectie VOS doet weinig tot geen onderzoek naar structurele problemen per vak. Curricula worden vaak opgelegd zonder voldoende afstemming met het veld.

9. Wiskunde P sluit onvoldoende aan bij de oorspronkelijke bedoeling (ondersteuning van Economie 1) en lijkt meer op Wiskunde Q van het VWO.

10. Gebrek aan creatieve en praktische toetsvormen naast de gebruikelijke schriftelijke examens.

11. Korte periodes van circa vier weken met aansluitende toetsen leggen onnodige druk op leerlingen en leraren en belemmeren diepgaandere verwerking van leerstof.

12. Slechte afstemming tussen MULO en HAVO, met grote verschillen in niveau en verwachtingen.

Voorstellen voor verbetering op korte termijn
:
1. Geef onderwijsinstellingen en secties meer ruimte om het curriculum grondig te evalueren en herhalingen te verminderen.

2. Werk met duidelijke eindtermen en wekelijkse planningen, zodat leerlingen en leraren meer structuur hebben.

3. Publiceer tijdig een jaarprogramma met een heldere planning voor SO’s en examens.

4. Verplaats intersectievergaderingen naar het einde van het schooljaar, zodat aanpassingen direct doorgevoerd kunnen worden.

5. Schaf kettingopgaven af of pas deze aan, zodat één fout niet het hele resultaat ondermijnt.

6. Breid de vakkenkeuze uit door profielen in te voeren, zoals bij de driejarige HAVO.

7. Laat IVOS structureel onderzoek doen naar vakken met slechte landelijke prestaties en verbeter deze gericht.

8. Herzie het curriculum voor Wiskunde P, zodat het beter aansluit op de ondersteunende rol bij Economie 1.

9. Introduceer meer creatieve en praktische toetsvormen naast schriftelijke examens.

10. Overweeg een systeem met zowel schoolexamens als centrale examens, vergelijkbaar met Nederland, om de druk te verlichten.

11. Verminder het aantal toetsmomenten in HAVO 4 en introduceer creatieve opdrachten.

12. Verbeter de aansluiting tussen MULO en HAVO.

Samen op weg naar betere resultaten

Embrace feedback, only then we can truly improve education.

Erak Fatehmohamed