President Jenny Simons spreekt de nieuwe ministers en de genodigden toe.
“Niemand kan u een opdracht geven namens mij. Of ik geef het u rechtstreeks, of u heeft het zwart-op-wit door mij ondertekend.” Duidelijke woorden van president Jenny Geerlings-Simons, woensdag, direct nadat zij op het presidentieel paleis vijftien ministers en drie onderministers van haar kabinet heeft beëdigd.

In haar beëdigingstoespraak tot de nieuwe bewindslieden gaf Simons aan dat dit de werkwijze en het principe zal zijn bij de uitvoering van het toekomstig beleid, omdat dit transparantie en eerlijkheid bevordert. “Het is omdat we het anders willen doen en dat ook beloofd hebben aan de samenleving,” zei Simons.

Het staatshoofd benadrukte dat opdrachten niet worden gegeven vanuit politieke partijen, thuis bij een minister of door wie dan ook, maar uitsluitend door haar. Zij riep de nieuwe bewindslieden op dit duidelijk over te brengen binnen hun politieke organisaties, thuis en overal waar zij verblijven. “Niemand mag u opdrachten geven, en niemand mag uw naam gebruiken om zaken te doen,” betoogde Simons.

Het nieuwe kabinet

Eenheid in regering nastreven
Eerder op de dag zei het staatshoofd tijdens een persmoment dat het in haar visie de taak van een president is om eenheid in de regering na te streven. Er is bij haar geen ruimte voor eilandjes. Verschillen in beleidsinzichten moeten besproken en goed gecommuniceerd worden. Dat betekent niet dat persoonlijke meningen niet worden gerespecteerd.

Zich richtend tot de nieuwe ministers en onderministers zei Simons: “We hebben vooraf met elkaar gesproken over het aanvaarden van deze taak, en over het werken aan de verbetering en versterking van wat al tientallen jaren beter kan in ons land. Het is een indringende en noodzakelijke opdracht dat ons bestuur effectiever en transparanter wordt – niet alleen vandaag, maar in alles wat we doen.”

Simons hield de bewindslieden voor dat er in de gesprekken vooraf weinig is beloofd en dat er nog veel onduidelijk is over “de taak die we op ons hebben genomen”. Het zal veel van hen vergen, omdat zij verandering nastreven. “IJver en integriteit – dat zijn de waarden die ons drijvend zullen houden. Ik wens dat we samen een regeerteam vormen waarin wij gezamenlijk het beleid maken, en waarin de ministers de uitvoerders zijn van dat beleid.”