Tête de la course
11 Apr 2023, 22:56
foto


We zitten midden in de belangrijkste periode voor specialisten in de klassiekers. Met ‘we’ bedoel ik liefhebbers van wielrennen. Ik kan het mis hebben, maar volgens mij lag het Surinaamse leven op zondag 2 april niet stil toen het profpeloton door Vlaanderen fietste, in België. De Ronde van Vlaanderen is de officieuze nationale feestdag in België. Wielrennen volg je als je daar woont niet omdat je het leuk bent gaan vinden, het zit in je bloed. Wekenlang gaat het over niks anders dan de koers, zoals wielrennen ook wel wordt genoemd. Wie is in vorm? Die rijdt wel sterk de laatste tijd maar kan hij het ook waarmaken met de druk van de natie op zijn schouders?

De helft van wielerminnend Vlaanderen (het Nederlandstalige deel van België) zat zondag voor de televisie om de wedstrijd te volgen. De andere helft stond langs het parcours. Ook elders in de wereld, voornamelijk Europa, werd er volop gekeken. Wielerfans zitten overal, in Australië, Eritrea, Colombia en in ieder geval één in Suriname. Die ene ben ik. Vroeger was ik namelijk zelf een fanatieke wielrenner. Waarom? Dat is lastig uit te leggen.

Het leuke aan wielrennen is…tja wat eigenlijk?
Je hebt geen eten en drinken meer bij je, stikt haast van de dorst en voor je zie je een eindeloze weg die slechts gevuld wordt door de wind die hard in je gezicht blaast. Wielrennen is een zware sport. Je hebt te maken met allerlei omstandigheden. Wind tegen, heuvels en bergen op, soms in de regen, of als het 35 graden is. En wielrennen is een vreemde sport. Hoewel je in je eentje op de fiets zit, is het een teamsport, waarbij je knechten en kopmannen hebt. Van die kopmannen wordt verwacht dat ze winnen. En daar komt het volgende vreemde punt.

Bij een voetbalwedstrijd win je of verlies je. Hetzelfde geldt voor tennissen, honkbal, voor veel sporten. Aan een wedstrijd zoals de Ronde van Vlaanderen doen een kleine 200 wielrenners mee. Slechts 1 wint er. Daar moet je mentaal tegen kunnen. Wielrenners rijden ongeveer 80 wedstrijden per jaar. Als je elk jaar 5 wedstrijden wint, ben je een erg goede wielrenner. Tegen voetballers met zo’n winstpercentage wordt waarschijnlijk gezegd dat ze een andere hobby moeten gaan zoeken.

Waarom is wielrennen dan toch zo mooi? Meerdere redenen. Met 30 graden, wind tegen en de geur van een uitlaat van een oude auto in je gezicht fietsen is niet aangenaam. Zeker niet als je al pijn in je benen hebt. Het gevoel achteraf is echter ongeëvenaard. Fris uit de douche heb je het gevoel dat je wereld aan kan. Dan heb ik het nog niet eens over het winnen van een wedstrijd. Een doelpunt maken als voetballer is leuk. Hetzelfde geldt voor het slaan van een homerun. Maar de sprint winnen na een wedstrijd van 4 uur lang waarin je 10 keer het gevoel hebt gehad dat de koers verloren was, kan nergens tegenop. Je schreeuwt het uit.

Doen er ook Surinamers mee?
Zondag is de Amstel Gold Race, in Nederland, waar we als Suriname een bijzondere band mee hebben. De wedstrijd is in Zuid-Limburg, in het enige gedeelte van Nederland waar iets van hoogteverschil is. Je moet kracht en klimvermogen hebben om die koers te winnen. Op het eerste oog ideaal voor Surinamers, zou je zeggen.

Zoek zondag echter niet naar Surinaamse deelnemers, die zijn er namelijk niet. We hebben met Jaïr Tjon En Fa een wereldtopper in het baanwielrennen, op de weg is dat niet het geval. Nog niet, hoop ik. Want als er een sport is waarin we als Suriname zouden kunnen uitblinken is het wielrennen. Het is namelijk geen ingewikkelde sport om aan te beginnen. Je hebt een fiets nodig en fietskleding, anders doen je achterste en edele delen nog weken pijn. De wegen liggen er. Door te trainen word je beter, en snel ook. Daar heb je geen Louis van Gaal voor nodig, hoewel hij hopelijk de komende jaren veel in Suriname is te vinden.

De Surinaamse Wielren Unie is volop bezig om vier jonge talenten klaar te stomen voor de Caribische kampioenschappen, later dit jaar. Op Facebook houden ze geïnteresseerden op de hoogte van wat er te doen is op het gebied van wielrennen. Het kan het begin zijn van iets moois, want wielrennen is niet iets waar ze in Europa beter in zijn. Ze hebben er alleen betere middelen en een wielercultuur. Maar we hoeven niet eens ver te kijken om te zien dat het ook bij ons kan. In Colombia zijn ze gek van wielrennen. En daar is echt niet veel voor nodig. Een groot talent, het liefst twee en we zitten in april en in juli tijdens de Tour de France massaal voor de tv, om te zien of een landgenoot tête de la course is.

Rodney Bouterse
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May