Na een storm van kritiek over de Open Markt Operaties (OMO's) heeft de Centrale Bank van Suriname (CBvS) een lijvig communiqué uitgegeven. De CBvS meent dat in de meeste gevallen onbegrip of onwetendheid
aan deze onjuiste stellingen ten grondslag ligt. De CBvS betreurt het dat ook in De Nationale Assemblee, getuige de opmerkingen van enkele
prominente leden, niet of nauwelijks inhoudelijk bekendheid is met de overeenkomst met het Internationaal Monetair Fonds (IMF). De OMO's zijn conform de overeenkomst met het IMF uitgevoerd.
Met het IMF is een Letter of Intent
ondertekend door de president van Suriname en de monetaire autoriteiten.
Hierin wordt onder meer ingegaan op het nieuwe monetair en
wisselkoersbeleid waarbij rentetarieven en wisselkoersen
marktconform, door vraag en aanbod, tot stand moeten komen. De OMO’s behoren tot de standaard monetaire instrumenten die centrale
banken wereldwijd hanteren. In het kader van het macro-fiscaal raamwerk
spelen OMO’s dan ook een belangrijke rol bij het steriliseren van
overtollige liquiditeiten, stelt de CBvS.
Een van de voornaamste oorzaken van geldschepping in 2022
was de toename van de netto Staatsuitgaven en de hiermee gepaard gaande
geldschepping vanwege verkoop van vreemde valuta door de overheid aan de
CBvS alsook vanwege intering door de Staat op zijn eigen tegoeden van de financiële instelling. "De effectiviteit van OMO’s begon in mei vorig jaar af te nemen
door deze geldschepping ten behoeve van de Staat. Dit is niet hetzelfde
als monetaire financiering omdat er geen sprake was van kredietverlening
door de CBvS. Evenwel is het monetaire effect hetzelfde geweest vanwege
het geldverruimend karakter van de financieringswijze."
De
marktconforme rentetransmissie bij banken is nauwelijks op gang gekomen,
hoewel de uitgifte van Centrale Bank Certificaten enige beweging in de
depositorentes van banken heeft gebracht. Indien de rentetransmissie
goed op gang komt, zal het publiek geneigd zijn meer te gaan sparen in
SRD en minder te vluchten in vreemde valuta, wat de druk op de
wisselkoers zal doen afnemen.
De OMO’s zijn volgens de bank per saldo
geldverkrappend. Indien deze niet waren uitgevoerd, zouden de
wisselkoers en de inflatie zeer waarschijnlijk op een hoger niveau
liggen. Dit kan worden onderbouwd met data die uitwijzen dat er per
saldo steeds miljarden aan Surinaamse dollars bij banken zijn gebonden.
Deze liquiditeiten zouden anders direct of indirect vraag kunnen hebben
uitgeoefend op de valutamarkt.
"Het monetaire beleid is het
sluitstuk in het macro-economisch raamwerk van het programma met het
IMF. Onder een zwevend wisselkoersregiem is de stabiliteit van de
wisselkoers daarom in hoge mate afhankelijk van evenwichtige
Staatsfinanciën. Indien de geldschepping ten behoeve van de overheid
overmatige vormen begint aan te nemen zijn de OMO’s uit de aard der zaak
niet meer effectief. Hoewel het monetair beleid tijdelijk kan worden
aangescherpt zal slechts het adresseren van de onevenwichtigheid in de
overheidsfinanciën op termijn duurzame monetaire stabiliteit brengen.
Het vereist dus een goede coördinatie tussen het budgettair en het
monetair beleid om de wisselkoers te stabiliseren. Hiermee is niet
gezegd dat de inflatie ook helemaal onder toom zal zijn, aangezien
kostprijsverhogende maatregelen, zoals het afschaffen van
overheidssubsidies, het prijspeil nog enige tijd onder druk zullen
zetten. Bovendien is er sprake van importinflatie, waarmee de
wereldeconomie sinds vorig jaar mee kampt."
U kunt het communiqué van de CBvS hier downloaden.