Kanhai: Hof beslist maandag over opheffing beperking
09 Feb 2020, 00:00
foto
Advocaat Irvin Kanhai


Maandagochtend zal het Hof van Justitie het verzoek van de advocaten van gewezen governor van de Centrale Bank van Suriname, Robert van Trikt, in behandeling nemen. De raadslieden Irvin Kanhai en John Kraag willen opheffing van de beperking. Hun cliënt is sinds donderdag aangehouden, maar ze hebben geen toegang tot hem. Het Openbaar Ministerie heeft een beperking opgelegd. Kanhai om een reactie gevraagd, zegt aan Starnieuws dat de beschikking donderdagmiddag is ontvangen. Vrijdag is het verzoekschrift ingediend bij het Hof. Hij is blij dat maandag een beslissing wordt genomen. 

Kanhai vindt de wetsartikelen op basis waarvan Van Trikt aangehouden is niet correct. "Mijn cliënt is geen ambtenaar. Centrale Bank is een sui generis," merkt de raadsman op. Hij is ook verbaasd over dat de ex-governor money laundering wordt verweten. "Pas als wij het dossier hebben, kunnen we dat beoordelen", merkt Kanhai op. Hij blijft erbij dat zijn cliënt niet alles op zichzelf heeft gedaan. Er heeft afstemming plaatsgevonden en er zijn opdrachten gegeven door de minister van Financiën. Dit blijkt volgens Kanhai uit de correspondentie en whatsapp-berichten. 

De artikelen van het Wetboek van Strafrecht op basis waarvan Van Trikt in verzekering is gesteld zijn onder andere: 
Artikel 423
'De ambtenaar of een ander met enige openbare dienst voortdurend of tijdelijk belast persoon die opzettelijk geld, ongemunt goud of geldswaardig papier, dat hij in zijn bediening onder zich heeft, verduistert, of toelaat dat het door een ander weggenomen of verduisterd wordt, of die ander daarbij als medeplichtige ter zijde staat, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren."

Artikel 424
De ambtenaar of een ander met enige openbare dienst voortdurend of tijdelijk belast persoon die opzettelijk boeken of registers, uitsluitend bestemd tot controle van de administratie, valselijk opmaakt of vervalst, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren.

Artikel 430
De ambtenaar die in de uitoefening zijner bediening, als verschuldigd aan hem zelf, aan een ander ambtenaar of aan enige openbare kas, vordert of ontvangt of bij een uitbetaling terughoudt hetgeen hij weet dat niet verschuldigd is, wordt, als schuldig aan knevelarij, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren.
Advertenties