Drie hoofdlijnen beleid nieuwe minister Financiën

Minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning gaat 'drie belangrijke hoofdlijnen' volgen waarmee hij de economie gezond wil maken; een goede begroting, een stabiele koers, minder uitgaven en meer inkomsten. Hij wil geen subsidie voor 'rijke mensen' en de belasting moet gehaald worden "daar waar het gehaald moet worden". Raghoebarsing heeft op een regeringspersconferentie beknopt uitgelegd hoe zijn beleid er de komende tijd uit gaat zien. Het remmen van de stijgende koers heeft hoge prioriteit.

Raghoebarsing over de eerste hoofdlijn; een goede begroting. "Als wij zonder na te denken geld blijven pompen in de gemeenschap die geen basis heeft via de begroting, gaan de koersen en de prijzen blijven stijgen. We moeten dus zorgen dat die begroting in orde is."

De tweede hoofdlijn is om de inkomsten te verhogen en de uitgaven te verlagen, van de overheid. "Dat kan," deelt hij mee over het verminderen van de uitgaven. "Geef de subsidies waar ze echt nodig zijn. Geef geen subsidies aan rijke mensen, geef geen subsidies aan four wheel drives, geef geen subsidies die weglekken naar het buitenland."  

Raghoebarsingh geeft aan hoe hij de inkomsten wil verhogen. De loontrekkers alleen moeten niet langer de basis van belastinginkomsten zijn, geeft hij aan. "Dat zijn niet je rijkste mensen, dat is de middenklasse, je wil niet dat je middenklasse verder verarmt. Haal het geld waar het is." De overheid zal bijvoorbeeld de gemiste (belasting) inkomsten bij de haven, importbedrijven (van luxe goederen) en exportbedrijven die belasting moeten afdragen, nu wel moeten binnenhalen. "Geen nieuwe belastingen, maar gewoon nakomen wat reeds in de wet staat," benadrukt Raghoebarsing. "En ook hier, niet als bedreiging naar het bedrijfsleven maar als het nemen van verantwoordelijkheid voor je land."

De derde hoofdlijn heeft te maken met de koers zelf. Hiervoor zal er intenser met de Centrale Bank van Suriname overlegd worden. Raghoebarsing constateert dat terwijl de Centrale Bank programma's uitvoert om overtollig geld af te romen, de overheid vanuit haar begroting via subsidies, juist nog meer geld pompt in de economie. Het beleid van de begroting en de Centrale Bank moet beter gecoördineerd worden, vandaar dat het overleg tussen de governor en de minister van Financiën intensiever gaat worden.

Raghoebarsing merkt op dat de retentieregeling (exporteurs moeten 35% van hun inkomsten inwisselen bij de banken) beter moet. "Als iemand US$ 10.000 exporteert  en 35% moet afdragen, betekent het niet dat hij dat gratis aan lanti moet geven," merkt de minister op. "Hij krijgt het tegen de officiële koers van de Centrale Bank, 3.500 x SRD 30. Hij wordt niet benadeeld. En die exporteur die zegt dat hij deviezen moet hebben om zijn bedrijf te draaien heeft nog US$ 6.500 over. Zijn bedrijf kan doorgaan. Het is niet zo dat hij zonder dollars komt te zitten."

35% is nog aan de lage kant, haalt Raghoebarsing aan. "Er zijn buurlanden die 100% afdragen," deelt hij mee. "Het vertrouwen is daar zo groot dat men dat doet. Ik denk dat de regering hier ook alles kan doen. Maar de regering heeft nodig een goede samenwerking met bedrijfsleven, vakbeweging en maatschappelijk middenveld." Raghoebarsing geeft aan dat hij genoeg mensen in die groepen is tegengekomen die willen meedenken en doen om het land tot een goed land te maken. Hij drukt de regering op het hart om het respect en vertrouwen in ze op te brengen. Want de regering en de groepen zijn op één lijn, zegt hij: "Want je wil niet dat je looncorrecties geeft aan arbeiders om vervolgens te zien dat ze achterhaald zijn want de prijzen zijn 3 weken daarna aangepast, en dat je weer van vooraf aan moet beginnen."