Onderwijs op de rand van ondergang
Het Surinaamse onderwijssysteem, ooit een belofte van vooruitgang en gelijke kansen, is vandaag een spiegel van verwaarlozing, beleidsfalen en gemiste kansen. Nu, meer dan ooit, vraagt het onderwijs om nationale aandacht – en om moedige keuzes.
De onzichtbare crisis
In de afgelopen decennia is het onderwijsbeleid gekenmerkt door stagnatie en ad-hocmaatregelen. Tussen 2000 en 2010 werden slechts zo’n 25 scholen gebouwd, vooral in stedelijke gebieden, terwijl het binnenland – waar de nood het hoogst is – structureel werd genegeerd. De gevolgen zijn schrijnend: kinderen in afgelegen dorpen moeten soms uren reizen om een middelbare school te bereiken, of blijven simpelweg thuis omdat er geen onderwijsvoorziening is.
De situatie verslechterde tijdens de Covid-19-pandemie, toen het gebrek aan digitale infrastructuur pijnlijk zichtbaar werd. Meer dan 60.000 leerlingen liepen aantoonbare leerachterstand op door het uitblijven van online lessen en onvoldoende toegang tot internet en devices. De overheid had geen antwoord; duizenden scholieren, vooral uit kwetsbare gezinnen, verloren hun aansluiting met het onderwijs.
Beleidsarmoede en overvolle klassen
De recente invoering van de "nieuwe leerstructuur" (BO–VO-systeem) in 2021, bedoeld als modernisering, werd voortijdig en zonder voldoende voorbereiding doorgevoerd. Leerkrachten en ouders werden nauwelijks betrokken, monitoring en evaluatie ontbraken. Het resultaat: chaos, onduidelijkheid en massale kritiek vanuit het onderwijsveld. In plaats van verbetering ontstond verwarring, demotivatie en een dalende onderwijskwaliteit.
Tegelijkertijd zijn de fysieke omstandigheden ronduit zorgwekkend. Honderden klassen zijn overvol, soms met meer dan 45 leerlingen per lokaal. Tussen 2020 en 2023 werden slechts twee nieuwe scholen opgeleverd, ondanks een groeiende bevolking. Schoolboeken zijn vaak te laat of in onvoldoende aantallen beschikbaar, en structurele investeringen in ICT blijven uit.
Een lichtpuntje – en zijn schaduw
Tussen 2010 en 2020, onder de NDP-regering, werden er wel degelijk stappen gezet: meer dan 40 nieuwe scholen, uitbreiding van onderwijs in het binnenland, loonsverhogingen voor leerkrachten en het jaarlijkse schoolpakkettenprogramma voor kansarme leerlingen. Deze investeringen toonden aan dat verandering mogelijk is wanneer onderwijs prioriteit krijgt.
Maar deze vooruitgang is fragiel gebleken. Na 2020 viel het beleid weer terug in oude patronen van bezuinigingen en stilstand. Leerkrachten staken opnieuw vanwege achterblijvende salarissen, motivatie daalde, en het binnenland raakte opnieuw uit beeld. De hoop die was opgebouwd, dreigt nu te vervagen.
De prijs van onverschilligheid
De structurele problemen in het Surinaamse onderwijs zijn niet slechts cijfers op papier – ze zijn de gebroken beloftes aan een generatie die recht heeft op kansen. Elk kind dat de school voortijdig verlaat, elke leraar die het vak opgeeft uit frustratie, is een verlies voor de samenleving als geheel.
Het onderwijs heeft geen behoefte aan nog meer rapporten of tijdelijke lapmiddelen. Het vraagt om visie, daadkracht en investeringen, in: nieuwe scholen, betere salarissen, moderne leermiddelen, en vooral in het herstellen van vertrouwen tussen overheid, leerkrachten en ouders. Zonder deze inzet dreigt het onderwijs de motor van ongelijkheid te worden, in plaats van de hefboom voor vooruitgang.
Een oproep tot actie
De toekomst van Suriname wordt vandaag geschreven in de klaslokalen van Paramaribo, Galibi, Apoera en Brownsweg. Het is tijd om het onderwijs weer centraal te stellen in het nationale beleid – niet als kostenpost, maar als investering in menselijk kapitaal en sociale rechtvaardigheid.
Laat deze generatie niet de prijs betalen voor politieke onverschilligheid. Geef het onderwijs de aandacht, middelen en visie die het verdient. Want alleen dan kan Suriname bouwen aan een toekomst waarin elk kind, ongeacht afkomst of woonplaats, zijn of haar potentieel volledig kan ontplooien.
Linda Mijnals
Vandaag
Gisteren
- Quickscans onthullen grote misstanden: diepgaander onderzoek en externe audits nodig
- Suriname en Guyana willen krachten bundelen voor groei
- VWA en IDB bespreken voortgang arbeidsmarktproject
- Regering werkt aan schuldenverlichting, meer inkomsten en klimaatfinanciering
- Hof beslist: Vervolging Hoefdraad rechtmatig
- VES: Gezondheidszorg centraal in jaarrede; samenhang en uitvoeringskracht blijven onbenoemd
- Simons: Punt achter Decemberzaak; geen gratieverzoek, geen discussie
- Gratieaanvraag en de timing ervan
- NPS: Gratieverlening decemberveroordeelden niet aan de orde
- Offshore-capaciteit versterkt in aanloop naar GranMorgu-project
- Gajadien: VHP heeft geen nieuwe naam nodig, maar echte hervorming
- Warme dag met kans op buien
- Nieuwe RvC’s moeten orde scheppen binnen parastatalen LVV
- President benadrukt klimaatrechtvaardigheid en solidariteit tijdens Caricom-top
- Column: Ondoordacht gratieverzoek ontsteekt kruitvat in NDP-barak en bedreigt politieke stabiliteit
- Wijnerman uit Washington DC: Donorcoördinatie cruciaal voor duurzame resultaten
Eergisteren
- Minister Noersalim pleit voor gebruik van Surinaamse voeding
- Gas-to-Shore-project SU
- Twee baby’s geboren in Marwina Ziekenhuis: activiteiten komen verder op gang
- Staatsolie helpt Huize Prinses Margriet met renovatie lekkende daken
- Regeren met daadkracht!
- Onderminister Jadnanansing bespreekt 12-urige werkdag met Rosebel
- Kanhai: Ik trek gratieverzoek niet in
- De stille macht van vriendjespolitiek
- Olieprijzen dalen door vrees voor overaanbod (update)
- Overwegend droog weer met hoge temperaturen
- Politiebericht over doodgeschoten ondernemer in Nickerie
- Column: Plaatsing nog mogelijk!
- Verwarring en felle reacties rond gratieverzoek 8 December-zaak