CCK en IRIS willen intrekken 'Samoa-verdrag'
30 Dec, 02:54
foto
Surinames ambassadeur bij de Europese Unie, Gilbêrt van Lierop, ondertekent het verdrag.


Diverse religieuze organisaties gebundeld in het Comité Christelijke Kerken (CCK) en de Interreligieuze Raad in Suriname (IRIS) vragen president Chan Santokhi om het 'Samoa-verdrag' in te trekken. De Surinaamse vertegenwoordiger bij de Europese Unie heeft zijn handtekening geplaatst onder het verdrag op 15 november. Het CCK en de IRIS vinden het wenselijk dat bij grote moreel-ethische kwesties de regering in overleg treedt met maatschappelijke groeperingen en de religieuze organisaties in het land.

"Wij hebben recht op onze eigen maatschappelijke en parlementaire debatten over deze ethische kwesties. De regering van Trinidad & Tobago heeft geweigerd dit verdrag te ondertekenen en de regering van Jamaica heeft heldere interpretatie gevraagd over gevoelige kwesties, voordat ze toetreden. Wij dringen bij de regering van Suriname erop aan de ondertekening van deze overeenkomst door onze vertegenwoordiger bij de EU in te trekken en deze overeenkomst eerst grondig te bestuderen of laten bestuderen, onder andere door De Nationale Assemblee, alvorens nadere stappen hierover worden overwogen", schrijven de organisaties in een brief aan de president. 

De Europese Unie heeft het nieuwe handelsverdrag ondertekend met de organisatie van hun voormalige kolonies in Afrika, het Caraïbisch Gebied en de Pacific. Het is een handelsverdrag, waarin aantrekkelijke zaken worden voorgehouden als “het versterken van politieke en financiële partnerschappen, het afstappen van de donor-ontvangerrelatie en te geraken tot een gelijkwaardig partnerschap tussen partijen”, zoals het verwoord wordt in het artikel hierover dat onlangs verschenen is op de website van onze Surinaamse overheid.

Maar het verdrag bevat volgens de religieuze organisaties ook andere bepalingen, waarin een andere agenda schuilgaat, die tezamen met de afspraken en bepalingen over handel aan de ondertekenende landen wordt opgelegd. De Afrikaanse, Caraïbische en Pacificlanden (ACP-landen) worden met het ondertekenen van dit verdrag voor een periode van twintig jaar verplicht tot het moeten aanvaarden en implementeren van wetten en regels, zoals de EU-instructies deze landen zal mogen opleggen betreffende LGBTQ+, genderideologie, verplicht gender- en LGBTQ-gericht onderricht aan schoolkinderen, abortus en enkele andere aanverwante ethische kwesties.

In de EU hebben de Europeanen in de afgelopen jaren vele maatschappelijke en parlementaire debatten gevoerd over de kwesties van LGBTQ+, transgenderbeleid, verplicht seksualiteit- en genderonderwijs aan kinderen in de scholen, abortus en aanverwante issues. Zij zijn tot bepaalde posities gekomen. Dat respecteren wij. Maar het verdrag biedt ons niet de ruimte om dezelfde maatschappelijke en parlementaire debatten te voeren en tot posities te komen die misschien overeenkomen met de door de EU ingenomen posities, maar misschien ook niet. Het verdrag geeft ons deze ruimte niet, maar legt ons de posities van de EU op, door in dit nieuwe verdrag bepaalde handels- en economische voordelen en vlottere samenwerking aan te bieden, maar wel onder de voorwaarde dat die andere agenda van de sub-clausules evenzeer tot de juridisch afdwingbare afspraken zal gaan behoren.

Regeringen van economisch zwakkere ACPlanden zullen erg verleid zijn om toe te treden tot dit verdrag omwille van de mogelijke gelden en de economische voordelen die in het vooruitzicht worden gesteld, maar leggen hun bevolkingen niet uit dat die nieuwe wetten en regelgevingen over LGBTQ+, transgenderbeleid, verplicht gender- en LGBTQ-gericht onderricht aan schoolkinderen, en aanverwante kwesties, in hun landen door de EU afgedwongen zullen kunnen worden, ongeacht wat die eigen bevolking daarvan denkt of vindt. Want de EU heeft de tekst van dit verdrag zo geformuleerd, dat de EU alle ACP-landen die tot dit verdrag toetreden, nadien kan dwingen om in hun landen nieuwe wetten en beleid over deze moreel-ethische kwesties te moeten uitvaardigen en implementeren.

Het Comité Christelijke Kerken:
de Anglicaanse Kerk,
de Evangelische Broedergemeente in Suriname,
de Evangelisch Lutherse Kerk in Suriname,
de Hervormde Kerk in Suriname,
het Leger des Heils,
het RK Bisdom Paramaribo,
namens deze:
+Karel Choennie, voorzitter

De Interreligieuze Raad in Suriname:
de Madjlies Moesliemien Suriname,
het RK Bisdom Paramaribo,
de Sanatan Dharm Maha Sabha,
de Surinaamse Islamitische Vereniging,
de Vereniging Arya Dewaker Suriname,
namens deze: Dr. Robbert Bipat, voorzitter


Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May