De fiscale positie van bedrijven die in Suriname werkzaam zijn als contractor en de door hen in te zetten sub-contractors, is in de Petroleumwet geregeld. De vrijstelling voor heffing van omzetbelasting, dividendbelasting en zegelrecht van contractors waren opgenomen in een Staatsbesluit dat onvoldoende zekerheid geeft. Om ontwikkelingen in de petroleumsector verder te stimuleren, is de wetswijziging nodig.

Commissievoorzitter Asis Gajadien (VHP), commissielid Rabin Parmessar (NDP) en NPS-fractieleider Gregory Rusland, benadrukten het belang van rechtszekerheid. Gajadien voerde aan dat Suriname geen cultuur heeft van openbreken van contracten. De zekerheden zijn nodig om investeringen aan te trekken. De fiscale faciliteiten zijn eerder toegezegd en met de wetswijziging is die garantie gegeven.

Parmessar merkte op dat met de ondersteuning van de wet, Suriname als klein land een signaal geeft dat het een traditie heeft van betrouwbare partner. Rusland benadrukte dat dit signaal onder alle omstandigheden moet worden gegeven dat Suriname zich houdt aan gemaakte afspraken. Zelfs in de moeilijke jaren tachtig van de vorige eeuw is dat ook gebeurd. Deze traditie wordt voortgezet.

Minister David Abiamofo van Natuurlijke Hulpbronnen is content met de ondersteuning van De Nationale Assemblee. Hij is ook akkoord gegaan met enkele tekstuele wijzigingen. Hij ging in op de vraag van onder andere Parmessar om de Delfstoffenovereenkomst te evalueren. Dit zal in de toekomst zeker bespreekbaar worden gemaakt.