597Netwerken kijkt met ernstige zorgen én oprechte hoop naar de op handen zijnde coalitie van zes politieke partijen.
De zorgen gaan over de stabiliteit, de morele grondslag en het gebrek aan transparante voorbereiding. De hoop leeft
dat deze brede samenwerking de moed vindt om zichzelf te overstijgen en echt het belang van Suriname centraal te
stellen.

De intentieverklaring is ondertekend. Zes partijen – de NDP onder leiding van Jennifer Geerlings-Simons, de NPS
van Gregory Rusland, de ABOP van Ronnie Brunswijk, de PL van Paul Somohardjo, de BEP van Ronny Asabina en
nieuwkomer A20, geleid door Steven Reyme – staan op het punt een regeerakkoord te presenteren. Ministeries zijn
onderling al verdeeld als stukken bojo: macht eerst, inhoud later. Toch blijft de hoop leven dat deze coalitie
Suriname kan geven wat het nodig heeft: stabiliteit, transparantie en daadkracht.

Maar laten we ons geen illusies maken: dit is een fragiele formatie. Als deze coalitie niet kiest voor vernieuwing en
samenwerking boven partijpolitiek, dreigt zij uiteen te vallen nog vóór ze werkelijk op stoom komt – zoals in
Nederland, waar het rechts-conservatieve kabinet, onder leiding van de PVV, dinsdag instortte. Ook daar was het
gebrek aan gedeelde visie en onderling vertrouwen fataal.

Tussen tegenstellingen en tradities

De zes Surinaamse partijen in deze coalitie verschillen fundamenteel. De NDP probeert zich te herpositioneren,
maar draagt een verleden van autoritair bestuur en internationale controverse. De NPS zoekt relevantie in een
gepolariseerd politiek landschap. ABOP, PL en BEP zijn eerder opportunistische machtsblokken dan ideologisch
gedreven vernieuwers. A20 is jong en ongetest, en nog niet duidelijk of haar intrede structureel is of slechts tijdelijk
electoraal.

De verdeling van posten vooraf – zonder eerst een gedeeld nationaal programma – maakt het risico op
belangenbotsingen en vertrouwensbreuken des te groter.

Rol VHP als verstandige oppositie

Tegenover deze formatie staat de VHP, die zich in de komende periode kan ontwikkelen tot een verstandige en
kritische oppositie. Als grootste partij buiten de regering kan zij constructieve tegenmacht bieden: door beleid te
toetsen op inhoud, het bestuur te controleren zonder rancune, en het publieke debat te voeden met ideeën in plaats van partijpolitiek gekibbel. Een sterke oppositie is essentieel voor democratische stabiliteit, vooral wanneer de coalitie zelf zo heterogeen is.

Technocraten boven partijbelangen
Willen de zes partijen een kans maken op werkelijk goed bestuur, dan moeten zij breken met de traditionele logica
van partijtrouw boven competentie. Ministersposten en sleutelposities in staatsbedrijven mogen niet langer het domein zijn van politieke loyalisten, maar van technocraten – capabele, integere vakmensen die beleid kunnen voeren op basis van expertise en transparantie.

Een minister van Financiën hoeft geen partijlid te zijn. Een directeur bij Energie of Volksgezondheid hoeft geen
politieke gunst te belonen. Suriname beschikt over honderden goed opgeleide specialisten, binnen en buiten het land, die het bestuur kunnen versterken – als de politiek bereid is een stap terug te doen.

Waarom het kan werken
Juist door de brede samenstelling heeft deze coalitie de kans om een inclusieve regering te vormen – mits men
bereid is over de eigen schaduw heen te stappen. Door gezamenlijke prioriteiten te stellen, zoals armoedebestrijding, veiligheid, gezondheidszorg, onderwijs, rechtszekerheid en herstel van vertrouwen in instituties, kan er een basis ontstaan voor effectieve samenwerking.

Dat vereist leiderschap. Geen ijdelheid, geen revanchisme. Maar staatsmanschap. En dat begint bij de wil om het
landsbelang werkelijk boven het partijbelang te plaatsen.

De bevolking is moe. Moe van beloften, moe van corruptie, moe van politieke spelletjes. Suriname kan zich geen
tweede verloren regeerperiode veroorloven. De uitdaging voor deze coalitie is groot – maar niet onmogelijk. Als zij intern orde op zaken stelt, een transparant regeerprogramma opstelt, ruimte laat voor oppositie, en sleutelfuncties invult op basis van bekwaamheid in plaats van loyaliteit, dan is herstel mogelijk. Dan kan zelfs een kwetsbare formatie uitgroeien tot een functionerende regering.

De ogen van het land zijn gericht op deze nieuwe coalitie. Niet met blind vertrouwen, maar met terechte scepsis. Maar ook met de hoop – dat het dit keer anders zal zijn. Dat men de lessen van het verleden serieus neemt. Dat men de val van het Nederlandse kabinet niet als ver-van-mijn-bed ziet, maar als waarschuwing: zonder een gedeelde morele en inhoudelijke basis is elke coalitie gedoemd te breken.

Suriname verdient beter. En als de nieuwe regering dat durft te erkennen, is beter ook echt mogelijk.

Ruben del Prado