Column: Politieke Borrelpraat (PBR) deel 43

“ Ai boi, dat was me een week; het leek alsof al onze emoties naar boven kwamen.”
“Werkelijk, wat een massa bij de uitvaart van Turbo en Wesje.”
“Als we rouwen, doen we dat met volle overgave.”
“En meestal vergeten we ook met volle overgave.”
“Maar Basis go wan unieke action, hij heeft met volle overgave gezongen voor die jongens.”
“Ai, wat zong hij?”
“Hori faste san joe habi.”
“Jij bent dronken, dat zou Ronald eerder zingen.”
“Zie je die stijve hark bij een uitvaart zo spontaan zingen?”
“Laten jullie m’n Ronald; hij weet tenminste wat het protocol voorschrijft en wat niet.”
“Basis zong: In de hemel aan de andere zijde.”
“In DNA zingt hij een ander lied.”
“Daar vraagt hij uitstel van beantwoording.”
“Mijn Ronald zou direct antwoorden, dat van’em.”
“Daarom zit hij met de restanten van zijn kies-cluppie nu in de oppositie alles aan te zwengelen, wat sullie in meer dan vijftien jaren onmachtig waren te doen.”
“Ik ben benieuwd wat jouw Delano de Assemblee allemaal zal antwoorden. En z’n regering heeft tot nu toe ook niet veel tastbaars opgeleverd.”
“Of wordt het ook een zangnummer: Djai, djai, djai Sarna-ha-haam, djai...”
“Sjaak, niet zingen, je weet dat toch?”
“Basis heeft gelijk: alleen maar poppenkasterij, daar.”
“Was z’n opvlamming te Redi Doti ook een poppenkasterij?”
“Dat was een Kasiri-kasterij.”
“Maar heren, effe serieus, laten we eerlijk zijn, die verhoogde benzinetake vermoordt de armen in dit land, alle prijzen stijgen.”
“En die ene handelaar is tot bij de VeePee gaan klagen dat zijn klanten nu elk dubbeltje tien keer omdraaien en geen parfum en dat soort luxe-dingen in z’n marktwinkel kopen, alleen het hoognodige.”
“Dat is toch goed? Dat à-la-dol kopen en handelaren vet mesten kon toch niet eeuwig zo doorgaan?”
“Maar toen die babyvoeding zo duur daar werd verkocht, zei niemand wat. Nu levert een andere handelaar via de RGD-poli’s voor de helft van de prijs. Waarom kon dat vroeger niet? Daarover praat die handelaar niet.”
“Dat is handel.”
“Sorry, dat is ‘mis-handel’.”
“En hoe vinden jullie deze: autohandelaren zijn bij VeePee gaan klagen: hun verkopen zijn drastisch teruggelopen.”
“Jeetje, wat eeerg, oooh, wat eeeerg, moeten we huilen?”
“Ja, spot ermee. Als je bij eentje zou werken en straks ontslagen zal worden, zou je anders kraaien.”
“Ik zou ervoor zorgen dat ik als ondernemer en werknemer in de goede tijden flink gespaard en in andere branches geïnvesteerd had, dan zou ik m’n autobisnis afbouwen en dat terrein en opstallen voor een Chinees verhuren. Haw-maw kaw law, naw, naw!”
“Alleen maar klagen, maar Lanti moet wel alles bekostigen. Hoe doet de overheid dat zonder geld?”
“Een Amerikaanse vriend van me typeerde ons land een tijdje terug zo mooi: Surinèm, a country were the people are rich and the government is poor.”
“Kijk hoe de overheid elke maand de salarissen van de ziekenhuizen voorschiet.”
“De ligdagtarieven moeten omhoog.”
“Dat is niet de oplossing! In bepaalde ziekenhuizen is het een vreet-na-pot, van specialisten, doktoren, apotheekpersoneel tot in de keuken wordt er gesnapt en gesnaaid, volgens dat geaccepteerd crimineel principe: pè jè wroko, drape joe’m njang.”
“Kijk dat voer dat je als patiënt in het ziekenhuis te bikken krijgt, terwijl je juist op krachten moet komen; ik zou dat mijn huisdieren zelfs niet geven.”
“Hé Jules, overdrijf je nou niet een beetje?”
“Vraag aan elke ex-ziekenhuispatiënt hoe ze het eten vonden.”
“Soep met ballen.”
“Je bedoelt waterige soep met lala-meti nanga soso bonjo. De rest gaat mee naar huis.”
“Als familie niet tijdens het bezoekuur eten brengt, waren velen aan ondervoeding in hun ziekenhuisbed gestorven.”
“Weer een alcoholische overdrijving.”
“Als ze de ligdagtarieven toch verhogen, en stel, even afkloppen tegen m’n glas sopi, ik moet opgenomen worden, dan boek ik voor hetzelfde geld een hotelkamer met tv en gezond, krachtig en smakelijk eten.”
“Met ook een lieve verpleegster voor de massage, zeker.”
“En als je ordening in deze chaos wil brengen, gaat men in staking, want je komt aan verworven rechten.”
