1 juli boodschap president Bouterse
01 Jul 2011, 00:01
foto


President Desi Bouterse is op 1 juli op een vergadering van de Caricom in St Kitts & Nevis. De fundamentele betekenis van 1 juli volgens het staatshoofd ligt in de opvatting, dat op deze dag in werkelijkheid de vrijheidsideologie in Suriname een formidabele betekenis heeft gekregen.

De toespraak van de president wordt in extenso opgenomen.
Landgenoten,
Op deze dag, 1 juli 2011 herdenken wij in eensgezindheid als volk de formele afschaffing van de slavernij in Suriname. In feite is de slavernij als instituut afgeschaft in 1873, omdat na de afkondiging in 1863 nog 10 jaren een vorm van lijfeigenschap in stand werd gehouden.
Met de afschaffing van de slavernij werd de basis gelegd voor algehele menselijke en maatschappelijke vrijheid. Met vrijheid als uitgangspunt – hoe bescheiden van aard en omvang ook – trad een voortdurend proces van verruiming, verrijking en duurzaamheid van het bestaan van alle burgers in.
Vandaar dat wij 1 juli 1863, of zo u wilt 1873, als de voornaamste economisch en politieke gebeurtenis in de geschiedenis van ons land tot 1975 beschouwen.

Historie
Geheel correct is deze plaatsing van de Emancipatieverklaring niet, omdat van zeer wezenlijk belang de afschaffing van de slavenhandel tijdens het Engels Tussenbestuur heeft plaats gevonden en zonder die stap de Emanciepatieverklaring van Willem III in de lucht hangt. Men kan de stap van 1863 niet los koppelen van die van 25 maart 1807 – dus 56 jaren eerder. Op die dag werd door het Engelse Parlement de Absolution of Slave Trade Act aanvaard.
De aanvaarding van die wet was het gevolg van de arbeid van The Committee for the Abolution of the Slave Trade, die in 1787 werd opgericht door een groep van Evangelische Protestantse Engelsen uit de kring van de Quakers. Zij verzetten zich met alle macht tegen de slavernij en de slavenhandel. Zij beschouwden slavernij als immoreel, als een kanker op de mensheid. Na zoveel jaren strijd waren zij in 1807 dermate in omvang en organisatorische kracht gegroeid, dat men van toen af rekening met hen moest houden. In beide kamers van het Britse Parlement werd de bovengenoemde wet aanvaard. Bij die aanvaarding en de principiële stap van 1807 heeft het gebeurde tijdens de Haitiaanse Revolutie in 1804 een beslissende rol gespeeld.

In 1827 verorderde Engeland, dat slavenhandel een vorm van piraterij was, waarop de doodstraf werd gesteld. In 1833 werd met de Slavery Abolution Act slavernij in alle Britse koloniën verboden.
In 1848 werd in Frankrijk slavernij afgeschaft en in alle Franse koloniën.
Ik haal deze historie aan, om aan te geven dat er drie grote ogenblikken dienen te worden aangewezen, waarop wij terugzien op deze dag: 1807, 1863(1873) en 1975. De eerste dag is het begin van de lijn die tot 1975 heeft geleid.
Toen in 1873 de na-Emancipatieperiode zich aankondigde, legde op 5 juni 1873 in ons land de eerste boot met Brits-Indische contract arbeiders uit India aan. Verhalen over contracten en andere onderscheidingen tussen slaven en de nieuwe arbeiders zijn juridische verzinsels, om van den beginne af tweedracht tussen de arbeiders te organiseren.

Immers de economische belangen van de heersende klasse plantage-eigenaren vereiste de vervanging van de ene groep van arbeid tegen betaling van vrijwel niets, door een andere tegen betaling van het geringste. Door de arbeiders uit India te vernoemen naar contractanten, werd een basis gelegd om eenheidsbewegingen tussen hen en andere arme groepen in de bevolking tegen te gaan.

Natievorming
In het kader van de natievorming heeft het Kabinet Emanuels (1958 – 1963) de Dag der Vrijheden op 1juli van elk jaar, ingevoerd. Het hoopte daarmee een compromis te bereiken voor de wensen die elk der grotere bevolkingsgroepen
koesterden om een voor hen gedenkwaardige dag tot nationale feestdag te maken. Deze opzet is helaas niet gelukt. De situatie is dus dat de 1 juli- dag bij wet is vastgelegd als de Dag der Vrijheden, maar in de dagelijkse praktijk hebben we sedert 1959 geen reële beleving van die dag als eenheidsdag gezien. Er worden niet alleen verschillende namen aan die dag gegeven, maar ieder groep streeft voortdurend naar een aparte eigen dag.

