“Suriname mag als deel van een internationale veiligheidsstructuur, geen zwakke schakel zijn en is daarom verantwoordelijk voor het naleven van verdragen, het controleren van gevaarlijke stoffen en het voorkomen van illegale verspreiding”, zei de president. Hij riep op tot een balans tussen strikte controles en de noodzakelijke economische ontwikkeling van het land en feliciteerde de betrokkenen met de oprichting van de SNA, die een cruciale rol zal spelen in de nationale en internationale veiligheid.

Labadie benadrukte dat de taken zullen worden uitgevoerd conform artikel 8 van de Wet Uitvoering Chemisch Wapenverdrag, het Besluit Suriname Non-proliferatie Autoriteit, de Resolutie inzake de Naleving van het Non-proliferatieVerdrag en het Verdrag van Tlatelolco (Verbod op Nucleaire Wapens in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied), en de Resolutie inzake naleving van het Biologische Wapenverdrag (BWC).

 “De SNA zal zich specifiek inzetten voor het ontwikkelen van beleid, het uitvoeren van controles en het bevorderen van bewustzijn over de risico’s van proliferatie”, gaf Labadie aan. "Daarnaast zal de SNA ook toezicht houden op het verantwoord gebruik en de opslag van explosieven en andere gevaarlijke stoffen in Suriname". Labadie onderstreepte ook het belang van samenwerking met internationale partners en organisaties om ervoor te zorgen dat Suriname een veilige plek blijft voor alle inwoners.

Deze organisatie is in het kader van Surinames inzet voor een vreedzame en veilige wereld en de aanpak van wereldwijde uitdagingen op het gebied van massavernietigingswapens, opgericht. De plechtigheid vond plaats in de multifunctionele zaal van het ministerie van Defensie, meldt de Communicatiedienst Suriname. Aanwezig waren onder meer de vicevoorzitter van De Nationale Assemblee, Dew Sharman, de minister van Onderwijs,Wetenschap en Cultuur Henry Ori, vertegenwoordigers van de United Nations and military, de Verenigde Staten van Amerika, Brazilië,  Nederland en Frankrijk alsook genodigden van het ministerie van Defensie, het Openbaar Ministerie en het Nationaal Leger.