Column: Borrelpraat no. 773

“De kogel is door de kerk: de koning der Nederlanden heeft in navolging van zijn minister-president zijn welgemeende excuses voor het slavernijverleden aangeboden.”
“Schitterend en net als Ruttgrutte eindigde hij met enkele woorden in het Sranan Tongo, oooow, wat tril ik van emotie daarbij: koning ben taki unu tongo.”
“Ik vind dat toch wel een markant hoogtepunt.”
“Ik denk aan die uitspraak in onze Winnetou-jeugdboeken: ‘Hawg, Rode Bizon zeggen: blanke man praten met gespleten tong.”
“Nou, die bruine en zwarte mannetjes van ons hier hebben het dan goed geleerd: heb je gehoord hoe onze Biebisman, de toekenning van een riante koopkrachtversterking voor de Pres, de Veepee en ministers goedpraat?”
“Ja, ook zij hebben uitgaven, och arme ministers!”
“Opdracht no. 1 van ons Zuiplappen-tribunaal aan de nieuwe president is: ‘Schaf het salaris van ministers af. Punt.”
“Maar dan gaat niemand minister meer willen worden.”
“Wat zal dat een zegen voor ons land zijn, want wat hebben al die honderden ministers, op een paar uitzonderingen na, ons sinds de onafhankelijkheid  gebracht?”
“Tja, wat? Een massale plundering van alles wat los- en vastzat, de ene regeerbende nog erger dan de andere. Geen enkele uitgezonderd.”
“Ze hebben net zo gedaan als die zwervers en junks die het monumentale gebouw van Financiën tot en met de toren aan het slopen zijn.”
“Een beleid, een huishouding van Jan Steen en Been. Bijvoorbeeld: pas nu er massaal verlies wordt geleden in de luchtvaartsector, gaat de Knoeiers Club snelsnel assistent-luchtverkeersleiders opleiden.”
“En een kletsmajoor daar durft nog te suggereren dat het uitvallen van luchtverkeersleiders een vakbondsactie was.”
“Ja noh? Dus beste mensen, gedupeerde passagiers en exporteurs van zoveel ton vis: het is niet onze schuld, hòr, maar van die stoute, luie, steeds verzuimende, geldzuchtige, klagende, veeleisende luchtverkeersleiders.”
“Jawel, is hun skuld hor! Niet van ons belabberde regeerders die al tientallen jaren alleen maar lijken te kunnen vliegen en liegen.”
“Meester, ze gaan je straks op het politiebureau ontbieden wegens het beledigen van het wettelijke gezag en het opruien van de bevolking middels dit zuiplappen tribunaal."
“Dan moeten jullie ook Morello voor me brengen om te roken in de cel.”
“We dwalen weer af. Wat vonden jullie van die excuses over dat slavernijverleden?"
“Leuk, mooi, geweldig, maar verder heb ik er geen boodschap aan. Ik zit hier opgescheept met beleidsvoerders die niet eens de hoofdwegen regelmatig kunnen onderhouden en gevaarlijke gaten kunnen doen dichten. Gaan die geweldige excuses dat doen?”
“Je kletst! Excuses zijn een goed begin van 'healing'. En dat levensgevaarlijke gat bij die slagerij aan de Gemenelandsweg is toch zo prachtig gedicht?”
”Ja, nadat het op FB was gepubliceerd en velen elk gevaarlijk gat in de weg een code gaven.”
“Welke code?”
“Nur-1, Nur-2, Nur-3, die is nu gedicht…”
“Maar ik zag in de krant een foto van Nur 234 aan de Gompertstraat in Noord: in die met water gevulde kraters lagen er losgerukte onderdelen van wagens.”
“A olo e fungeer leki wagi-sloop.”
“Maar er is geen geld op de begroting om de gaten te dichten.”
“Zo heeft een ander ministerie ook geen middelen genoeg om de overuren van politieagenten te betalen; die zijn bij officieel schrijven beperkt.”
“Nou, snelsnel is die maatregel aangehouden, want anders den skoowtu b’o kon ini opstand.”
“De Bond zegt: er is een tekort aan personeel, net als bij die luchtverkeersleiders: dus de overgebleven ambtenaren moeten maar overuren maken.”