Het is niet de bedoeling van het Staatshoofd om elk jaar op de Dag der Vrijheden een beschouwing te komen geven. Vandaar dat ik heb verkozen om de oorspronkelijke betekenis van die dag terug te halen en bij wijze van uitzondering deze boodschap tot U te richten. Ik denk dat er alle reden voor zal zijn om deze dag niet gelijk te stellen met welke van de andere dagen, waarvoor een nationaal karakter wordt gevraagd.
De fundamentele betekenis van 1 juli ligt in de opvatting, dat op deze dag in werkelijkheid de vrijheidsideologie in Suriname een formidabele betekenis heeft gekregen. Want op die vrijheidsideologie baseren wij de inspiratie om te werken aan een natie, die verschillende aspecten en kleuren heeft, zoals een heuse, grote en waardevolle diamant. Maar het gaat om de eenheid die daarin tot uiting komt.

Op die vrijheidsopvatting hebben wij met vallen en opstaan ons als gemeenschap kunnen ontwikkelen van één met een beperkte, inwendige autonomie tot de algehele staatkundige onafhankelijkheid op 25 november 1975. Wij hebben ons in dat besef van vrijheid kunnen ontwikkelen van onderdrukten tot geëmancipeerde, vrije burgers. Wij hebben ons op basis van die vrijheid kunnen ontwikkelen tot mensen met kennis op velerlei gebied.
Het is kennis en vaardigheden en allerlei bekwaamheden, steunend op het vrijheidsbegrip, dat reëlere betekenis kreeg op Emancipatiedag. Dat zal ons moeten blijven inspireren tot eenheid en vooruitstrevendheid en ons aldus voeren door deze 21ste eeuw. In deze eeuw zal ons volk in al zijn onderdelen op een creatieve wijze zich waardig moeten positioneren tussen de volkeren van de gehele wereld. Maar in het bijzonder in de Amerikaanse wereld, waarvan wij deel uitmaken.

Lessen
Als wij de verschillende lessen uit het verleden ter harte nemen, komen wij tot het besef dat het vrijheidsbegrip nog onvoldoende is doorgedrongen tot ons. En dat tevens de vereiste organisatie van onze maatschappij, die noodzakelijk is om de geestelijke en materiële resources, die onze Schepper voor ons beschikbaar heeft gesteld, te benutten en rechtvaardig onder ons te verdelen.

Daarbij hebben wij drie probleemgebieden. In de eerste plaats de mate waarin wij in onze eigen vermogens geloven. In de tweede plaats in de mate waarin wij bereid zijn om met elkaar samen te werken en respect en waardering voor de andere landgenoot te bezitten en uit te dragen. In de derde plaats de mate waarin wij een overheid beleven als een product waar wij allen bij zijn betrokken en die naar de best denkbare wijzen in staat moet worden gesteld om onze gemeenschappelijke belangen, zoals boven vermeld, te behartigen.

Op elk van deze drie aspecten wens ik in het kort in te gaan. Zoals verschillende ex-koloniën kampen wij met de gevolgen van slavernij en eeuwenlange uitbuiting. Zowel sociaal-economisch als sociaal-psychologisch voelen wij ons als samenleving zwaar beschadigd, ondergewaardeerd en als het ware kansarm. Maar dat is geschiedenis. Het is een reeks, die niet kan worden teruggedraaid, doch wel de spiegelfunctie kan hebben om tot inkeer te komen en ons gedachtegoed te wijzigen.

Bewuste investeringen in eigenwaarde en saamhorigheid zijn hiervoor noodzakelijk. Dat leren wij ook uit de biografieën van de meeste groten der wereld: zij wisten uit de vele tegenslagen, degradaties en onderschattingen, die hen in de eerste fasen van hun leven ten deel waren gevallen, om te zetten tot sterke wilskracht, doorzettingsvermogen en gevoel van samenwerken met anderen daarmee konden zij het beste uit die anderen halen met het doel de eigen uitrusting succesvoller te maken en te slagen in de uitvoering van hun sociale functies.

Verleden serieus nemen
Willen wij met dit proces een behoorlijke vooruitgang boeken, dan dienen wij ons verleden serieus onder ogen te zien, zodat de rijkdommen en kwaliteiten die in ons liggen de ruimte krijgen om boven te komen drijven. Als nieuw vertrekpunt zullen wij alsdan in staat zijn om als vrij en gelijkwaardige natie ons op te bouwen en onze plek in de internationale, globale gemeenschap in te nemen.

