Reactie op Kanhai over 'OM gooit regels overboord'
24 Aug 2021, 22:23
foto


In reactie op het artikel in Starnieuws van 18 augustus: Kanhai in de zaak Van Trikt: OM gooit regels overboord:
De zittingsrechter heeft aangegeven in de zaak Van Trikt, Hausil en anderen dat er heel veel gezegd is over de Anti-corruptie Wet. De rechter merkte op dat Suriname het Inter- Amerikaans Anti-corruptie Verdrag heeft geratificeerd op 4 juli 2002. De rechter vroeg aan één van de advocaten of hij de moeite heeft genomen om kennis te dragen van dit verdrag.

Er zijn verschillende soorten verdragen. Er zijn verdragen die een opdracht bevatten aan de wetgevers van de lidstaten en er zijn verdragen die rechtstreekse werking hebben.

Het Inter-Amerikaans Anti-corruptie Verdrag van 29 maart 1996; door Suriname geratificeerd op 4 juli 2002 heeft geen rechtstreekse werking (direct effect) maar is een opdracht aan de verschillende lidstaten om hun wetgeving in orde te krijgen overeenkomstig de bepalingen van het verdrag.  

Een geheel andere vraag is of de Anti-corruptiewet uitvoerbaar en handhaafbaar is.    

Uit de Memorie van Toelichting blijkt dat het zwaartepunt van de wet bij preventie ligt:
"Deze wet strekt tot de invoering van nadere regels inzake met name preventie en bestrijding van corruptie in de omvangrijke publieke sector en de instelling van een Anti-Corruptie commissie die een centrale plaats heeft bij de praktische uitvoering en monitoring van het preventiebeleid.
In het kader van deze wet is preventie dan ook de rode draad van het Anti-corruptie beleid."

Het is dus zonder meer, boven elke twijfel verheven, een feit dat preventie de belangrijkste pijler is van deze wet.  

Als we de Anti-corruptie wet goed bekijken dan zien we dat de met preventie belaste Commissie heel manifest aanwezig is in deze wet, zodat zonder meer gesteld kan worden dat zonder de Commissie deze wet niet uitvoerbaar en handhaafbaar is.

De wetgever is ervan uitgegaan dat de Commissie 30 dagen na afkondiging van de wet een feit zou zijn.
Dat blijkt uit artikelen 2 lid 1, 21 en 22 van de Anti-corruptiewet.
Artikel 2 lid 1 geeft aan: ”Er is een Anti-corruptie Commissie die belast is…”  

De Anti-corruptiewet geeft duidelijk aan dat binnen 2 jaar na inwerkingtreding van de wet de Commissie aan de Nationale Assemblee en aan de Regering een evaluatieverslag had moeten doen toekomen (artikel 21). Dat is eveneens niet geschied.

Zodra de wet is afgekondigd moet deze direct uitvoerbaar en handhaafbaar zijn. Hier was geen sprake van omdat de Overheid gefaald heeft ex artikel 22 Anti-corruptiewet, de Commissie binnen 30 dagen na afkondiging te installeren. Tot op de dag van vandaag is er overigens nog geen Commissie.

Onder het kopje Opsporings- en strafbepalingen vinden we in de Anti-corruptie wet artikel 16.
Artikel 16 lid 2 geeft aan: "Ter bevordering van de coördinatie maken de Commissie en de Procureur-Generaal binnen 6 maanden na de inwerkingtreding van deze wet, werkafspraken over de samenwerking en informatie-uitwisseling ter zake."

Ook hier is de wet overtreden: er zijn immers geen werkafspraken gemaakt tussen de Commissie en de Procureur-Generaal binnen 6 maanden na de inwerkingtreding van deze wet.
 
Tot slot wenst ondergetekende aan te geven dat op 22 juli 2021 het Constitutioneel Hof een beslissing heeft gegeven over de Amnestiewet van 5 april 2012.

Voor zover van belang heeft het Constitutioneel Hof overwogen:
“In de gewijzigde Amnestiewet is de Waarheids- en Verzoeningscommissie opgenomen die onmiddellijk na de afkondiging bij wet zou worden ingesteld. Deze commissie zou de belangen van zowel slachtoffers, nabestaanden als die van mogelijke verdachten van misdrijven genoemd in voornoemde wet kunnen waarborgen. Het Constitutioneel Hof komt echter tot het oordeel dat na inwerkingtreding van de wetswijziging van 5 april 2012 de waarheidscommissie nooit bij wet is ingesteld en dus kan niet worden nagegaan of de belangen van de slachtoffers, nabestaanden en die van mogelijke verdachten van vermelde misdrijven zouden zijn gewaarborgd met deze wetswijziging.”
 
Volgens het Constitutioneel Hof is de Commissie in de Amnestiewet niet ingesteld en is dus de wet, zoals het Hof met woorden van gelijke strekking aangeeft, niet uitvoerbaar en handhaafbaar.  
Hetzelfde geldt mutatis mutandis voor de Commissie in de Anti-corruptiewet.

Ergo: Het bevreemdt ondergetekende ten zeerste dat de zittingsrechter verwijst naar het Inter-Amerikaans Anti-corruptie Verdrag ter tegenwerping van het e.e.a., want dit verdrag is uitgevoerd (er is immers een Anti-corruptiewet) door de Staat Suriname en heeft geen ‘direct effect’.
De Anti-corruptiewet is echter niet uitvoerbaar en handhaafbaar wegens het ontbreken van de Commissie.
Voornoemde advocaat zegt dus terecht dat het verdrag geen enkele invloed kan hebben op de zaak van Trikt en anderen.

R. Lobo

U kunt het volledige artikel hier downloaden.
pdf-icon.gif Volledig_artikel.pdf                
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May