Column: Duitse overheersing een kwestie van economie
26 Apr 2013, 12:00
foto


Je kon erop wachten na de beide halve finales in de Champions League deze week: oorlogsretoriek. De media staan er bol van. Duitse supporterslegioenen die zich opmaken voor een invasie van Londen waar volgende maand de finale wordt gespeeld. Blonde en fitte Germanen die krijgshaftig korte metten maakten met de vermoeide Spaanse strijders.
Maar de forse overwinningen van Bayern München en Borussia Dortmund op respectievelijk Barcelona (4-0) en Real Madrid (4-1) hebben natuurlijk niets met de oorlog te maken. Wel met gedoseerd aanvallend voetbal, inzet en tactiek. Maar vooral met economie.

Waar de Europese economie vooral drijft op Duitse degelijkheid, wekte het vooral verbazing dat de Spaanse clubs zo lang de toon aangaven in het Europese voetbal. Want het topvoetbal in Europa is een bedrijfstak waarin gigantische bedragen omgaan. En hoe merkwaardig deze sector ook in elkaar steekt, vroeg of laat voegen de geldstromen die met voetbal gepaard gaan zich in dezelfde richting.
De Duitse bondskanselier Angela Merkel of minister van Financiën Wolfgang Schäuble hoeven maar met hun ogen te knipperen of de beurskoersen veren op. Kijken ze toch wat bedremmeld bij de zoveelste Europese top en de indexen tuimelen zienderogen naar beneden. Is er een crisis op Cyprus dan wacht iedereen, van ceo tot consument, op het verlossende woord van Frau Angela.

Neem de miljardenbusiness van het Europese voetbal. Omzet in 2012: 4,4 miljard euro. Schuld in dezelfde jaargang: 19 miljard euro. Dan hoef je geen verstand van boekhouden te hebben om nattigheid te voelen. Vorig jaar won Chelsea de Champions League met afbraakvoetbal en een hoop geluk. Maar die overwinning kreeg al veel eerder gestalte. De club werd zo’n tien jaar geleden overgenomen door de Russische zakenman Roman Abramovitsj. Tot op heden staat Chelsea voor 1 miljard euro bij hem in het krijt. Dat Abramovitsj zijn club vorig jaar de finale zag winnen van Bayern München betekende voor hem de verwezenlijking van een jongensdroom. Maar veel scheelde het niet want Bayern was op het veld stukken beter. In de boeken trouwens ook. De Duitse kampioen haalt al jaren enorme winsten dankzij solide financieel management.

Kijk nu naar Barcelona en Real Madrid. Real stootte eerder deze maand Manchester United van de troon als meest waardevolle voetbalclub ter wereld. Het Amerikaanse tijdschrift Forbes kwam uit op een waarde van 3,3 miljard US dollar aan tv-gelden, kaartverkoop, merchandising en concessies. (Wat die laatste post precies inhoudt is me trouwens een raadsel. Misschien moet ik daar eens naar informeren bij mijn vriend Romeo Bravo.) Toch schreef hetzelfde Real rode cijfers over 2012: 124 miljoen euro. Nog afgezien van de 600 miljoen euro die de club nog is verschuldigd aan de Spaanse fiscus. Dat neemt niet weg dat clubpresident Florentino (what’s in a name) Pérez zwemt in het geld en niet kijkt op een paar tientallen miljoenen wanneer coach José Mourinho zijn selectie weer eens wil versterken. Maar waar dat geld precies vandaan komt en of er geen verdachte financiële constructies met grond en onroerend goed aan vast hangen? Geen idee. Maar was dat destijds niet de opmaat voor de crisis in Amerika?

Rivaal Barcelona moet vóór 2020 een vergelijkbaar bedrag aflossen bij de Spaanse belastingdienst, terwijl het verschil tussen inkomsten en uitgaven bij de Catalaanse club vorig jaar 364 miljoen euro bedroeg. Negatief om precies te zijn. Je vraagt je dan ook af waar de club het geld vandaan denkt te halen om volgend seizoen die bijtgrage Uruguayaanse spits Luis Suarez over te nemen van Liverpool.
Ik ben dan ook razend benieuwd hoe ver de Europese voetbalbond wil gaan met de aangekondigde financial fairplay. Wordt clubs met een miljoenenschuld, hoe gerenommeerd ook, straks de toegang tot de Champions League ontzegd? Even ter relativering: dit seizoen legden AGOVV en Veendam uit de Nederlandse eerste divisie het loodje omdat ze een paar ton tekort kwamen. Dat is even treurig als onontkoombaar. Immers, in Apeldoorn en Oost-Groningen is sprake van Surinaamse toestanden: beide clubs hadden maar een handjevol supporters en er stond maar hoogst zelden een camera langs de lijn. Kortom: economisch stelden ze geen donder voor.

In het hedendaagse topvoetbal draait het om geld, economie en marketing. Wanneer Paris Saint Germain in de kwartfinale veteraan David Beckham opstelt om te proberen Barcelona uit te schakelen, weet ik genoeg. Want Beckham is de best verdienende voetballer ter wereld. Die staat helemaal niet op het veld om een wedstrijd te winnen. Hij is een zakenman die na de Engelse, Spaanse, Amerikaanse en Italiaanse ook nog even de Franse markt moest veroveren.
Het was natuurlijk al een teken aan de wand dat Pep Guardiola, de succesvolle Barcelona-coach die een jaartje vrijaf nam, begin dit jaar een contract tekende bij Bayern München. Of moeten ze in Spanje toch hoop putten uit het laatste akkefietje van Bayernpreses Uli Hoeness? Die zat vorige maand vast wegens belastingontduiking. Hij zou miljoenen euro’s naar een Zwitserse bankrekening hebben gesluisd.

A bun, als volgende week de returns van de halve finales in Spanje op het programma staan, probeer ik de economische realiteit zo snel mogelijk weer te vergeten. Messi en co zijn kansloos maar wie weet zijn Ronaldo en de zijnen in staat een wonder te verrichten. Al was het maar om aan te tonen dat die bal zich niets aantrekt van alle al dan niet verdachte geldstromen.


Diederik Samwel
Advertenties