Het gegeven dat strikt genomen wij een samenvoeging vormen van cultureel zeer diverse groeperingen, die hier onder verschillende, vaak mensonterende wijzen te werk zijn gesteld, vormt de sleutel voor onze onderlinge verdeeldheid en gebrek aan liefde en waardering voor elkaar.
Velen van ons hebben de littekens, die daardoor in opvolgende generaties zijn ontstaan, kwijtgeraakt of ze tot een vorm van bijzondere uiterlijke en innerlijke schoonheid weten om te zetten. Als wij saamhorigheid sterker nastreven, zullen wij niemand meer behoeven achter te laten, die nog van die littekens last heeft.

Want dan zullen wij allen de eigenwaarde, ook van de anderen onderkennen, een nadrukkelijkere relativeringsvermogen bezitten en van wederzijds respect in de omgang met elkaar vertonen op een niveau dat als voorbeeld voor de gehele regio mag gelden.
Wij moeten dus af van de kwetsuren, die geworteld zitten in onderlinge verstandhoudingen en persoonlijke gevoeligheden. Het is hoognodig dat wij onze kwetsuren aanpakken, zonder te blijven wijzen naar de Nederlanders of welke andere dan ook als oorzaak van onze gevoelens van staan aan de verkeerde kant, terwijl wij anderzijds als wij naar het buitenland moeten gaan voor studie of andere zaken het eerst denken aan dat land.

Het wordt tijd dat wij onszelf oppakken zonder ons groter te maken dan wij zijn. Om de trots, rijkdom en kwaliteiten in onszelf en in elkaar te vinden, waarbij wij eerst ons zure verleden onder de ogen komen en een plek weten te geven. Van daaruit zullen wij in staat zijn om elke andere natie op gelijkwaardige voet tegemoet te treden en te zoeken naar wederzijdse belangen en vormen van samenwerking.

diaspora
Een bijzondere, bepaald omvangrijke groep, tegen wie wij onze houding dienen te wijzigen, betreft onze landgenoten in de diaspora. Daardoor zullen zij ook hun houding tegenover ons gaan wijzigen. Maar wij moeten eerst beginnen. Laten wij er alles aan doen om te vergeten, dat ze in het buitenland wonen: zij zijn onze landgenoten door banden van bloed en bodem. Of zij nu kiezen voor een andere nationaliteit mag ons niet deren: wij moeten hen zover als maar mogelijk beschouwen als de onzen en hen op welke plaats en op elk tijdstip dat het maar kan, laten merken, dat de ongetwijfeld opvallende verschillen in aanpak, wijze van praten, kleden of eten, of whatever ons niet verhinderen om het bewustzijn te koesteren, dat zij in de eerste plaats onze landgenoten zijn.
Wij zullen ons niet meer mogen richten op de materiële welvaart die zij in het buitenland genieten. Wij moeten toch beseffen, dat in de kwaliteit van human action wij veel meer hebben dan zij in die vreemde landen en dat wij hen daarin willen laten delen, steeds wanneer wij met hen in contact zijn.
Wij zullen niet mogen trachten hen over te halen om naar Suriname terug te keren. De broederlijke relatie die wij continue naar hen toe vertonen, moet hen tot het besef brengen, dat wij innerlijk niet van hen vervreemd zijn. Zodoende zijn ook voor alle buitenlandse Surinamers de data van 1807, 1863 en 1975 tijdstippen van zeer verstrekkende historische betekenis.

Landgenoten,
Sedert wij baas in eigen huis zijn, zijn wij nooit tevreden geweest met onze leiders. Het doet er kennelijk nauwelijks toe, wie de leiding heeft gehad: vrijwel alle systemen van nationaal politiek beheer zijn bij ons beproefd en nooit waren wij met de functionering tevreden. Bijna steeds heerste de indruk dat de leiders vooral druk bezig zijn de eigen zakken te vullen, het warm houden van de eigen clan en het hanteren van populisme in de vorm van patronage.
Wie de geschiedenis van andere staten er op na slaat, zal ondervinden dat wij in dit opzicht niet alleen staan. Bijna overal lijkt het erom te gaan dat de ballen worden toegespeeld, vervolgens de kaarten worden geschud en aan de hand van de gunningfactoren, die bekend zijn, de win versus verlies positie tevoorschijn komt. Wat een verklaring voor onze onvrede vormt is dat die gunningactoren niet duidelijk zijn. Het blijken niet de partijprogramma’s te zijn. Maar ook geen duidelijk geformuleerde en uitgerekende sociaal-economische doelen. Er is absoluut geen transparantie. Degenen die het zouden moeten begrijpen, helpen juist het idee propageren, dat het geheel onbegrijpelijk is. Ze luisteren niet naar redevoeringen, ze verzuimen bijeenkomsten en besprekingen, ze lezen de documenten niet: het geheel lijkt op ouwe jongens krentenbrood criteria, met een dunne laag maatschappelijke doelstelling.

