De minister reageerde nadat Obed Kanape, fractieleider van ABOP/PL, wederom vragen stelde over de start van scholen in het binnenland. Het gaat hierbij om scholen die gerenoveerd moesten worden na de overstroming in het binnenland. Kanape zei dat de kinderen nog niet naar school gaan. “Als het niet vandaag gebeurt, zal het noot meer gebeuren. Wat gaan we doen met de scholen binnenland die gesloten zijn en wat zal de aanpak zijn met betrekking tot de bouw”, vroeg Kanape. DNA-voorzitter Marinus Bee zei dat het onacceptabel is dat vandaag, 8 november, de scholen in het binnenland nog niet zijn begonnen. Vooral omdat de scholen reeds voor de overstroming gesloten waren.

“Mensen bellen, ouders bellen, leerkrachten bellen, maar er is nog geen zicht wanneer de scholen opengaan. Dit is ongekend. Er moet nu wel duidelijkheid komen. Het kan niet zo zijn dat na anderhalve maand de scholen nog gesloten. Nu moeten we wel horen wat de regering concreet gaat doen. Het gaat om kinderen van ons ongeacht waar ze zijn”, sprak Bee.

Levens zei dat de regering SRD 160 miljoen ter beschikking heeft gesteld, waarvan SRD 60 miljoen bestemd is voor leermiddelen. Die worden nu gedistribueerd. De resterende SRD 100 miljoen is bestemd voor reparatie. “Ik heb begrepen dat we een enorme financieel probleem hebben, omdat het noodfonds bestemd voor dit soort zaken geen geld heeft”, deelde Leves mee. Zodra het geld binnen is gaan we beginnen met de bouw van de school op Loka Loka, Godo Olo, Goninikriki en Manlobi. “We hebben zes scholen nieuw te bouwen in het binnenland. Het moment ik geld heb begin ik”, stelde Levens.

Bee vroeg of er voor nu geen tenten gestuurd konden worden, zodat de school op Loka Loka gestart wordt, omdat een school bouwen niet enkele dagen duurt. “Als we eerst gaan bouwen voordat de school kan starten, zijn we maanden verder”. Levens zei dat de school kan beginnen, maar dat de drie leerkrachten die werken op Loka Loka, staken. Dit heeft te maken met leerkrachtenwoningen. Levens zei dat ze nieuwe leerkrachten wil sturen naar het binnenland. Het ministerie kan huizen huren in dat gebied, omdat de leerkrachtenwoningen niet goed zijn. “We kunnen huizen huren, maar ze willen gewoon niet terug”.

De mededeling om nieuwe leerkrachten te sturen is volgens de minister geen bedreiging, omdat woningen gehuurd zullen worden terwijl de leerkrachten in de tussentijd werken met de leerlingen waar dat kan. “Ik wil het oplossen. Ik wil niet tot het uiterste gaan, maar ik denk dat ik toch met nieuwe leerkrachten daar moet gaan werken in plaats van de drie die daar werken”, voerde Levens aan.