“Dat is wel lekker meegenomen als versterking van hun inkomen, maar dat sloopt jou en je gezinsleven.”
“De Politiebond zegt: daarom overlijden zoveel agenten kort na hun pensionering.”
“Is echt niet alleen daardoor, maar ook door overgewicht en regelmatig veel alcohol en andere roesmiddelen tot zich nemen.”
“Ja, net zoals die ene wets- en gewelddienaar die stomdronken een aanrijding maakt, de benadeelden mishandelt, een vrouw daarbij knock-out slaat met ‘iets’, zijn collega’s rammelt die hem komen ophalen en op het bureau trapt hij nog erbij het meubilair kapot.”
“Ik denk dat die avond in de politiecel de alcohol stevig uit zijn lijf is getimmerd.”
“Maar die criminelen worden steeds driester; zelfs een opa op een rolstoel wordt tot in huis beroofd."
“Gelukkig heeft het RBTP snel een bende van vier opgepakt die gewelddadig winkels beroofde.”
“En dan hoor je een of andere Inspek van de Politie tot driemaal toe tijdens een interview over de radio met stemverheffing verklaren dat ‘de politie het gebruik van illegale wapens niet zal aanmoedigen. En we zijn nog niet klaar met die zaak.”
“Dat zei hij omdat op last van het OM die oma die zich met succes met een illegaal wapen had verdedigd, waarschijnlijk onder druk van de publieke opinie naar huis gestuurd is.”
“Laat de politie liever het illegaal vuurwapenbezit onder criminelen terugdringen. Gelukkig babbelen die agenten van het RBTP niet over de radio; ze treden op in het veld."
“En dan moet men maar sneller de aanvragen voor een legaal wapen afhandelen. Anders maakt men de aanvraagprocedure ‘tyuku-gevoelig.”
“Beslissing 2 van ons Tribunaal: ’Aanvragen voor een wapenvergunning die na 6 maanden niet zijn toegewezen of met harde argumenten zijn afgewezen, worden beschouwd als te zijn goedgekeurd. Hetzelfde geldt voor grondaanvragen en andere vergunningaanvragen.”
“Dan is het afgelopen met dat tyukubetalen-gedoe.”
“En intussen veroorzaken door-rood-rijders steeds weer verschrikkelijke aanrijdingen.”
“Beslissing no. 3 van dit Zuip Tribunaal: Vanaf de tweede wagen die door een rood stoplicht rijdt, geldt een boete van vijfduizend srd; je kan ook pinnen bij de agent.”
‘En wattebout de bussen die elke ochtend met een rotgang op het fietspad van de Indira Ghandiweg naar de stad racen?”
“Sta dat toe, maar dan alleen tijdens de spits en vanaf De Nieuwe Grond. De bussen rijden max 45 km per uur, stoppen dan nergens meer om mensen in- en uit te laden en gaan tot aan het begin van de Nieuw Weergevondenweg."
“En dan?”
“Daar stapt iedereen over in gratis slandsbussen naar de stad en de PL-bussen gaan terug om weer een triep vanuit Lelydorp te rijden.”
“En na de spits?”
“Dan rijdt iedereen weer zoals normaal.”
“Dat vraagt organisatie, controle en begeleiding van meerdere diensten en dat kunnen we in dit land maar heel moeilijk.”
“Dan zullen we maar al klagend en scheldend op elkaar, zo blijven voortmodderen.”
“Heren, ik wil weer eens lekker ouderwets minstens een maand lang werken, zonder al die feestelijke onderbrekingen.”
“Daar proost ik op: feesten kweekt beesten; werk maakt sterk.”
“Maar ik wilde die kiek van het zogenaamd verloten van auto’s als hobby bespreken.”
“Volgende keer, jongere vriend. In ieder geval is die ene DC van Sipaliwini in mijn ogen een held; zij weigert bij voorbaat elk gegeven paard op wielen van Zijne Excellentie Von Koeienstaart te accepteren. Mevrouw Leeuw is goed. Proost op haar.”
“Ja, proost. Dit land is nog niet verloren.”
 
Rappa