Investeringen
Maar laten wij onszelf niet voor de gek houden. Want wee degene, die serieus gaat proberen de zaak een keer ten goede te geven. Hij moge ervan verzekerd zijn dat alleen hoon hem te wachten staat.
Welke politieke partij heeft het opgebracht om de totstandkoming van de bruggen over Coppename en Surinamerivier publiekelijk toe te juichen. Sedert die bruggen bestaan: wanneer heeft een regering uitgedragen dat zij trots is op die bruggen?
Wij willen vele miljarden in Suriname laten investeren en nodigen daartoe de gehele wereld als het ware uit om te komen participeren. Hebben wij gehoord dat er politieke leiders zijn die een positieve bijdrage in dat streven hebben gegeven? Wie zal miljarden investeren in een land, waarbij meer dan de helft van de jonge mannen niets productiefs doet en slechts banen bij de overheid of als car washer danwel wachter ambieert. Als de regering dan zegt dat een groter leger nodig is om de grenzen beter te kunnen beveiligen en er tevens voor te zorgen dat elke jongeling een vak beheerst, is de eerste reactie, dat het ons veel geld zal kosten en dat een dergelijke stap nadelig is voor de ontwikkeling van de economie. Daartegenover schreeuwen diezelfde lieden over een zogenaamde stagnerende economie. Nog nooit heeft één van diezelfde lieden een beschouwing gegeven over de gevolgen van de globale recessie, vooral voor de ontwikkelende landen. Het lijkt alsof zij daarvan nog nooit hebben gehoord.

Sedert 1974 heeft een braindrain zich ingezet die gevaarlijke vormen heeft aangenomen. Opeenvolgende regeringen tot 1980, danwel vanaf 1988 hebben zich er niet toe gebracht om op grote schaal planmatig te zoeken naar hoogwaardig kader. Daaronder versta ik lieden die na een aanpassingsproces in de vreemde succesvol te hebben ondergaan, als andersdenkende, ambitieuze, hardwerkende, goed opgeleide, proactieve Surinamers, die een betekenisvolle rol zouden kunnen spelen in de opbouw van dit land. Als de nu zittende regering een initiatief in die richting slechts zou aankondigen, zoals thans met de dienstplicht het geval is, zal weer een hel losbarsten.

Aan het gekrakeel, dat sedert de tijd van Kleine Korrels in de jaren 60 tot en met Keerpunt vandaag, de toon van onze politieke cultuur heeft bepaald, zullen wij de rug moeten toekeren. Dan komt er ruimte voor de echte politiek als een deliberatieproces aan de hand van controleerbare en relevante informatie, gericht op het bereiken van doeleinden met nationaal wijde draagvlak.

Fasen
Deze zijn mijn benadering op de drie probleemgebieden, die ik heb aangegeven.
leder tijdperk, iedere fase van ontwikkeling heeft zo zijn eigen opgaven en uitdagingen.

Zo ook de huidige fase, waarin welvaart en welzijn, groei en ontwikkeling met behoud van het milieu voor ons volk tot stand gebracht moeten worden. Dwars door de allesomvattende en razendsnelle internationale technologische, communicatieve, economische en politieke veranderingen, met een extreem verscherpte internationale economische concurrentiestrijd zullen wij deze koers met zijn allen uitzetten en volgen.

Om deze immense uitdaging het hoofd te kunnen bieden, is bundeling van kennis en bekwaamheden onmisbaar. Nationale eenheid is daartoe voorwaarde, maar van het allergrootste belang is het geloof in onszelf, het vertrouwen dat wij het kunnen. Dat moet blijken uit het kunnen organiseren, delegeren, coördineren, besturen en leiden van onze instituten. Dat wij elkaar kunnen respecteren in welk deel van de wereld wij ons ook mogen bevinden, beseffende dat wij allen Surinamer zijn. En ik leg de nadruk op allen.

Ik feliciteer u met de herdenking van de afschaffing van de slavernij in de tweede helft van de 19e eeuw. Sranang, Wan Gran Manspasi Odi. Wi sa wini, nanga kraktie en lobi fu wi alla Sranangman.

Gado na wi fesiman.
IK DANK U.
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May