Onvermogen beschermen mensenrechten in kwestie Pikin Saron
10 Jun, 16:43
foto


Als Stichting 8 december 1982 zijn wij diep verontrust over het gebrek aan adequaat handelen van het Openbaar Ministerie (OM) bij het beschermen van de mensenrechten van slachtoffers en nabestaanden van Ivanildo Dijksteel en Martinus Wolfjager. Het recente voorbeeld van het ontbreken van een obductierapport in de zaak van Ivanildo Dijksteel en Martinus Wolfjager, die omkwamen op 2 mei in de omgeving van Pikin Saron en Bigi Poika, is een illustratie van deze onvermogen.

Het feit dat het OM  na een maand nog steeds niet beschikt over het obductierapport van de patholoog-anatoom is een duidelijk teken van gebrek aan voortvarendheid. Het OM heeft de verantwoordelijkheid om de nabestaanden tijdig en volledig te informeren over de doodsoorzaak van hun dierbaren. Door deze vertraging worden de nabestaanden in onzekerheid gelaten en worden hun recht op waarheid en gerechtigheid geschonden.

Het OM heeft aangegeven dat er een gerechtelijk vooronderzoek loopt en dat de afdeling Onderzoek Personeels Zaken (OPZ) van het Korps Politie Suriname onder leiding van het OM het onderzoek uitvoert naar het gebruik van vuurwapengeweld bij de aanhouding van de verdachten. Echter, het feit dat dit onderzoek nog niet is afgerond en er nog geen duidelijkheid is over de resultaten, getuigt van een gebrek aan effectiviteit en transparantie. Dit ondermijnt het vertrouwen van de nabestaanden in het rechtssysteem en schendt hun recht op een eerlijk proces.

Hoewel het OM beweert dat de patholoog-anatoom over de nodige deskundigheid beschikt om een onafhankelijk onderzoek naar de doodsoorzaak uit te voeren, is de vertraging bij het ontvangen van de rapporten een bron van zorg. Het recht op onafhankelijk en grondig onderzoek is essentieel om de waarheid te achterhalen en verantwoordelijkheid vast te stellen. Het gebrek aan voortgang in dit proces ondermijnt de mogelijkheid om gerechtigheid te waarborgen voor de slachtoffers en hun nabestaanden.

De stichting 8 december 1982 vindt dat  de vertraging in het verkrijgen van het rapport, onvoltooide onderzoeken en het gebrek aan transparantie en onafhankelijkheid de zoektocht naar waarheid en gerechtigheid ondermijnen. Het Openbaar Ministerie dient zijn verantwoordelijkheid serieuzer te nemen, de nodige stappen te ondernemen om deze situatie aan te pakken en de mensenrechten van slachtoffers en nabestaanden te waarborgen.

Advertenties