Bij de behandeling van de BTW is gebleken dat er nog veel twijfels bestaan over de haalbaarheid van de wet en of de regering in staat zal zijn de beoogde bedragen te innen. Een groot deel van het bedrijfsleven heeft zich nog niet geregistreerd en blijkt dat bij ondernemers er nog grote onduidelijkheid heerst over wat de BTW precies inhoudt en hoe de belasting geïnd moet worden. Ook is de Belastingdienst in gebreke gebleven als het gaat om het afdoende informeren van het bedrijfsleven. De algemene opvatting is nog steeds dat de BTW zal zorgen voor meer druk in de financiële sfeer die de samenleving nu niet aankan.

Asis Gajadien (VHP), voorzitter van de commissie van rapporteurs, legde uit dat met de invoering van de BTW op 1 januari 2023 de omzetbelasting (ob) van 12% afgeschaft zal worden. Er zijn enkele wijzigingsvoorstellen gedaan om te voorkomen dat de regering in budgettaire problemen komt. Zo wordt voorgesteld om voor brandstof een BTW-tarief van 5% te hanteren. Volgens Gajadien wordt zo de hele informele sector betrokken. Er is hierover veel vragen gesteld. Het zorgpunt is dat over de hele linie stijgingen zullen plaatsvinden, omdat brandstof doorwerkt in alle sectoren. Voor een aantal goederen en diensten wordt het nultarief gehanteerd terwijl met name de eerste levensbehoeften vrijgesteld zijn van BTW.

Bij de wetten Loonbelasting en Inkomstenbelasting wordt voorgesteld de belastingvrije grens te brenger van SRD 4.000 naar SRD 6.000 per maand. Het parlement heeft besloten de wetten te behandelen en goed te keuren hoewel de regering en de vakbeweging nog niet op één lijn is als het gaat om de verruiming van de belastingschijven. De bedoeling is volgens Gajadien dat de samenleving een redelijk bedrag overhoudt. DNA-leden zijn de mening toegedaan dat veel mensen ook niet hiervan kunnen leven. Er werd gewezen op de vele maatregelen van het sociaal programma die deels of nog niet uitgevoerd zijn.

Reshma Mangre (VHP) pleitte voor het optrekken van de belastingvrije grens naar SRD 15.000 per maand omdat het bedrag van SRD 6.000 niet werkbaar is. Patrick Kensenhuis (NDP) vroeg zelfs dat met de invoering van BTW de loonbelasting afgeschaft werd.

Bij de wet Casinobelasting is het voorstel om de belasting te verhogen, daar deze sector vrijgesteld is van BTW. De belastingbedragen zijn nu SRD 6.000 voor de speeltafels, voor de roulettetafels SRD 8.000 en speelautomaten SRD 800 per maand. Het voorstel is om deze bedragen met 150% te verhogen. Er is oneindigheid over het feit dat de casinosector geen BTW betaalt.

Mahinder Jogi (VHP) wees op de negatieve impact van kansspelen en is van mening dat deze sector de volledige 10% aan BTW zou moeten betalen. Fractiegenoot Barkat Mohab-Ali zei dat de bedragen die voorgesteld zijn in de wet niet kloppen. Als de regering 150% wil verhogen zouden de tarieven voor een speelautomaat SRD 2.000 moeten zijn, voor een speeltafel SRD 15.000 en voor een roulettetafel SRD 20.000. De regering zal vanmiddag ingaan op de opmerkingen en de gestelde vragen.