Ramdin: Gebrek multilaterale steun kleine economieën

"Er is een gebrek aan multilaterale steun voor kleine economieën die geen IDA-lid zijn en in economische problemen zijn geraakt. De pandemie heeft hun bestaande kwetsbaarheid qua schulden verergerd, en naarmate de Covid-19 crisis voortduurt en  het monetaire beleid van de Amerikaanse Federal Reserve krapper wordt, zullen de solvabiliteitsproblemen van deze kleine niet-IDA-economieën steeds meer op de voorgrond treden." Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking wil dat de internationale gemeenschap meer moet doen om landen te ondersteunen bij schuldsaneringen.

Suriname is geen lid van IDA (International Development Association) bij de Wereldbank. En hoewel het BBP per capita van Suriname lager is dan vier Latijns-Amerikaanse en Caribische landen -die wel in aanmerking komen- komt Suriname daarom niet aanmerking voor het G20 Common Framework voor schuldenbehandeling. Minister Ramdin zegt dat dit een situatie is die nader moet worden bekeken. Aan het financieel blad GlobalCapital zegt hij dat idealiter de geschiktheidsvereisten zouden moeten worden herzien door het BBP per capita van een land in overweging te nemen.

G20 lidstaten moeten initiatieven ontwikkelen en aannemen die gebruikmaken van SDR’s (Special Drawing Rights) om financiële steun te bieden, transparantie van data te blijven stimuleren en een eerlijke verdeling van de lasten tussen alle schuldeisers te bevorderen. Het zou waarschijnlijk de deelname van schuldeisers verhogen en kostbare vertragingen voorkomen. Het negeren van solvabiliteitsproblemen maakt ze alleen maar erger, zegt minister Ramdin.

Het hervormingsprogramma van Suriname werd na acht maanden goedgekeurd door de IMF Executive Board. En dat terwijl Suriname allang alle vereiste economische hervormingen voor het programma had voltooid. "Ik moet zeggen dat de IMF Staff, het management en de Executive Directors van het IMF zeer ijverig waren. Maar ze werden zwaar beperkt door de IMF-besluitvormingsregels," zegt Ramdin over de lange vertraging tussen het bereiken van de IMF Staff Level (SLA) goedkeuring en de uiteindelijke goedkeuring van de IMF Executive Board.

"Ik verwacht dat het geval van Suriname kan leiden tot enkele IMF-beleidswijzigingen in het kader van de omgang met landen die hun hervormingsmaatregelen adequaat uitvoeren." Over de lange vertraging zegt minister Ramdin: "We werden bijna gegijzeld door de IMF-procedure en de benadering van bilaterale landen- en de IMF regels hielden geen rekening met een dergelijke situatie. We hebben maande verloren. Voor landen die intensief bezig zijn met hervormingen in het kader van een IMF programma, mag het besluit van de IMF Board niet langer duren dan 3 maanden- de looptijd van een SLA. Het instellen van een dergelijke regel zou voorkomen dat een hervormingsgezinde regering voor een langere periode waardevolle financiering moet missen, terwijl achterstallige betalingen aan haar schuldeisers zich opstapelen en de publieke steun afbrokkelt."