Column: Mauritius
12 Dec 2011, 08:30
foto


“Ik kom uit Suriname. Daar zijn we achterlijker dan in het dorp dat achter ons ligt.” Zo introduceerde iemand zich bij mij, toen ik vertelde dat ik verbaasd was om in Mauritius een dorp te vinden met de naam Suriname.
Niemand kon me vertellen hoe dat dorp aan zijn naam kwam. Het was de naam van een oude plantage.

Mauritius zit vol verrassingen. Ik ben hier op een internationale conferentie over contractarbeid. Het eiland is genoemd naar de Nederlandse prins Maurits. De Nederlanders hebben in de internationale concurrentie om de wereld te beheersen geprobeerd om dit onbewoonde eiland te koloniseren, maar dat mislukte. Ze waren niet in staat om een vestiging neer te zetten. De Fransen lukte het wel. Zij vestigden een kolonie gebaseerd op slavernij. De mensen die tot slaaf werden gemaakt waren geboren in Afrika en voor een deel (10%) in India.
Na de afschaffing van slavernij werden 450.000 contractarbeiders uit India gehaald om op de suikerplantages te werken. Dat is enorm veel in vergelijking met Suriname (34.000).

Het eiland heeft een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt in de afgelopen decennia. Het is getransformeerd van een suikereconomie naar een moderne diensteneconomie. Minder dan 2% van de economie is nu gebaseerd op suiker. De basis bestaat uit handel, financiële diensten, voedselverwerking, textiel en toerisme. Het inkomen per hoofd van de bevolking is in de afgelopen dertig jaar gegroeid met 700%.

Het succesverhaal van Mauritius heeft veel te maken met hun politiek systeem en hun mentaliteit. De politieke partijen zijn allemaal socialistisch of sociaaldemocratisch. De ene keer is de Arbeiderspartij aan de macht. De andere keer de Militante Socialistische Partij. Qua beleidsprogramma’s verschillen ze niet veel.
Iemand legt me uit wat hun visie was: eerst hebben ze aandacht gegeven aan de basisbehoeften van de bevolking: elektriciteit, asfaltering, onderwijs (is gratis, op de universiteit moet je een bepaald deel betalen), huisvesting en gezondheidszorg. De gezondheidszorg is gratis. Als je ingewikkelde operaties niet op het eiland kunt uitvoeren, dan betaalt de staat de operatie in het buitenland.
Nu zijn ze in een fase waarin ze schenken ook aandacht schenken aan de geestelijke kracht van de bevolking: identiteit en samen met elkaar leven in een multiculturele samenleving. Onlangs is door de regering een commissie ingesteld: de Truth and Justice Commission. Raad wat de taakstelling is: het opstellen van een algeheel rapport over slavernij en contractarbeid tijdens het kolonialisme en haar gevolgen voor de toekomst. De gedachte is eenvoudig: het heden is voortgekomen uit het verleden en de toekomst wordt bepaald door de vraag hoe je met die erfenis omgaat. Kun je je voorstellen: een overheidscommissie die de gevolgen van het kolonialisme gaat onderzoeken.
Mauritius trekt er veel geld voor uit. Want de commissie is niet de grootste kostenpost. Ze hebben een museum en cursusinstituten. Ze conserveren archeologische gebieden. Ze trekken geld uit voor onderzoek en een nieuw historisch instituut.
Ik vroeg een van de sleutelfiguren met welke argumenten ze dit soort uitgaven rechtvaardigen tegenover de bevolking. Zijn antwoord: dit is voortgekomen als een wens vanuit de bevolking. En dat kun je ook zien.
De historici van de conferentie waren uitgenodigd op twee bijeenkomsten in twee dorpen. De eerste bijeenkomst vond plaats in een mandir. Daar werden grote foto’s geplaatst als een mobiele tentoonstelling uit de periode van slavernij en contractarbeid. De tweede bijeenkomst was op een basisschool. De ouders van de kinderen en de hele buurt waren uitgenodigd om te luisteren naar historici en om te kijken naar de documentaire die Ivette Forster en ik hebben gemaakt over de oude heer Ramsahai. Die was op vierjarige leeftijd vanuit India naar Suriname gekomen. Aan het eind van zijn leven zijn we met hem teruggegaan naar zijn dorp. De documentaire verteld het verhaal van contractarbeid. Ze is ondertiteld in het Engels en werd vertoond ergens op het platteland van Mauritius door mensen die luisteren naar een beroepsgroep die als saai wordt betiteld: historici.

Op Mauritius heb ik een volk ontmoet, dat bewust is van haar eigen identiteit en vanuit een groot gevoel van zelfvertrouwen werkt aan haar toekomst. Dat zelfvertrouwen komt voort uit hoe men naar zichzelf kijkt, als mensen die een lange strijd voeren vanaf het kolonialisme tot nu toe, een strijd voor zelfrespect en tegen zelfvernedering, een strijd voor sociale rechtvaardigheid, een strijd die je met opgeheven hoofd voert, niet in nederigheid.

En de conferentie? Die was vruchtbaar. We hebben daar een internationaal netwerk opgezet voor een Indentured Labour Route Project, vergelijkbaar met het Slave Route Project. Dit project moet de goedkeuring van Unesco zien te krijgen.
En verder, ach. Wat is het toch heerlijk om nieuwe vrienden te maken, oude vriendschappen te bevestigen en nieuwe vijanden erbij te krijgen met decolonizing the mind.

Sandew Hira

Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May