Bouterse ordent ordereglement raad van ministers
22 Jun 2011, 15:25
foto


President Desi Bouterse heeft met een staatsbesluit van 16 juni het reglement van orde voor de raad van ministers (rvm) herzien en opnieuw vastgesteld. In dit ordereglement wordt geconstateerd dat de staatsrechtelijke positie van de regering, de president, de vicepresident en de ministerraad, sinds de grondwet in werking is getreden niet de juiste invulling heeft gekregen.

Er wordt in de memorie van toelichting van het nieuwe reglement extra aandacht gevraagd voor artikel 54 van de grondwet. Daarin zijn de basisprincipes voor het functioneren van de staatsorganen opgenomen. Het nieuwe ordereglement destilleert uit dit artikel dat er verschillende organen zijn die afhankelijk van elkaar werken. Voor elk orgaan moeten er orderegels zijn.

Twee soorten vergaderingen
Bouterse laat in lid 4 van het nieuwe reglement verduidelijken dat de uitvoerende macht van de regering bij de president ligt. Hij is bevoegd een vergadering van de raad van ministers bijeen te roepen en deze te leiden. Ook is hij bevoegd genomen besluiten van de raad van ministers, of besluiten van individuele ministers te schorsen.

Het nieuwe ordereglement concludeert uit de grondwet dat er sprake is van twee soorten vergaderingen in regeringsverband. De een is een vergadering van de raad van ministers geleid door de vicepresident, die voorzitter is van de raad. Deze vergadering heet een raadsvergadering. De tweede vergadering is die waar de hele regering aanwezig is, dus president, vicepresident en de ministers. Deze tweede vergadering heet officieel een regeringsvergadering. Het verschil tussen deze beide vergaderingen ligt bij het resultaat van de besluiten die er worden genomen.

Bij de eerste vergadering (raadsvergadering) is er sprake van een besluit van de raad van ministers, ‘dat nog de zegen moet krijgen van de president, wil er sprake zijn van een regeringsbesluit’, luidt het citaat uit het nieuwe reglement. Bij de tweede vergadering (regeringsvergadering) wordt de zegen tijdens de vergadering door de president gegeven en is er al meteen sprake van een regeringsbesluit. Wanneer een minister wordt belast met het uitvoeren van een besluit uit de eerste vergadering (raadsvergadering) moet hij een missive krijgen getekend door de vicepresident. Krijgt hij een uitvoerende taak uit de tweede vergadering (regeringsvergadering) krijgt hij een regeringsmissive getekend door de president.

Het nieuwe reglement benadrukt dat op basis van de grondwet, waar de bevoegdheden van de president zijn vastgesteld, dat er duidelijke verschillen zijn in besluiten van de raad van ministers die door de president kunnen worden geschorst en besluiten van de regering. Er zijn dus raadsbesluiten en regeringsbesluiten. In het ordereglement wordt na de toelichting verduidelijkt wie ministers, vicepresident en president zijn. Verder zijn hun bevoegdheden en taken geregeld. Ook wordt gesproken over onderraden en commissies. De raad van ministers is het hoogste uitvoerend orgaan van de regering, dus van de president. In verschillende artikelen wordt benadrukt dat ministers in overleg treden met de vicepresident en hij stemt af met de president.
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May