Elk mens draagt zijn eigen wonden en de littekens daarvan – zichtbaar of onzichtbaar. Deze wonden worden toegebracht door onze daden, aan onszelf of aan anderen. In een land is de regering, gekozen door het volk, verantwoordelijk voor het welzijn van elke burger. We kiezen leiders om ons te leiden naar vrede, ontwikkeling, eerlijkheid, rechtvaardigheid, democratie, vrijheid, eenheid en welvaart.

Toch zien we keer op keer hetzelfde patroon: bijna elke handeling van voorgangers wordt afgewezen, projecten verdwijnen in ladenkasten, besluiten worden teruggedraaid, functionarissen vervangen. Het lijkt een cyclus van vijf jaar die zich herhaalt in Suriname. Natuurlijk zijn er politieke benoemingen en zijn er fouten gemaakt. Maar het kan nooit zo zijn dat geen enkele regering iets goeds heeft gedaan of daaraan is begonnen.

We hebben een troep gemaakt van ons onderwijs, terwijl kennis juist de kracht van een volk is. We beseffen niet hoeveel we kapot maken door koppigheid, zelfverheerlijking, arrogantie, egoïsme en gewoon domheid. We ontnemen onze kinderen hun eigen dromen, putten het land uit met onze drang naar materieel gewin, en denken dat het vanzelf wel een keer goed komt.

Het lijkt wel een spel van kop of munt. Is partij A aan de macht, dan is alles wat partij B deed waardeloos. Komt partij B aan de macht, dan is het werk van partij A niets meer waard. De verliezers van dit spel zijn wij, de burgers, de Surinamers. Wij die keer op keer hopen dat onze leiders het beter zullen doen, maar telkens worden we teleurgesteld. Het wordt niet beter; wij blijven de prijs betalen van onze goedgelovigheid.

Onze wonden krijgen geen kans om te helen; er komen steeds nieuwe bij. De littekens zijn misschien onzichtbaar, maar ze zijn er wel. We kunnen blijven filosoferen over waarom we blijven hangen, waarom we met onze culturele en natuurlijke rijkdommen en onze relatief kleine bevolking geen welvaart en ontwikkeling bereiken in eenheid. Waarom lukt het andere landen, soms met veel minder middelen, wel om vooruitgang te boeken en te werken voor het collectief in plaats van het eigen belang?

Surinamers die liefde en wil hebben voor het land en elkaar, worden overgeslagen omdat ze niet mee willen doen aan het politieke 'voor wat hoort wat'-spel. Zij die niet in het politiek gekrakeel verstrikt willen raken, worden buitengesloten.

Maar misschien is het tijd om te stoppen met die eindeloze cirkel van verdeeldheid en wantrouwen. Echte verandering begint niet bij de volgende verkiezingen, niet bij nieuwe leiders alleen, maar bij onszelf. Bij het besef dat onze grootste kracht ligt in onze eenheid, in het samenwerken voor het gemeenschappelijk belang, voorbij partijgrenzen en persoonlijke belangen. Alleen dan kunnen we onze wonden helen, onze littekens laten vervagen en bouwen aan een toekomst waarin onze kinderen vrij zijn om hun dromen te volgen, en ons land bloeit voor iedereen.

Indra Toelsie