De mythe van kansen in de olie- en gasindustrie
Hoewel de investering en de mogelijke opbrengsten indrukwekkend lijken, wordt vaak vergeten dat de olie- en gasindustrie uitzonderlijk hoge toetredingsdrempels kent. Deze sector wordt gedomineerd door geavanceerde technologieën en kapitaalintensieve operaties, wat lokale KMO’s op een achterstand plaatst. Deze bedrijven beschikken vaak over onvoldoende technische en financiële capaciteit om de sector te betreden. Kleine ondernemingen hebben 10 tot 49 werknemers en middelgrote ondernemingen tellen tussen de 50 en 249 werknemers.
Het idee dat KMO’s kunnen profiteren door samen te werken met internationale partners klinkt veelbelovend, maar wordt niet ondersteund door concrete initiatieven van de overheid om deze samenwerking te faciliteren. Er is een gebrek aan gespecialiseerde opleidingen en training, wat de toegang tot de sector voor lokale bedrijven bemoeilijkt. Hierdoor kunnen zij nauwelijks aansluiting vinden bij de olie- en gasprojecten die ontwikkeld worden. Het gebrek aan investeringen in kennis en technologische ondersteuning maakt het voor hen vrijwel onmogelijk om te concurreren met internationale spelers.
Een ander obstakel is het ‘friends and family’-beleid van president Santokhi. In plaats van een open en eerlijke markt te bevorderen, heerst er een cultuur van bevoordeling van insiders met politieke connecties. Dit maakt het voor eerlijke en hardwerkende lokale ondernemers bijna onmogelijk om succesvol te zijn in deze kapitaalintensieve industrie. De overheid creëert hiermee geen kansen voor KMO’s, maar bouwt juist barrières die eerlijke concurrentie verstikken.
De overmatige focus op de olie- en gasindustrie brengt ook risico’s met zich mee. Door de afhankelijkheid van de grondstoffensector blijft Suriname kwetsbaar voor prijsschommelingen op de wereldmarkt. Dit kan leiden tot (verdere) economische instabiliteit en versterkt de afhankelijkheid van een sector die sterk onderhevig is aan cyclische bewegingen. Terwijl andere sectoren, zoals landbouw en toerisme, kunnen bijdragen aan economische diversificatie, wordt hier nauwelijks in geïnvesteerd.
Lokale KMO’s worden extra hard getroffen wanneer de olieprijzen dalen of buitenlandse investeerders zich terugtrekken. Dit maakt hen zeer kwetsbaar voor de onvoorspelbare markt van olie en gas. Daarnaast blijft de toegang tot financiering voor deze bedrijven een groot probleem. Ondanks de miljarden die door internationale bedrijven worden geïnvesteerd, krijgen KMO’s nauwelijks toegang tot de noodzakelijke financiële middelen om hun bedrijven te laten groeien. De overheid heeft geen concrete maatregelen getroffen om hier verandering in te brengen.
Naast de economische risico’s blijft ook de sociale ongelijkheid toenemen. De rijkdom die wordt gegenereerd door de olie- en gasindustrie stroomt voornamelijk naar de internationale bedrijven en een kleine lokale elite. De meerderheid van de bevolking, inclusief de lokale KMO’s, profiteert nauwelijks van deze rijkdom. Dit vergroot de kloof tussen arm en rijk, wat kan leiden tot sociale onrust. Een ander probleem is de voortdurende ‘brain drain’. (Hoog)opgeleide arbeidskrachten verlaten het land vanwege het gebrek aan kansen. Dit belemmert de ontwikkeling van lokaal talent en verkleint de mogelijkheden voor technologieoverdracht en kennisopbouw.
Vaak wordt verwezen naar landen zoals Angola en Ghana, waar KMO’s zouden hebben geprofiteerd van de groei van de olie- en gasindustrie. Hoewel deze landen inderdaad vooruitgang hebben geboekt, is hun situatie niet zonder meer vergelijkbaar met die van Suriname. Angola heeft specifieke programma’s opgezet om de technische capaciteiten van lokale bedrijven te verbeteren, en Ghana voerde de ‘Local Content Regulation’ in om lokale deelname in de industrie te bevorderen. Deze landen hebben jarenlang geïnvesteerd in regelgeving en infrastructuur, iets waar Suriname momenteel nog ver van verwijderd is. Het invoeren van dergelijke strategieën vergt tijd, middelen en politieke wil, zaken die in Suriname ontbreken.
