De Stichting 8 December 1982 spreekt haar diepe afschuw uit over de racistische uitlatingen die door Salvadoriaanse toeschouwers zijn geuit tijdens de WK-kwalificatiewedstrijd tussen El Salvador en Suriname. Er werden grove beledigingen richting zwarte personen geroepen, variërend van racistische scheldwoorden tot dierlijke vergelijkingen. Deze uitlatingen zijn niet slechts kwetsend, maar vormen een directe aanval op de menselijke waardigheid en de fundamentele rechten van Surinaamse spelers en burgers.

Naast beledigende opmerkingen werd er tijdens het afspelen van het Surinaamse volkslied luid boe geroepen door delen van het publiek. Dit gedrag is niet alleen een grove schending van sportieve normen, maar ook een directe belediging van onze nationale identiteit en waardigheid.

De stichting sluit zich volledig aan bij de verontwaardiging die bondscoach Stanley Menzo en aanvoerder Shaquille Pinas hebben uitgesproken. Hun moedige woorden weerspiegelen het gevoel van een natie die weigert racisme te normaliseren of te negeren.

Als mensenrechtenorganisatie roept de stichting de Surinaamse Voetbalbond (SVB) op om:
- Een formeel protest in te dienen bij FIFA, CONCACAF en andere relevante sportinstanties;
- Een onafhankelijk onderzoek te eisen naar de omstandigheden waaronder deze uitlatingen plaatsvonden;
- Sancties te vragen tegen de Salvadoraanse voetbalbond en stadionorganisatie, waaronder het spelen van wedstrijden zonder publiek of uitsluiting van toekomstige toernooien.

“Racisme mag nooit worden afgedaan als een emotie van het moment of als een culturele uiting. Het is een systemisch kwaad dat moet worden benoemd, bestreden en bestraft. Voetbal is een sport van verbinding, strijd en respect—niet van haat en vernedering,” aldus de stichting.

Suriname heeft deze wedstrijd niet alleen op het veld gewonnen, maar ook in waardigheid, stelt Stichting 8 December 1982.