VHP en NPS-fractieleden naar rechter om wet op te schorten
27 Mar 2020, 12:00
foto


Fractieleden van de VHP en de NPS hebben een kort geding aanhangig gemaakt tegen de Staat Suriname. De Assembleeleden willen via de rechter gedaan krijgen dat de Wet Controle Valutaverkeer en Transactiekantoren wordt opgeschort. De wet mag geen rechtskracht hebben totdat het Constitutioneel Hof een oordeel geeft over de (on)grondwettelijkheid hiervan. 

De wet is op 23 maart afgekondigd en intussen ook in werking getreden. Het kort geding via Gerold Sewcharan is ingediend door Asiskumar Gajadien (VHP), Patricia Etnel (NPS), Riad Nurmohamed (VHP), Marlon Budike (NPS), Jitendra Kalloe (VHP) en Djoties Jaggernath (VHP). De initiatiefnemers van deze wet hebben volgens de Assembleeleden een geheel nieuwe wet met een andere naam goedgekeurd dan waarvoor ze waren geconvoceerd. Er is tijdens de vergadering van De Nationale Assemblee geprotesteerd hiertegen. Gevraagd is om de vergadering te verdagen opdat zij zich konden buigen over de nieuwe voorstellen. Dit is echter niet gebeurd. 

Gajadien zegt aan Starnieuws dat het kort geding is ingediend omdat de leiding van De Nationale Assemblee op geen enkele wijze rekening heeft gehouden met hun rechten. De Assembleeleden hebben geen ruimte gekregen om de nieuwe en ingrijpende voorstellen te bestuderen en te bespreken met relevante stakeholders. De wet is volgens de Assembleeleden in strijd met artikel 52 van de grondwet. De Assembleeleden stellen dat zij niet hebben kunnen deelnemen aan de totstandkoming van de wet, die enorme negatieve gevolgen heeft voor het maatschappelijk leven in Suriname. 

Tijdens de stemming is ook aangegeven dat er gestemd wordt over de Wet houdende wijziging van de Wet Toezicht Geldtransactiekantoren S.B. 2012, no. 170. "Hieruit volgt dat niet in stemming is gebracht de Wet van ... houdende regels met betrekking tot verdere ordening van valutatransacties en het valutaverkeer, Wet Controle Valutaverkeer en Transactiekantoren," voeren de Assembleeleden aan. De president heeft echter wel de wet met de nieuwe naam afgekondigd. Op basis hiervan stellen de verzoekers dat wet niet is afgekondigd op basis van de bepalingen in de grondwet. Ook is de oorspronkelijke wet die gewijzigd is, niet ingetrokken. Nu zijn beide wetten in werking die de zelfde zaken regelen. De nieuwe wet is volgens de indieners ook strijdig met het Amerikaans Verdrag oor de Rechten van de Mens en het Internationaal Verdrag Burger- en Politieke Rechten. Ook de burgerrechten zijn volgens de indieners geschonden. 
Advertenties