“Daarom willen ze koet-ke-koet die van het Diakonessenhuis eruit hebben; daar is die vreet-na-pot afgelopen.”
“Percey Olieve heeft gelijk; een paar jaar terug zei hij over de radio dat dit volk een aangeboren neiging tot anarchie heeft. We willen geen ordening, we willen ons niet aan regels houden. Kijk dat lawaai dat buschauffeurs maken nu TCT de eindhaltes in de binnenstad wil ordenen.”
“En vinden jullie het niet verschrikkelijk dat de interim-manager van Surpost zegt dat hij het niet erg vindt dat bezittingen van het bedrijf worden geveild?”
“Vind jij het dan niet erg dat een directie daar een flagrante miskoop heeft gedaan en de RvC dat heeft toegestaan, en dat het bedrijf nu met een miljoenenschuld in US-dollars zit? Dat mag wel?”
“Ik zou degene die die koop van dat pand is aangegaan, ook veilen; laat hij tot het einde van zijn aardse bestaan deze schuld aflossen. Simpel ontslag is geen straf!”
“Dat geldt dan ook voor die Raad van Commissarissen die nu bij de rechter ‘no sabi’ speelt. Waarvoor ben je dan RvC? Juist om te voorkomen dat dit soort mis-handelingen plaatsvinden, toch?”
“Maar nee, men zit vaak in RvC’s om dik betaald te worden, allerlei eigen belangen te behartigen en met de directie onder één hoedje te spelen.”
“Zeg weer onverantwoordelijke dingen.”
“Volg die rechtszaak tegen Surpost goed, dan ga je zien of ik zomaar dingen zeg.”
“En er zijn nog ettelijke van dit soort staatsbedrijven waar directies en RvC’s dik verdienen, het personeel nauwelijks wat uitvoert of uit te voeren heeft en de staat maar geld van de belastingbetaler erin pompt.”
“If wan sneesie fin’a heri Surpostlokatie tapoe Kerkplein, niet alleen dat parkeerterrein, boi, ie bo sjie activiteit drape.”
“Nou, aan d’overkant is eentje al een tijdje bezig een vijf of zes verdiepingsding op te zetten.”
“Dat kon wel, ondanks de monumentenwet, maar net om de hoek, aan de overkant van Roeppie Rammie, mocht volgens diezelfde monumentenwet het oude pand van Novelty Store niet gesloopt worden.”
“Ouwe troep moet blijven staan rotten en de eigenaar moet miljoenen voor de restauratie dokken, net als die rommel aan de Waterkant, aan d’overkant van Brotjie.”
“En Ston Oso bij Kwakoe.”
“Die hele zooi daar wegdozeren. We hoeven er echt niet aan herinnerd te worden waar slaven werden gevonnist. En de eigenaar toestemming geven daar een zesverdiepings stalen constructie neer te zetten. Dat is hartje stad, dat gezeur met allerlei wrakkige brandgevaarlijke en verwaarloosde gebouwtjes in het commercieel gedeelte van de binnenstad handhaven, leidt tot niets.”
“Totdat zwervers erin gaan wonen.”
“En de ene zwerver het gebouw met een slapende andere erin in brand steekt, om vijf srd.”
“Laat die monumentenstichting die restauratie toch op zich nemen, nee, daarvoor is er geen geld.”
“Heren, breaking news...”
“Prins William en z’n lach-prinses staan op scheiden, voortzetting van een familietraditie...”
“Zeur nou eens even niet, wil je. Nee, vakbondsleiders zijn boos op Robert VeePee. Die heeft gezegd dat werknemers een tweede baan moeten hebben om te kunnen overleven.”
“Oud nieuws, dat is al twintig jaar en langer zo en al die tijd hebben vakbondsleiders niets hiertegen kunnen doen.”
“Hoeveel van die leiders hebben de afgelopen twintig jaar van zeven tot minstens één full speed gewerkt?”
“Jullie zeuren, ze hebben gelijk; meerdere baantjes per persoon ontwricht het gezinsleven en vergroot de kans op uitbuiting.”
“Hebben ze dat anno 2011 pas door? Ej, geef me een grote brik. Laat ze eerst een minimumloon en waardevaste pensioenen erdoor krijgen, dan pas geloof ik weer ik vakbondsleiders.”
“Zal een verenigde vakbeweging dat van de regering kunnen afdwingen?”
“Echt niet; ze willen andere belangen gaan regelen. Niets is zo verdeeld als onze vakbeweging. Vandaar de stelselmatige achteruitgang van de arbeidende klasse.”
“Heren, ik ga. Morgen wil ik op Arbeidersdag buiten de stad gaan arbeiden.”
“Ja, we kennen dat. Met een icebox vol djogo’s.”
“Daarom had je op nog een vrije dag gehoopt.”
“In plaats dat je als arbeider om meer werkdagen vraagt, dan komt er meer productie, dan kunnen de arbeiders eerder een extraatje krijgen.”
“Ik zoek meer een extraatje voor mijn benzinetank, goeienavond.”

Rappa