Gepensioneerde verliest rijbevoegdheid voor vijf maanden

Voor het aanrijden van twee jongeren op een bromfiets op de hoek van de Waaldijkstraat en de Dambrandersgracht, is de gepensioneerde Ronald V. veroordeeld tot een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden met een proeftijd van twee jaar, alsook ontzegging van de rijbevoegdheid voor twaalf maanden, waarvan zeven voorwaardelijk.

Kantonrechter Roy Elgin oordeelde voorts dat Ronald V. SRD 6.000- aan de Staat moest betalen voor de moeder. Daarbij heeft hij als bijzondere bepaling gesteld dat het Openbaar Ministerie het rijbewijs niet afgeeft aan Ronald V., zolang hij de betaling niet heeft voldaan. “Uw rijgedrag op 16 januari is er één waarbij u aanmerkelijk onoplettend bent geweest,” sprak de rechter hem toe.

Officier van Justitie Sudesh Sewgobind had een gevangenisstraf van zes maanden met een proeftijd van drie jaar geëist. Daarnaast had hij de kantonrechter gevraagd dat het rijbewijs van Ronald V. moest worden ingetrokken voor een periode van twaalf maanden. Bovendien eiste hij dat de verdachte via de Staat de moeder van de slachtoffers ruim Srd 10.000,- moest betalen voor de geleden schade, vanwege de jeugdige leeftijd van de jongens. Dit bedrag diende binnen zes maanden te zijn betaald.

De verdachte had geen raadsman en mocht zelf zijn pleidooi houden. De man verklaarde dat de jeugdige bromfietsers met een hoge snelheid hadden gereden en geen verlichting hadden. Toen hij op de Drambrandersgracht reed en de Waaldijkstraat naderde, stopte hij op de hoek om zich ervan te vergewissen of de weg vrij was. En dat bleek volgens hem wel het geval. Hij nam aan dat het veilig was om op te rijden en deed dat ook. Plotseling hoorde hij een klap. Bleek dat hij de bromfietser en zijn bijrijder – twee broers - had aangereden. Eerder had hij evenwel verklaard een licht (red – van de bromfiets) te hebben zien aankomen. Ook vond hij dat de aanrijding niet zou hebben plaatsgevonden, als de jongens niet zo snel hadden gereden.

Elgin hield de man voor dat we in het verkeer niet zomaar aannames mogen maken. Het veiligheidsbeginsel is van het hoogste belang. Zeker daar de verdachte al een licht had gezien, had hij er rekening mee moeten houden dat er verkeer aankomende was. De rechter zei tegen de verdachte dat hij niet schuldvrij was: hij had aangenomen dat de weg vrij was, terwijl dat niet het geval was. Beide slachtoffers hadden overigens verklaard dat de bromfiets wel verlichting had. Zij hadden gereden met een snelheid van 20 km/uur. Voorts was volgens hun verklaring de autobestuurder niet gestopt op de kruising. Door het niet verlenen van voorrang aan de jongens op de bromfiets, heeft de botsing plaatsgevonden. Behalve dat de brom beschadigd raakte, liep een van de jongens ook een kniefractuur en kuitbeenfractuur op. Volgens verklaring van de gepensioneerde autobestuurder heeft zijn eigen auto een schade opgelopen van rond de SRD 150.000.