De oorlog van Johan Cruijff
16 Sep 2011, 08:30
foto
Johan Cruijff


Deze week was het weer eens raak met Johan Cruijff. De beroemde Nederlandse stervoetballer, trainer, oprichter van de Johan Cruijff Foundation en tegenwoordig commissaris bij Ajax, lag openlijk in de clinch met zijn mede-commissarissen. Dit gebeurde nadat Cruijff op een vergadering van de commissarissen, doodleuk en onaangekondigd verscheen met Tscheu La Ling, zijn favoriete kandidaat voor de positie van Technisch Directeur. Dat Tscheu La Ling enkele weken geleden afgewezen was door zijn collega commissarissen, leek Cruijff niet te deren. Het gevolg was dat de vergadering vrijwel onmiddellijk uit de hand liep, waarbij er krachttermen over en weer vielen.

Natuurlijk is dit weer koren op de molen van de tegenstanders van Cruijff. Ze vinden hem irritant, eigenwijs, onbeschoft en te oud om überhaupt nog een rol te spelen in de voetballerij. En zijn optreden verdient ook geen schoonheidsprijs. We moeten niet vergeten dat Cruijff en ook die andere briljante Nederlandse voetballer Willem van Hanegem, van oorsprong straatschoffies zijn, die uitsluitend door hun geniale voetbaltalenten tot de wereldtop zijn gestegen. Cruijff praat nog altijd alsof hij in de Amsterdamse volkswijk Betondorp woont, waar hij als kind is opgegroeid. Daarom is hij door de Nederlandse elite nooit serieus genomen: ze vinden hem wel bijzonder, maar doen er tegelijkertijd wat lacherig over. Cruijff is altijd een buitenstaander gebleven.

Juist daarom, vind ik zijn persoonlijke oorlog zo interessant. Want hoe je het ook wendt of keert, Cruijff is en blijft de man die het artistieke en aanvallende voetbal dat Nederland ooit zo beroemd en zo geliefd heeft gemaakt, hoogstpersoonlijk op de kaart heeft gezet. En nog steeds vecht hij voor dat type voetbal. Dat hij daarbij volkomen compromisloos en hoogst eigenwijs is, moeten we dan maar voor lief nemen.

Er is echter een ander, meer sociologisch aspect aan het optreden van Cruijff, dat mij eveneens boeit. Dat is zijn strijd tegen de bestuurlijke bovenlaag. In het Nederland van nu zien we zowel in het bedrijfsleven als bij de overheid een bovenlaag van “managers” en bestuurders, die in de afgelopen 40 jaar is uitgegroeid tot minstens enkele honderdduizenden mensen, die in hoge mate ons reilen en zeilen bepalen. In de jaren vijftig van de vorige eeuw werd een willekeurige organisatie – bijvoorbeeld een school of een ziekenhuis –nog geleid door een directeur, die direct communiceerde met het werkveld van onderwijzers of doktoren en verpleegsters. In onze tijd is daar een dikke laag tussengekomen van managers en bestuurders, die in dagelijkse vergaderingen het wel en wee van de organisatie bepalen. Vaak zonder een directe binding met het werkveld.

Welnu, binnen het terrein van de sport is Cruijff al zijn hele leven in een constante “staat van oorlog” met die bovenlaag van managers en bestuurders. Ook de afgelopen weken liet hij geen gelegenheid onbenut om af te geven op hun cultuur van vergaderen. “Zij vergaderen de hele dag. Wij als sporters praten gewoon en dan nemen we een beslissing”, beweerde Cruijff. Hij zei ook dat hij van Ajax weer een ”gewone voetbalclub” wil maken, waar plezier bovenaan staat.

In hoeverre Johan Cruijff, die volgend jaar april 65 jaar wordt, zijn privé oorlog met het establishment nog kan winnen, valt te betwijfelen. Maar de auteur van dit artikel, die in zijn jonge jaren op straat en op het voetbalveld “Cruijffie” en zijn onnavolgbare bewegingen vol enthousiasme probeerde te imiteren, hoopt zeker dat hij nog een heel eind zal komen!

Jan Gajentaan
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May