Advocaat wil 50% korting moordverdachte met eis 40 jaar

Advocaat Raoul Lobo heeft aan de rechter gevraagd tot 50% strafkorting voor Afton P. Het Openbaar Ministerie (OM) heeft 40 jaar geëist voor het vermoorden van douaneambtenaar Daphne Hoft. Hij heeft betoogd dat de verdachte slechts partieel aansprakelijk kan worden gesteld voor de ten laste gelegde feiten.  De verdediging vroeg in de eerste plaats Afton P. vrij te spreken van de moord. Lobo heeft betoogd vooral niet vergeten dat Afton P. verminderd toerekeningsvatbaar is.

Het recidivegevaar is volgens het psychologisch rapport gering en tezamen met zijn verminderde toerekeningsvatbaarheid zijn dat eigenlijk de pijlers voor straftoemeting in deze zaak. De advocaat heeft de mening dat de gerekwireerde straf gelet op de omstandigheden van het geval, sowieso veel en veel te hoog is gegrepen. Hij bracht de zaak van de zeeroof/moorden in herinnering waarbij 17 personen op gruwelijke wijze zijn vermoord. Sommige slachtoffers zijn gekapt en bloedend in een zee vol met haaien gegooid, anderen met accu’s aan de voeten in het water gesmeten of ter plekke geschoten met een jachtgeweer en vaak nog levend in het water gedeponeerd.    

In deze zeeroofzaak is de hoogst opgelegde straf 35 jaar. In onderhavige zaak is er, zoals reeds aangegeven, een straf gevorderd van 40 jaar. Als hij de zaak vergelijkt met de zeeroofmoorden dan ziet hij dat deze strafeis buitenproportioneel is. In de zeeroofmoordzaak ging het om 17 personen die vermoord zijn om winstbejag en wraak en onder strafverzwarende omstandigheden (tezamen en in vereniging). In de zaak tegen zijn cliënt gaat het, indien bewezen, om moord c.q. doodslag wegens het hebben van een buitenrelatie of buitenrelaties van de levenspartner.

Lobo zei dat de forensisch psycholoog de mening is toegedaan dat het gaat om verminderde toerekeningsvatbaarheid. Er is sprake van een antisociale persoonlijkheidsstoornis. Afton P. heeft onvoldoende in zijn leven geleerd om zijn emoties en gedrag te corrigeren en sturen op basis van empathie met anderen. Zijn gevoelsleven, normbesef en sociale coping zijn onvoldoende ontwikkeld. Hierdoor is er sprake van scheefgroei in de persoonlijkheidsontwikkeling hetgeen verband houdt met het in de kindertijd en jeugd ontbreken van liefdevolle opvoeders. Daarnaast is er sprake geweest van ernstige mishandelingen. Bij hem is als gevolg hiervan een gebrekkige emotie (agressie) regulatie. Hij is ook niet goed in staat om stabiele en wederkerige, diepgaande relaties met anderen aan te gaan. Gevoelens van jaloezie en de angst voor verlating spelen snel op. Hij kan dit soort gevoelens onvoldoende handelen.

De forensisch psycholoog heeft aangegeven dat er sprake is van verminderde toerekeningsvatbaarheid van Afton P. Dit betekent voor Lobo dat indien het feit bewezen wordt geacht, voor grosso modo 50% aansprakelijk dient te worden gehouden. In de Nederlandse rechtspraktijk zou dat betekenen dat er een aansprakelijkheid zou bestaan van Afton P., indien schuldig bevonden, van ongeveer 50%. Lobo meent dat de 50% die hem niet kan worden toegerekend dient dan te worden verdisconteerd in de strafmaat.