Turkije: Alleen woede op verjaardag verwoestende aardbeving

Een jaar na de ramp vermengt de rouw zich met frustratie over de reactie van de autoriteiten. In heel Turkije hebben zich menigten verzameld ter gelegenheid van de eenjarige herdenking van de aardbeving die het land verwoestte. Veel mensen uitten hun woede over de reactie van de autoriteiten op de ramp.

In Antakya, de hoofdstad van Hatay, de zwaarst getroffen van de elf zuidelijke provincies die op 6 februari 2023 werden getroffen door de aardbeving met een kracht van 7.8 op de schaal van Richter, verdrongen menigten zich van de politie, riepen burgemeester Lutfu Savas op om af te treden en jouwden minister van Volksgezondheid Fahrettin Koca uit.

De beving en de naschokken lieten dorpen en steden in puin achter en doodden meer dan 50.000 mensen in Turkije en 5.900 in Syrië. De lokale bevolking zegt dat de vertraagde reactie van de autoriteiten ervoor zorgde dat velen omkwamen, dagenlang vastzaten onder het puin, in de vrieskou.

Mensen zongen "Kan iemand mij horen?" – in navolging van de stemmen van degenen die hun leven verloren terwijl ze op hulp wachtten. "We zullen het niet vergeten, we zullen het niet vergeven", verklaarde de menigte.

Na een moment van stilte om 04.17 uur ter gelegenheid van het tijdstip waarop de aardbeving plaatsvond, werden anjers in de rivier gegooid.

'Ramp van de eeuw'
De regering heeft in het hele land een reeks evenementen georganiseerd om de ramp te herdenken.

President Recep Tayyip Erdogan zei in een bericht op X dat de pijn nog vers is. "De eenheid van de eeuw kwam tot uiting in het licht van de ramp van de eeuw", zei hij.

Tijdens een rondreis door het aardbevingsgebied was hij van plan Kahramanmaras te bezoeken, het epicentrum te markeren, om de werkzaamheden te inspecteren die worden gedaan om de stad weer op te bouwen en duizenden mensen die in tenten en geprefabriceerde containers verblijven, opnieuw te huisvesten.

In veel van de door de aardbeving getroffen provincies waren scholen een hele dag gesloten.

De autoriteiten waren echter ook voorbereid op woede. In de provincie Malatya verbood de gouverneur gedurende drie dagen alle marsen of andere openbare vertoningen buiten officieel goedgekeurde evenementen.