Fernald: Meer kansen voor kansarme kinderen (slot)
11 Jan, 04:54
foto
Ivan Fernald


Leerlingen uit laaggeletterde milieus en lage inkomensgroepen vertonen doorgaans de grootste vertraging in leergroei. Voor een belangrijk deel is het terug te voeren naar het feit dat hoogontwikkelde ouders hun kroost beter kunnen begeleiden bij het huiswerk. Zij beschikken ook over genoeg financiële armslag om kun kind, indien nodig, op bijles te zetten. Deze kinderen beschikken over internetfaciliteiten, speelgoed en een eigen kamer. Er wordt thuis vaker de krant gelezen en diepgaand gesproken over maatschappelijke issues. Hierdoor hebben deze kinderen een ruimere intellectuele en sociale bagage dan hun vriendjes uit de lage inkomensgroepen, die laaggeletterd zijn en bovenal de schooltaal (Nederlands) niet zo machtig zijn.

Profiel

Laaggeletterde ouders met een smalle beurs zijn nauwelijks in staat om hun kinderen te helpen met schoolwerk. Zij missen vaak elementaire reken- en taalvaardigheden en hebben het bijzonder moeilijk. Het gezin leeft praktisch onder de armoedegrens en ouders zijn bezig om te hosselen (te overleven) om zodoende hun kroost te voeden. De sociale situatie is vaak schrijnend. De kinderen hebben geen eigen slaapkamer, geen studeertafel om huiswerk te maken. Er is geen geld voor muziek, sport, boeken en ‘circus Suarez’ en gezellig uit de stad gaan met z’n allen, is helaas niet voor hen weggelegd. De sociale beslommeringen en chronisch geldgebrek zorgen voor veel stress. Sommige kinderen krijgen niet elke morgen een ontbijt voorgeschoteld. Met een hongerige en knorrige maag kun je geen optimale schoolprestaties leveren.  

Eerlijke kansen
In een crisissituatie moeten kwetsbare en kansarme leerlingen niet evenveel kansen krijgen, maar juist meer kansen. Er zijn aanwijzingen dat de coronacrisis (2020-2022) de ongelijkheid onder leerlingen heeft vergroot. De leerachterstanden zijn bij deze groepen verder opgelopen, omdat de thuissituatie geen ruimte bood voor zelfstudie. De huidige vernieuwing van het onderwijs speelt hierop onvoldoende in, omdat de randvoorwaarden voor speciale begeleiding niet of nauwelijks aanwezig zijn. Zwakke scholieren hebben niet ‘more of the same nodig (meer van hetzelfde nodig’), maar specifieke ondersteuning, afgestemd op hun onderwijsbehoeften. Uitsluitend klassikaal onderwijs zal het probleem niet oplossen. Deze kinderen moeten in kleine groepen worden ondergebracht om de hiaten weg te werken.
 
Instructiekwaliteit
De leeromstandigheden en de instructiekwaliteit zijn niet in het hele land op hetzelfde niveau. In geïsoleerde en afgelegen gebieden hebben leerkrachten meermalen hun standplaats moeten verlaten omdat zij niet langer over drinkwater en voeding konden beschikken. Dit verschijnsel heeft zich voorgedaan bij overstromingen of ernstige droogte. De vastgestelde leerstof is niet in alle gevallen daadwerkelijk behandeld. Dit heeft geresulteerd in ernstige leerachterstanden.

Scholen met grote leerachterstanden (en dit beperkt zich niet tot het binnenland) moet een batterij aan deskundigen ter beschikking gesteld worden zoals remedial teachers, zorg-coördinatoren, assistent leerkrachten. Die richten zich op de manier waarop het kind leert en stellen dan een plan op. Deze functionarissen hebben m.i. een resultaatsverplichting. Zij moeten een logboek bijhouden waarin de processen en vorderingen worden opgetekend. Dit is de basis, voor het verschaffen van financiële incentives (bonus) aan deze specialisten.
 
Duidelijkheid

Minister Ori wil af van de automatische doorstroming. Welke norm is bepalend voor overgang of zittenblijven? Wanneer moet een leerling de klas overdoen? Het is volstrekt niet duidelijk wie de verantwoordelijkheid draagt voor het vaststellen van de norm voor overgang. Wordt dit gedelegeerd naar de school of draagt MinOWC de volle verantwoordelijkheid voor een evenwichtige norm? De onderwijsminister vindt dat sommige scholen in hun onderwijssysteem al voorzieningen hebben ingebouwd voor minder goed presterende leerlingen. “Die scholen zijn beter voorbereid op het doorstromen en zullen dat ook toepassen. Op andere scholen is het beter voor de leerling om de klas over te doen” aldus de minister in een toespraak op 2 oktober 2023. 

Er moet duidelijkheid verschaft worden. Een leerling op een school die niet beschikt over ondersteuningsfaciliteiten moet de klas maar over doen, zonder dat er enige garantie is dat in het daaropvolgend jaar er gewerkt wordt aan de randvoorwaarden voor goed onderwijs. Effectieve ondersteuning en een monitoring mechanisme moeten in stelling worden gebracht, anders zal de kansenongelijkheid toenemen en een ongekend kwaliteitsverschil doen ontstaan tussen scholen in (bepaalde) geografische gebieden.

De succesformule voor kansarme en kwetsbare kinderen is niet de onvoorwaardelijke doorstroming, maar onderwijs op maat en intensieve leerlingbegeleiding. Hierbij moet er rekening gehouden worden met het ontwikkelingstempo, de talenten en interesses van leerlingen.
 
Ivan Fernald

Hij is gewezen directeur van het IMEAO, parttime docent op het IOL
Auteur van de boeken:
1. Het roer moet om. Actieplannen voor beter onderwijs
2. Moeizame opbouw en snelle afbraak. Politieke beschouwingen 2010-2020


Lees ook
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May