De zorgplicht van banken, een zorgelijke ontwikkeling
05 Sep 2019, 14:38
foto


Het kortgedingvonnis dat het Hof van Justitie Paramaribo op 7 augustus 2019 heeft uitgesproken in de zaak van RCR Medical Centre contra de Hakrinbank, NOB en het AZP heeft, vanop een afstand bezien, de nodige beroering teweeg gebracht binnen financieel Suriname, zowel onder banken als onder particuliere investeerders. Ik heb zelfs geluiden opgevangen dat particuliere financiers zich sindsdien de vraag stellen of hun geld nog veilig is om in hypothecaire financieringen te steken, omdat bij wanbetaling van de geldlener “je niet meer zou kunnen veilen”. De hier geconstateerde beroering legt naar mijn mening, in tegenstelling tot wat mr P. Bissessur in zijn artikel van 30 augustus 2019 op Starnieuws stelt, wél een zorgelijke ontwikkeling bloot over het fenomeen zorgplicht binnen financieel Suriname. Ik zal mij in dit artikel beperken tot de banken.

Kennelijk heeft heel lang binnen de bancaire sector in Suriname de gedachte geleefd dat je als hypotheekhouder ‘alles mag’. Opdracht geven bijvoorbeeld tot veiling van onroerend goed indien sprake is van wanprestatie aan de zijde van de hypotheekgever en op die veiling in alle openbaarheid datzelfde onroerend goed opkopen en door te verkopen of dat door tussenkomst van een derde doen, is geen onbekend verschijnsel. De rechtvaardiging daarvoor werd gezocht in de overweging dat je als hypotheekhouder nou eenmaal het recht hebt je investering zonder meer op het onderpand te verhalen. De eigenaar van het onroerend goed had er dan maar voor moeten zorgen dat hij de lening (de hypotheek) netjes terugbetaalde. Deze gedachtegang en de wijze waarop die in de praktijk uitvoering vond, is echter een toonbeeld van zorgplichtschending door de banken. De banken hebben kennelijk weinig oog gehad voor de mondiale ontwikkelingen ter zake. Opmerkelijk, omdat juist een sector als de bancaire in een mondiale wereld opereert en zich daarvan niet kan isoleren. Als spiegelbeeld hanteer ik de ontwikkeling die in Nederland -als onderdeel van een Europees brede ontwikkeling- zich op dit terrein heeft voltrokken.

Deze ontwikkeling is al vroeg in de jaren 2000 aangevangen doordat de overheid, met name, beursgenoteerde ondernemingen aansprak op goed bestuur. Binnen het kader van goed bestuur neemt de bescherming van de belangen van belanghebbenden een prominente plaats in. Noodzakelijkerwijs hebben de Nederlandse banken de ter zake geformuleerde richtlijnen overgenomen en aangepast aan hun sector. De Code Banken was geboren, speciaal voor de bancaire sector door de Nederlandse Vereniging van Banken opgestelde richtlijnen die op 1 januari 2010 in werking is getreden. Via de Code Banken leggen banken verantwoording af over het zorgvuldig behandelen van hun klanten en het zorgdragen voor een evenwichtige afweging van de belangen van alle stakeholders. Ook bijvoorbeeld ter zake risicobeheer. Handelingen van banken worden mede getoetst aan deze richtlijnen.

Zowel vooruitlopend op de aanname van deze Code Banken als sedertdien heeft de Nederlandse rechtspraak aandacht gehad voor de -bijzondere- zorgplicht van banken jegens hun klanten. Banken vervullen nou eenmaal een belangrijke maatschappelijke functie, zijn de scharnier van de economie van een land en hebben uit dien hoofde dan ook bijzondere verplichtingen. Ongeacht de soort klant, of het nou een multinational betreft, een belegger of een eenvoudige particulier, de verplichtingen van banken jegens deze klanten is dezelfde: onderzoeken, informeren en waarschuwen. Waarschuwen betekent onder meer dat de bank met de klant de risico’s van het te leveren bankproduct moet bespreken in relatie tot het beoogd doel van de klant. Deze verplichtingen gelden zowel bij het aangaan van een kredietrelatie als wanneer het (achteraf) fout dreigt te gaan, de bank kan en mag niet stilzitten en niets doen. In de Nederlandse rechtspraak wordt aan de verplichting om te waarschuwen zelfs nog een extra dimensie toegevoegd: waarschuwen moet gebeuren in uitdrukkelijke en in niet mis te verstane bewoordingen. Alleen maar informatie geven over een product, bijvoorbeeld een hypothecaire lening, is niet voldoende. Bij een geschil is het aan de bank om te bewijzen dat zij deze verplichting is nagekomen.

In de Nederlandse rechtspraak is eveneens uitgemaakt dat de zorgplicht van banken meebrengt dat zij niet zelf onroerende goederen kunnen (laten) opkopen die door hen ter veiling zijn aangeboden. De hierboven aangehaalde praktijk in Suriname is in de Nederlandse context volstrekt ‘not done’. Logisch ook, omdat de bank daarmee zichzelf belet voldoende oog te hebben voor de belangen van haar wederpartij, waaronder begrepen de bescherming van diezelfde wederpartij, hét uitgangspunt van het fenomeen zorgplicht.

Samenvattend vind ik het zorgelijk dat een uitspraak van het Hof van Justitie anno 2019 nodig was om banken in Suriname te wijzen op hun zorgplicht jegens hun klanten, een ontwikkeling welke zich mondiaal al lang heeft ingezet. Ik zou menen dat er voor de Surinaamse Vereniging van Banken hier een schone taak weg ligt. Zelfregulering is een uitermate geschikt middel om het vertrouwen in een sector te herstellen of te verhogen. Deze zelfregulering dient evenwel ook publiekelijk bekend te zijn. Daarnaast is er een taak voor de Surinaamse wetgever de wetgeving op dit terrein aan te passen. Te denken valt aan een bepaling zoals die voorkomt in het Nederlands Burgerlijk Wetboek, inhoudende dat de hypotheekhouder/de bank, de schuldenaar of een beslaglegger de rechter een verzoek kan doen te bepalen dat de verkoop van het onroerend goed onderhands zal geschieden bij een (koop)overeenkomst die aan hem ter goedkeuring wordt voorgelegd. De voordelen hiervan zijn legio: de bank is zeker dat haar investering wordt terugverdiend, een veiling biedt niet altijd die zekerheid omdat deze onderhevig kan zijn aan marktomstandigheden; door de rechterlijke goedkeuring behoeft de bank niet bang te zijn voor de beschuldiging dat de verkoop van het onroerend goed van de schuldenaar onregelmatig is verlopen; en de schuldenaar is met zijn directe betrokkenheid bij de tot stand te komen (koop)overeenkomst ervan verzekerd dat de hoogste opbrengst voor zijn eigendom wordt gerealiseerd.

Mr M.D. Winter
Advocaat

Den Haag

Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May