Column: Fysiek geweld of een ideeënstrijd?
10 Apr, 00:59
foto
Hans Breeveld


De dreunen waarmee enkelen Bennie Miranda in de nacht van vrijdag 4 op zaterdag 5 april 2024 wilden uitschakelen resoneren nog na in de Surinaamse politiek. Dat een rouwzitting daarvoor gekozen werd is intriest. In een democratisch bestel wordt fysiek geweld in de politiek radicaal van de hand gewezen. Dat Bennie Miranda ervan beschuldigd wordt via de sociale media de ABOP dan wel de voorzitter van die partij te beledigen mag geen reden zijn voor welke vorm van fysiek geweld dan ook tegen hem. 

Artikel 19 van onze grondwet geeft aan dat eenieder het recht heeft om … zijn gedachten of gevoelens te openbaren en zijn mening te uiten, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. De beoordeling van wat op de sociale media verschijnt is zeer subjectief. Often it depends on where we stand. Wat de één beledigend vindt hoeft dat voor de ander nog niet te zijn.

Voor vermeende slachtoffers of gedupeerden staan er tenminste twee mogelijkheden open. Zij reageren zelf op hetgeen geschreven of gezegd is; of ze vragen iemand dat namens hen te doen. Het slachtoffer of de gedupeerde kan ook naar de rechter stappen.

Als men ervoor kiest om de politiek in te gaan dan moet men zich wel realiseren dat het betekent dat u in de publieke arena – een glazen huis - stapt. Elk denkt steeds over uw handel en wandel een oordeel te mogen vellen. Niet iedereen hoeft het eens te zijn met het beleid dat u voert; met name niet met de oplossingsmodellen die u aandraagt. Het is zelfs mogelijk dat men vanwege opportunistische redenen het niet eens met u zal zijn, simpelweg omdat men u het succes niet gunt. Maar sowieso zullen door u gemaakte fouten breed uitgemeten worden door de concurrenten in de politiek. Terwijl ook in de politiek geldt: hoge bomen vangen veel wind. 

Dat er in de politiek verbaal geweld wordt gebruikt is niet ongebruikelijk. Politiek mag gezien worden als een bedrijf waarvan bij de deelnemers een zekere mate van vorming, scholing, ontwikkeling, maar ook tolerantie verwacht mag worden. De gouden spelregel daarbij is dat haast alles aan en over elkaar gezegd en geschreven mag worden, maar je komt niet aan het lijf van de ander, zonder diens toestemming. Deze gouden regel is in Suriname – met hier en daar wat uitzonderingen – tot nu toe goed in ere gehouden.  We mogen hopen dat het zo blijft. 

We wonen namelijk in een regio waar decennialang op de dag van de uitslag van de verkiezingen men niet slechts geïnteresseerd is in welke partij de grootste is geworden, maar vooral hoeveel doden er bij die verkiezingen zijn gevallen. De recente film over het leven van Bob Marley – One Love - brengt ons terug naar die gewelddadige periode in Jamaica waarbij ‘gangs’ hoofdzakelijk het politieke toneel bepaalden. Als ons politiekorps anno 2024 onze veiligheid niet kan garanderen dan kunnen wij slechts op onze blote knieën God bidden dat de laffe aanval op Bennie Miranda ‘slechts’ een incident is geweest.

Het is wel sympathiek dat politieke partijen na het voorval hun afkeuring uitspreken over die daad en hun medeleven tonen met Miranda, maar leiders van politieke partijen – zij die zich daarvoor beijveren niet meegerekend - moeten ernstig bij zichzelf te rade gaan in hoeverre zij niet zelf uitlokkers van dit soort handelingen zijn. In hoeverre ze provocerende taal aanslaan in plaats van bezig te zijn met het bespreken van de problemen van Suriname en het aandragen van oplossingsmodellen. Be part of the solution and not of the problem.

Laat de politiek meer een woordenstrijd en een ideeënstrijd zijn en zeker niet een strijd die bepaald wordt door wie het meeste goud of geld heeft. Terwijl in het afgelopen jaar met man en macht gewerkt is om Suriname voor een blacklisting te behoeden; terwijl de Centrale Bank er alles aan doet om het veelvuldig gebruik van chartaal geld om te buigen naar meer gebruik van giraal geld laat de vicepresident zich filmen met schalen vol goud en bundels bankbiljetten, terwijl hij zegt: “…Tide na 8 april, dit is voor de verkiezingen.” Wat wil hij daarmee aangeven? Is het de bedoeling om mensen om te kopen? De mensen uit zijn partij zouden hem toch moeten waarschuwen voor dit gedrag. Het zijn precies dit soort handelingen waar Bennie Miranda steeds weer kritiek op heeft. Heeft hij dan ongelijk?

Bij de komende verkiezingen zullen we meer hebben aan verkiezingsprogramma’s, visies, oplossingsmodellen dan aan truitjes petjes en ander prolaria. 

Hans Breeveld

Advertenties