Gevecht om Libische olie begonnen
22 Aug 2011, 21:30
foto


Terwijl Libië op de drempel van een toekomst zonder Muammar Gaddafi staat, laat het vooruitzicht van de enorme olievoorraden hongerige industriële naties watertanden. Na zes maanden oorlog keerde maandag de Italiaanse oliemaatschappij Eni als eerste terug op Libische bodem.

De val van Gaddafi’s regiem, opent wederom de deuren van Afrika's grootste olie-reserves en geven nieuwe spelers, zoals de nationale oliemaatschappij van Qatar en handelshuis Vitol de kans om lucratieve contracten te sluiten. De rebellen waarschuwen de Russische en Chinese bedrijven dat zij kunnen worden uitgesloten.

Niet iedereen welkom
“We hebben geen probleem met de westerse landen, zoals de Italianen, Fransen en Britse bedrijven. Maar we kunnen een aantal politieke verschillen met Rusland, China en Brazilië hebben", zegt Abdeljalil Mayouf, woordvoerder van de Libische rebellen oliemaatschappij AGOCO, aan persbureau Reuters.

De opmerking illustreert de houding tegen landen die de rebellen niet in hun strijd tegen Gaddafi hebben gesteund. Dit werkt in het voordeel van Europese en Amerikaanse bedrijven om miljarden dollars aan olie-exploratie en bouwcontracten in het OPEC-land vast te leggen.

Volgens de Chinese media waren voor de oorlog ongeveer 75 Chinese bedrijven in Libië actief, waarbij ongeveer 36.000 medewerkers bij 50 projecten waren betrokken.

Russische bedrijven, waaronder oliebedrijven Gazprom Neft en Tatneft, hadden ook projecten ter waarde van miljarden dollars in Libië, evenals het Braziliaanse bedrijf Petrobras.
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May