Wet Jaarrekening aangenomen; bedrijven krijgen jaar uitstel
28 Oct 2022, 16:35
foto
De Wet op de Jaarrekening is donderdag aangenomen met 26 stemmen vóór en 12 tegen. De oppositie is principieel tegen om bedrijven een jaar uitstel te geven.


De Wet op de Jaarrekening is donderdag met 26 stemmen vóór en 12 tegen aangenomen in De Nationale Assemblee. De NDP- en de BEP-fractie hebben tegen de wet gestemd. Volgens beide fracties is er geen reden om de grace periode te verlengen. De NDP-fractie noemde de wet corruptie en witwas faciliterend. Stephen Tsang (NDP) zei dat de redeneringen niet steekhoudend zijn gezien bepaalde bedrijven wel konden voldoen aan de regels. Ronny Asabina, fractieleider van de BEP, betitelde de aanpassing als een gelegenheidsaanpassing om een deel van het bedrijfsleven hun zin te laten krijgen. “Wij werken niet mee aan organiseren van falen. De wet krioelt van hiaten en valkuilen. De uitvoerbaarheid van de wet is in het geding. We zullen niet meewerken hieraan”, betoogde Asabina.

Ad interim minister van Financiën en Planning Silvano Tjong-Ahin, heeft bij de beantwoording van vragen van het parlement aangegeven dat met de Wet op de Jaarrekening wordt nagestreefd onzekerheden weg te nemen en betrouwbare en vergelijkbare jaarrekeningen te faciliteren en anderzijds een aantal waarden en normen in de financiële verantwoording te waarborgen. In de ontwerpwet is aangegeven dat de ingangsdatum van de verslaggevingsstandaarden met ten minste een jaar wordt vooruitgeschoven. Dit betekent dat ondernemingen hun voorbereidingen moeten treffen met het opmaken van de jaarrekeningen over dit jaar en 2021 conform de International Financial Reporting Standards (IFRS).

Het verlengen met een grace periode van een jaar is volgens Tjong-Ahin op zijn plaats, omdat Covid en de algemene lastenverzwaring als gevolg van de economische crisis de haalbaarheid enorm onder druk hebben gezet. De omvangscriteria worden bijgesteld op basis van de geprognosticeerde consumentenprijsindex tot en met december 2021. “Accountantskosten zijn altijd in verhouding tot het risico, tijdsbesteding, omvang en complexiteit van de onderneming. Elke bedrijf is anders qua complexiteit, omvang, beschikbare kwalitatieve capaciteit”, sprak de minister. Hij riep de in Suriname opererende accountantsbureaus op om bij hun tarief bepaling rekening te houden met de economische situatie waarin wij ons bevinden en de operationalisering van deze wet niet gaan zien als gelegenheid om hun marktpositie te versterken, maar om het ondernemen in Suriname op een hogere ladder te brengen.

Tsang zei dat er geen enkele valide reden is aangedragen door de minister om een wet die transparantie en goed bestuur moet bewerkstelligen uit te stellen. De aangedragen argumenten zoals extra kosten zijn volgens hem onzin omdat een aantal grote bedrijven als accountants hebben en gewoon moeten alleen voldoen aan IFRS-standaarden. Tsang is van mening dat de grote bedrijven de zoveelste argumenten opwerpen om niet te voldoen aan de wet. “In 2017 was er geen Covid. We zijn al 5 jaar verder. Al geeft u ze 10 jaar ze gaan niet voldoen”, zei Tsang. Een concept van het ministerie van Economische Zaken zegt dat de bovengrens van kleine bedrijven van SRD 3 miljoen moet worden opgetrokken naar SRD 50 miljoen netto omzet per jaar. “Dat wil zeggen dat een bedrijf met SRD 4.5 miljoen netto omzet per maand gerekend wordt tot een klein bedrijf. Hoe kan dat? Dat wil zeggen dat we bijna alle bedrijven in Suriname gaan rekenen tot kleine bedrijven en dan hoeft niemand te voldoen aan IFRS-standaarden. We moeten niet een gelegenheidswet maken om bepaalde sponsoren te gaan accommoderen”, voerde Tsang aan.

Sham Binda (VHP), voorzitter van de commissie van rapporteurs, zei dat het vervelende van de IFRS is dat je afhankelijk zal zijn van accountants. Voorkomen moet worden dat de accountants hun prijzen opschroeven en dat het bijna een onbetaalbare zaak wordt. Verder wilde hij weten als de multinationals en andere grote bedrijven die onder de categorie vallen hun jaarrekeningen hebben gepresenteerd en als er reeds boetes zijn geïnd van mensen die niet hebben voldaan aan de plicht van rapportage van hun jaarrekening. Asabina merkte op dat er geen algemene waarderingsregels bestaan in Suriname. Hij wilde weten hoever bedrijven zijn met het inlopen van de achterstanden. Over de algemene waarderingsregels zei de bewindsman dat het gaat om de algemene verslaggevingstandaarden die we al jaren gebruiken.

Asis Gajadien (VHP) wilde weten wanneer de staatsbesluiten zover zijn, omdat het een wisselwerking is. “Anders moeten de bedragen in de wet opgenomen worden of dat er afspraken gemaakt wordt dat binnen een maand na goedkeuring de staatsbesluiten in werking treden”. Hij stelde voor om de naast de aanpassing van de omvangscriteria ook de bestuurlijke boetes tienmaal te verhogen. Hiermee ging de minister akkoord en werden de boetes van SRD 10.000 en SRD 100.000 verhoogd naar respectievelijk SRD 100.000 en SRD 1 miljoen. Obed Kanapé, fractieleider van de ABOP/PL, vroeg de regering om de controle serieus te nemen vanwege het beeld dat gecreëerd wordt dat we bedrijven accommoderen. “Laat het straks niet zo zijn dat wanneer bedrijven niet klaar zijn we weer komen met zo een presentatie”, stelde Kanape.

Minister Tjong-Ahin zei dat de redenen aangedragen door het bedrijfsleven en organisaties grondig zijn en dat hij niet inziet dat het gaat om enge belangen bij het besluit van uitstel. Voorts ziet hij ook niet in hoe een jaar uitstal wie dan ook zou kunnen beoordelen. “Het gaat om een hervorming en die kosten altijd tijd, geld en moeite. Je doet het niet overnight tenzij je een repressief bestuur hebt”, sprak de bewindsman. Tjong-Ahin zei dat bedrijven ruimte nodig hebben om zich klaar te maken. Good governance is volgens hem luisteren naar de stakeholders. Over bedrijven die wel instaat waren te voldoe zei de minister dat sommige bedrijven is gelukt maar dat niet alle bedrijven instaat zijn dat te doen. “Boetes gaan niet helpen. Ze moeten hun zaak op orde hebben.

Volgens Tjong-Ahin hebben de accountants voldoende capaciteit om de controle te kunnen doen. Over de parastatalen zei hij dat niet alle bedrijven hun jaarrekeningen hebben aangeboden, maar dat van degene die wel hebben ingediend de jaarrekeningen op de website van het ministerie van Financiën zijn gepubliceerd. Geen enkel bedrijf heeft op dit moment boetes gehad. De regering zal na aanname van de wet de Staatsbesluiten vóór het eind van het jaar af hebben. De overheid heeft een faciliterende rol en zal volgens Tjong-Ahin werken aan voorlichting. “Wij hopen dat ook de beroepsorganisaties en deskundigen zullen bijdragen aan voorlichting en begeleiding van onze ondernemingen”, zei de bewindsman.
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May