Enkele leden hebben via de vaste Commissie van Onderwijs en Gezondheid, recentelijk een formele brief gestuurd aan het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, waarin wij onze bezorgdheid uiten over het besluit om het GLO-eindexamen af te schaffen en te verplaatsen naar het 10e leerjaar. Wij zijn van mening dat dit besluit niet in overeenstemming is met de Onderwijswet en dat een grondige herziening noodzakelijk is om de belangen van onze jeugd te waarborgen.

Onderwijs vormt de basis en het fundament voor de ontwikkeling van onze jeugd en de toekomst van ons land. Het waarborgen van een degelijk en rechtvaardig onderwijssysteem is essentieel voor de vooruitgang van zowel individuen als de samenleving als geheel. Daarom maken wij ons ernstige zorgen over de impact van de voorgenomen wijzigingen op de kwaliteit en toegankelijkheid van ons onderwijs.

In onze brief hebben wij benadrukt dat het afschaffen van het GLO-eindexamen in strijd is met de bestaande Surinaamse onderwijswetgeving, die duidelijke richtlijnen geeft voor de structuur en evaluatie binnen het onderwijs. Daarnaast hebben wij verwezen naar de normen en verplichtingen van SDG 4 (kwaliteitsonderwijs) en Surinames verantwoordelijkheden als lidstaat van UNESCO. 

Wij vinden het van groot belang dat elke  verandering in het onderwijsstelsel zorgvuldig wordt overwogen, gebaseerd op degelijke pedagogische principes en met oog voor de beste uitkomsten voor onze leerlingen. Verder hebben wij in onze brief verschillende andere knelpunten binnen het onderwijs aangekaart, waaronder het tekort aan
leermaterialen, de verhoging van schoolgelden, het gebrek aan gekwalificeerde leerkrachten en de ongelijkheid in
onderwijskansen voor kinderen in het binnenland. Deze kwesties vragen om dringende aandacht en moeten serieus worden meegenomen in het besluitvormingsproces.

Wij hebben tevens verzocht om een gesprek met het ministerie om deze punten nader te bespreken en gezamenlijk tot de beste oplossingen te komen. Wij wachten nu op een reactie en hopen op een constructieve dialoog.

Refaja Lindveld, voorzitter van de vaste Commissie Onderwijs en Gezondheid
Shemar Rier, voorzitter van de vaste commissie Rurale Jeugd
Sercheenio Moeljakarta, voorzitter van de vaste commissie Nationale en Internationale betrekkingen
Jeremiah Pinas, voorzitter van de vaste Commissie Kinderarbeid, Jeugdwerkgelegenheid & Ondernemerschap.