Recensie: Jan Pronk - Suriname van wingewest tot natiestaat
16 May 2020, 01:01
foto


De delegatie die namens president Bouterse met de Alcoa onderhandelde over de teruggave van de Afobaka stuwdam, kan alsnog leren van de manier waarop Surinaamse politici in 1975 met Nederland onderhandelden over de hoogte van de bruidsschat die Suriname na de onafhankelijkheid zou meekrijgen. Dat was ‘een lesje onderhandelen’, zegt Jan Pronk in zijn onlangs verschenen boek: Suriname, van wingewest tot natiestaat. ‘Hoog inzetten, tot op het laatste moment doorgaan, standpunten lang vasthouden, op eenmaal ingenomen posities terugkomen, bereikte overeenstemming openbreken, daarover opnieuw onderhandelen en toezeggingen incasseren, zonder daar iets wezenlijks tegenover te stellen.’ Terugkijkend zegt Pronk dat die manier van onderhandelen Suriname ver heeft gebracht.

door: Roy Khemradj

Voor notoire tegenstanders van de onafhankelijk, zal de cover van Pronks vuistdikke, 560 pagina’s tellend boek – een foto van het in brand geschoten hoofdbureau van politie op 25 februari 1980 – het ultieme bewijs zijn dat Nederland, Suriname het ravijn in heeft gestort. Misschien is deze historische foto ook een statement van Pronk zelf. Terugkijkend ontkent hij niet dat Nederland na 1975 onvoldoende erop heeft toegezien dat de bruidsschat de gehele Surinaamse bevolking ten goede kwam. Alle aandacht en veel geld ging naar West-Suriname, het paradepaardje van de regering Arron dat al gauw leidde tot tunnelvisie. 

Historisch belang
Voor zeker twee generaties die na 1975 inmiddels volwassenen zijn geworden en misschien niet weten wie Jan Pronk is, is het nuttig eerst zijn rol in onze onafhankelijkheidsgeschiedenis in beeld te brengen. Pronk wordt nog steeds liefkozend of plagend ‘Jantje Pronk’ genoemd, maar de oud-PvdA-politicus is afgelopen 16 maart wel 80 jaar geworden. Hij kwam in 1971 in de Tweede Kamer en werd in 1973 minister voor ontwikkelingssamenwerking in de regering Den Uyl. In 1977 kwam het kabinet Van Agt aan de macht. De PvdA werd oppositiepartij en Pronk zat van 1978 tot 1980 weer in de Kamer. Later dat jaar werd hij adjunct-secretaris-generaal van de UNCTAD, de VN-organisatie voor handel en ontwikkeling, een functie die hij zes jaar bekleedde. Na terugkeer in Nederland, was hij van 1986 tot 1989 opnieuw Kamerlid als oppositiepartij. Na de verkiezingen van 1989 werd Pronk voor langere tijd minister voor ontwikkelingssamenwerking, in de regeringen Lubbers III en aansluitend Kok I en Kok II. In 1998 ging Pronk naar een ander departement in de derde regering van Wim Kok.

De oud-PvdA-politicus schreef ‘Van wingewest tot natiestaat’ aan de hand van: zijn persoonlijk archief waarin aantekeningen van alle besprekingen met Surinaamse politici – zelfs informele ontmoetingen en telefoongesprekken ontkwamen niet aan zijn pen; alle Tweede Kamerverslagen over Suriname; de discussies en besluiten in de Nederlandse ministerraad over beleids- en politieke aangelegenheden van Suriname – niet de letterlijke notulen, maar zijn eigen weergave hiervan, met soms opmerkelijke citaten en verwijst de auteur met een uitgebreid notenapparaat ook naar andere bronnen. Hoofdstuk 25 bijvoorbeeld, over het herstel van de democratie onder de regering Shankar en Arron, telt maar liefst 97 verwijzingen. Dit geeft het boek historische waarde; we lezen voor het eerst van een insider hoe de besluitvorming over Suriname verliep in politiek Den Haag.

Het onafhankelijkheidsplan van Arron
Het is nog steeds een open zenuw in de onafhankelijkheidsgeschiedenis van Suriname; Henck Arron die tijdens de verkiezingscampagne van 1973, met geen woord sprak over onafhankelijkheid, maar wel nadat hij premier werd, met zijn regeringsverklaring van februari 1974, heel het land verraste met de mededeling dat Suriname ultimo eind 1975 onafhankelijk zou worden. Zelfs gouverneur Ferrier wist dit niet. Pronk en Den Uyl wisten dit echter wel, blijkt uit de aantekeningen van de auteur en dit feit is nieuw voor mij. NPS-oppositieleider Arron was in januari 1972, privé op bezoek in Nederland. In een informele ontmoeting deelde hij zijn plan met Pronk en Den Uyl. ‘Hij zou van de onafhankelijkheid van Suriname geen verkiezingsthema maken, maar in de campagne vooral binnenlandse problemen aan de orde stellen.’ Als hij premier zou worden, ‘zou hij direct daarna het tijdstip bekend maken waarop Suriname volledig onafhankelijk diende te zijn. Dat tijdstip zou midden in zijn regeringsperiode liggen, waarschijnlijk nog in 1975.’ 

Pronk en Den Uyl weerhielden hem niet van zijn plan en pleitten juist voor zorgvuldig overleg met de oppositie in Suriname en met de Nederlandse regering. De verkiezingscampagne, zagen zij als iets van Arron zelf. ‘Bovendien wisten we dat een parlementaire meerderheid in de Staten formeel zou voldoen om een beslissing van de Surinaamse regering om de onafhankelijkheid uit te roepen, een wettige basis te verschaffen’, aldus Jan Pronk.

Heeft deze entre nous-ontmoeting een paar maanden later niet bijgedragen aan de formulering in de regeringsverklaring van het kabinet Den Uyl dat in mei 1973 aantrad? Hierin staat: ‘Suriname en de Nederlandse Antillen worden binnen de komende regeringsperiode, dat wil zeggen voor eind 1976 onafhankelijk.’ Weer een paar maanden later kwam in november 1973 het kabinet Arron aan de macht. Nu begrijp ik waarom Pronk en Den Uyl zich zo hebben ingespannen om VHP- oppositieleider Lachmon zowel in Suriname als in Nederland altijd apart bij te praten over hun besprekingen met de Surinaamse regering. Arron had tot een week voor 25 november 1975 geweigerd Lachmon deelgenoot te maken van de weg naar onafhankelijkheid. Dit gebeurde pas na aanname van de grondwet in de Staten van Suriname. Als dank nam Arron Lachmon mee naar de Verenigde Naties om Suriname op 4 december 1975 in te schrijven als 144ste lidstaat. Na terugkeer was het weer business as usual tussen oppositie en coalitie in de Staten van Suriname.

Na het thema onafhankelijkheid doet Pronk in 16 volgende hoofdstukken verslag van zijn belevenissen tot aan het moment dat president Wijdenbosch hem de pas afsneed, omdat Suriname eerst met premier Kok wilde praten. Die wens werd door de verkiezingen van mei 2000 ingehaald.

Een uitgebreidere boekbespreking treft u in de bijlage.

Jan Pronk – Suriname van wingewest tot natiestaat is uitgebracht door LM Publishers in Volendam en kost €29,50. Meer info: www.lmpublishers.nl
pdf-icon.gif Recensie_-Suriname_van_wingewest_tot_Natiestaat_-Jan_Pronk.pdf                
Advertenties