Concluderend: de recente FID voor olie- en gasprojecten wordt gepresenteerd als een kans voor lokale KMO’s, maar deze visie is misleidend. De sector wordt gekenmerkt door hoge toetredingsdrempels, gespecialiseerde kennis en kapitaalintensieve operaties, waardoor lokale bedrijven nauwelijks kunnen concurreren. Daarnaast worden kansen voor KMO’s ondermijnd door vriendjespolitiek en nepotisme, een gebrek aan overheidssteun en het uitblijven van economische diversificatie. In plaats van een duurzame en inclusieve economische groei te bevorderen, dreigt deze ontwikkeling de sociale ongelijkheid in het land verder te vergroten en de KMO’s achter te laten in een verslechterende positie. Zonder een duidelijke strategie voor de ondersteuning van lokale bedrijven zal de groei in de olie- en gasindustrie vooral een illusie blijven voor de meerderheid van de bevolking.
Vincent Roep
Vandaag
-
21:22
Suriname verslaat Puerto Rico met 1-0; naar 3e ronde WK-kwalificatie
-
20:58
Miljoenen Guyanees oliegeld voor doop olieschip
-
19:01
Inhoud enveloppe bij huwelijksjubileum verhoogd
-
17:04
Gowricharn ontvangt internationale erkenning voor diasporaonderzoek
-
15:23
Suriname vanuit de kappersstoel belicht
-
13:27
ABOP spreekt waardering uit voor moslimgemeenschap
-
11:42
Man verwond bij woninginbraak Sir Winston Churchillweg
-
11:19
Regen, gebed en bezinning markeren begin van Offerfeest
-
10:50
NDP: Ied ul-Adha markeert begin van hoop en herstel
-
08:52
Verkeersveiligheid krijgt stem in afstudeeronderzoek
-
06:54
De democratie ondermijnd; van 'tralala' naar 'dadaa' verandering?
-
04:58
Zelfde weerpatroon van de week blijft aanhouden
-
03:03
Hassankhan erkent fouten bij verkiezingen, maar fraude uitgesloten
-
01:31
VHP en NDP nek-aan-nek regionale zetels in Saramacca
-
00:37
Herdenking immigratie in teken van eerbetoon en toekomstvisie
-
00:00
Santokhi: Regeren is blijven werken, ook tijdens wachten op uitslag
Gisteren
- Licht beschadigde US-dollars blijven gewoon geldig
- Lions Club Para zet basisscholen in het zonnetje op Wereld Milieudag
- NDP eert Hindostaanse gemeenschap als pijler van nationale vooruitgang
- NDP domineert verkiezingen in Brokopondo
- NPS roept op tot harmonie: Onze culturele rijkdom is onze kracht
- Criminelen slaan toe in woning en vluchten via bosschage
- Opheffen ministerie van Arbeid is een valse start
- Twee gewelddadige overvallen kort na elkaar op klaarlichte dag
- OM eist tot 35 jaar cel in brute moordzaak op ondernemer A.A.
- CUS: Een moment van eenheid en culturele waardering
- Efficiëntie wint het van financieel belang bij online CBB-dienstverlening
- Technisch probleem legt openbare zitting Coronie stil
- Uitdagingen en Toekomst van Gepensioneerden in Suriname
- Onweersbuien blijven aanhouden
- 5 Juni: Dag van Waardigheid en Verbondenheid
- Column: Een appel te schillen
- Contract Staatsolie-topman Jagesar met drie jaar verlengd
Eergisteren
- Suriname in de schijnwerpers: tragikomedie van deze week (16)
- Pikin Slee ontwikkelt duurzaam model voor Maripa-olieproductie
- VHP behaalt meeste stemmen in Commewijne
- Nieuwe generatie pelotonscommandanten versterkt leger
- Ouderkamers in ziekenhuizen: nabijheid als medicijn
- Jeugdige bromfietser komt om bij frontale aanrijding
- Een fragiele coalitie met grote verantwoordelijkheid
- Mekka: Miljoenen pelgrims beginnen hadj in brandende zon
- Arbeidsinspectie krijgt meer slagkracht
- Het oude politiek syndroom: Olie en Gas
- Uitslag ressortraden vandaag bekend in 2 districten (update)
- Nog meer onweersbuien voorspeld
- Val kabinet-Schoof zet Nederland op weg naar nieuwe verkiezingen
- Column: Regeringsformatie, de NPS en onze mensenrechten
- Karin Refos: "Pertinente leugen dat ik sloop heb voortgezet"