De broer van de vermoorde Aniel Soemeer wil dat de moordenaar van zijn broer wordt gestraft. (Fragment uit programma Peter R. de Vries)
Familieleden vinden dat er werk van gemaakt moet worden opdat ontvluchte criminelen die zich in Nederland bevinden worden opgepakt en berecht. "Mijn moeder is een jaar na de dood van mijn broertje Aniel overleden", zegt de broer van Aniel Soemeer aan de Nederlandse misdaadverslaggever Peter R. de Vries. De journalist toonde in zijn programma zondagavond negen criminelen die in Suriname gezocht worden en in ongestoord in Nederland wonen.
De Nederlandse journalist liet op Valentijnsdag een boeket bloemen bezorgen bij de misdadigers die op hun eigen naam staan ingeschreven in het bevolkingsregister. Drie van de criminelen hebben een moord op hun naam staan. Het gaat om Robert Guman die zijn vader heeft beroofd en vermoord. Errol Razabsekh heeft Aniel Soemeer op koelbloedige wijze vermoord en was tot 20 jaar cel veroordeeld. Nolty Welch wordt verdacht van een dubbele moord.
De overige gezochte criminelen zijn: John Smith, Annemarie Ost, Adjai Toelsie, Sergio Sloot, Amier Mohamed en Marinus van Engel. De meesten zijn gevlucht uit de gevangenis te Santo Boma.Zij hebben intussen de Nederlandse nationaliteit, terwijl eentje intussen de Belgische nationaliteit heeft. In de zaak van Guman moet hij opnieuw worden veroordeeld in Nederland. Volgens de Nederlandse politie zijn delen uit het dossier in Suriname verloren gegaan bij een brand. De Nederlandse journalist toont aan dat het dan nog te lang duurt voor de zaak wordt behandeld. De Nederlandse justitie is 3.5 jaar bezig met deze kwestie.
Ook de familieleden van Guman vinden dat het recht zijn beloop moet hebben. De familieleden willen genoegdoening. Behalve voor moord worden enkele criminelen gezocht voor overtreding van de opiumwet. Diverse ontvluchten zijn bovendien ook vuurwapen gevaarlijk. In het programma wordt aangetoond dat levensgevaarlijke personen, die achter slot en grendel moeten zitten, een gewoon leven kunnen leiden. Enkelen hebben werk bij de Nederlandse overheid en weer een andere mag op kosten van de belastingbetaler afkicken in een kliniek.