Het utilitarisme van Asis Gajadien
13 Mar 2022, 04:44
foto


Vandaag is het precies 2 jaren geleden dat het Covid virus de Surinaamse bodem bereikte. In de afgelopen twee jaren  is er veel gebeurd en hebben velen (politici, artsen, vakbondsleiders, werkgevers, mainstream media) hun ware aard getoond, wat men allemaal instaat is te doen voor een onbetrouwbaar menselijk chemisch experiment. Mij is bijgebleven wat op 8 juni 2021  VHP-fractievoorzitter Asis Gajadien voorstelde  om mensen die niet willen vaccineren te adviseren onbetaald thuis te blijven. Hij was van mening deze mensen uit te sluiten. Merkwaardig genoeg is niet krachtig  geprotesteerd tegen zo’n absurd voorstel. Des temeer omdat in de toekomst meerdere pandemieën zullen uitbreken en dit voorstel weer op tafel kan komen. Asis Gajadien is met zijn advies dus voorstander van het utilitarisme.

Utilitarisme
Jeremy Bentham (1748–1832), een Engelse ethicus en rechtshervormer, was de grondlegger van het utilitarisme. De basisgedachte van zijn leer is: Het grootste geluk voor het grootste aantal mensen nastreven. Stel  in Suriname zijn er 40% ongevaccineerden. Dan kunnen de 60% gevaccineerden het maximale gelukt bereiken als de 40% ongevaccineerden onbetaald thuis moeten blijven en afgesloten worden van de gemeenschap.

Volgens Bentham kiest iemand de juiste handelwijze wanneer hij steeds datgene doet wat maximale utiliteit (nut) oplevert. ‘Nut’ definieert hij als alles wat tot genot of geluk leidt, en pijn en lijden voorkomt. Bentham komt tot zijn principe via de volgende redenering: We worden allemaal geregeerd door gevoelens van pijn en genot. Zij zijn onze ‘soevereine meesters’. Ze heersen over ons bij alles wat we doen en ze bepalen ook wat we behoren te doen. Onze normen van goed en kwaad zijn ‘vastgeklonken aan hun troon’.

De utilitaristische filosofie erkent dit feit en maakt het tot de grondslag van het morele en het politieke leven. Het maximaliseren van nut is niet alleen een principe voor individuen, maar ook voor wetgevers. Bij de besluitvorming over wetten en beleid behoort de overheid datgene te doen wat het geluk van de gemeenschap als geheel maximaliseert. Burgers en wetgevers moeten zichzelf daarom de volgende vraag stellen: Als we alle voordelen van een bepaald beleid bij elkaar optellen en de nadelen ervan aftrekken, zal het dan meer  geluk voortbrengen dan een alternatief beleid?

Het kind van Omelas
Het voorstel van volksvertegenwoordiger Gajadien heeft vele kenmerken  met het verhaal  dat Ursula K. Le Guin (21 oktober 1929-22 januari 2018) in 1973 schreef  getiteld:  The Ones Who Walked Away from Omelas. Het verhaal vertelt de geschiedenis van de stad Omelas, een stad van geluk en burgerzin, zonder koningen, priesters, soldaten of slaven, zonder reclame of aandelenbeurzen, een plaats zonder atoombommen. Echter is het zo dat ‘In het souterrain onder een van de schitterende openbare gebouwen van Omelas bevindt zich een kamer. De kamer heeft geen ramen en de deur zit op slot. In deze kamer zit een kind. Het kind is zwakzinnig, ondervoed en verwaarloosd. Het slijt zijn dagen in droeve ellende.
  
Alle  inwoners van Omelas weten dat het kind er is. Ze begrijpen allemaal dat hun geluk, de schoonheid van hun stad, de warmte  van hun vriendschappen, de gezondheid van hun kinderen, zelfs de overvloed van hun oogsten en het milde weer aan hun hemel, volledig afhankelijk zijn van de afschuwelijke ellende van het kind. Het zou zeker goed zijn het kind vanuit zijn miserabele verblijfplaats naar het volle daglicht te brengen, het te wassen, te voeden en te troosten, maar als dat gebeurde, zouden op diezelfde dag en datzelfde uur alle voorspoed, schoonheid en verrukkingen van Omelas ineenschrompelen en vergaan. Zo luiden nu eenmaal de voorwaarden. Degenen die walgden van het leed van het kind verlieten Omelas en vertrokken naar het onbekende om nooit terug te komen, maar deden echter niets om het kind te helpen.
 
Moreel acceptabel?
Zijn die voorwaarden van Omelas moreel acceptabel?  Het antwoord is heel simpel: Zelfs wanneer ze resulteren in een gelukkige stad is het  verkeerd om inbreuk te maken op de rechten van een onschuldig mens, ook wanneer dat het geluk van alle andere mensen ten goede komt.
Wat na 2 jaren Covid moet gebeuren is dat  Surinaamse burgers, politici, artsen, vakbondsleiders, werkgevers, mainstream media, wetgevers (Sharman, Dijksteel enz.) en minister Amar Ramadhin zichzelf daarom de volgende vragen moeten stellen:
- Als we alle voordelen van dit beleid bij elkaar optellen en de nadelen ervan aftrekken, heeft het  meer geluk voortgebracht in Suriname?
- En als wij het advies van Asis Gajadien in de toekomst zullen implementeren zal Suriname er gelukkiger van worden?

R.W.Stutgard
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May