IMF bindt Suriname aan zware verantwoordingsplicht
28 May 2016, 00:00
foto


Suriname heeft zich met de lening van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) verplicht om dagelijks de samenstelling van de officiële buitenlandse reserves en de deviezenstroom van de Centrale Bank van Suriname (CBvS), door te geven aan het Fonds. Ook moet de informatie over de officiële en parallel wisselkoersen, het aantal valutatransacties (aankopen en verkopen) door banken en cambio’s, dagelijks worden verstrekt aan het Fonds.

Op weekbasis moet de informatie over deposito’s en liquiditeitshulp aan instellingen, per instelling worden gebriefd. Dat geldt ook voor de aan- en verkopen van valuta van de CBvS en de weekbalans. Daarnaast moeten ook de bedragen die zijn aangeboden, gevraagd en geplaatst in de open markttransacties van de CBvS, met inbegrip van de tarieven die voor elke transactie zijn geboden, wekelijks worden gedeeld met het IMF.

Per maand heeft de regering zich aan maar liefst 27 punten voor informatieverschaffing over de staatshuishouding, verplicht. Zo moeten de inkomsten en uitgaven van de overheid binnen zes weken na het einde van de maand zijn doorgegeven aan het IMF. Hetzelfde geldt voor gedetailleerde cijfers van inkomsten van de belastingdienst die per categorie moeten worden aangegeven. Met inbegrip van directe en indirecte belastingen per post. Deze data moeten binnen vier weken na het einde van de maand worden verstrekt.

Het aantal overheidsambtenaren en de totale loonsom per ministerie, moet binnen zes weken na het einde van de maand worden doorgegeven. De data van de toegestane uitgaven door elk ministerie, moet binnen vier weken na het einde van de maand zijn gedeeld met het Fonds. Data over binnenlandse en buitenlandse schuld, afschrijvingen en aflossingen van de overheid, rentebetalingen, uitgaven voor sociale beschermingsprogramma’s en tal van andere verplichtingen, moeten afhankelijk van de post binnen twee tot zes weken na het einde van de maand, zijn doorgegeven aan het IMF.

Op kwartaalbasis moet gedetailleerde informatie over de betalingsbalans en data over de internationale investeringspositie, binnen zestig dagen na het einde van het kwartaal, zijn verstrekt aan het Fonds. Op jaarbasis moeten de jaarrekeningen van de EBS binnen zes maanden na het einde van het jaar worden gedeeld met het IMF. Het nominale Bruto Binnenlands Product en het reële BBP moet binnen acht maanden na de jaarwisseling, zijn doorgegeven. Statistieken over de arbeidsmarkt, met inbegrip van de werkloosheid en de arbeidsparticipatie ratio, wil het IMF binnen 12 maanden na het einde van het jaar hebben.
Advertenties