Deze roversbende, bestaande uit With en zijn kompanen F.C. (39), C.K. (22) en F.B. (34) werden op woensdag 31 maart op de kruising van de Kashmir- en de Napelstraat aangehouden. Het viertal vertoefde bij hun aanhouding in gezelschap van twee vrouwen die eveneens in de kraag werden gevat. De drie kompanen van With, F.C., C.K en F.B. werden voorgeleid en na overleg met het Openbaar Ministerie in verzekering gesteld, terwijl de twee vrouwen na verhoor zijn heengezonden.

Raoul With was samen met ene J.K. die verdachte is in een andere zaak in afwachting op hun voorgeleiding in een o’ter cel op het politiebureau De Nieuwe Grond opgesloten. Op een onbewaakt moment zagen beiden kans uit deze cel te ontvluchten. De andere verdachte J.K. werd kort daarna wederom aangehouden. Na bekomen en uitgewerkte informatie koerste een gemengd team van de politie op 3 april naar de Pikinstonstraat ter opsporing en weder aanhouding van de verdachte With. Daar aangekomen was With met drie mannen van wie O.F. (35), A.V. (18), en R.A. (24) gezeten in een wit voertuig.

De auto werd door de wetsdienaren klemgereden en werd het viertal gesommeerd uit te stappen. De drie mannen stapten uit, maar With bleef zitten met een baby in zijn armen. Ondanks hij meermalen werd gesommeerd om uit het voertuig te stappen, gaf hij geen gehoor hieraan. De wetsdienaren gingen ertoe over hem uit het voertuig te halen en bij die gelegenheid trachtte With één der wetsdienaren te ontwapenen, wat hem niet lukte.

De politie wist hem de baby afhandig te maken en in veiligheid te brengen. Hierna haalde With vermoedelijk van onder zijn kleding een vuistvuurwapen tevoorschijn, waarmee hij kennelijk het vuur zou openen op de politieagenten. Bij het zien van die handeling aarzelden de wetsdienaren geen moment en schoten gericht op de verdachte met voor hem het noodlottig gevolg.