De Internationale Dag der Inheemse Volken is spiritueel ingeluid met de Tamusji-ceremonie bij zonsopkomst, gevolgd door swit’watra wasi’s. (Foto’s: Ranu Abhelakh)
De Internationale Dag der
Inheemsen Volken is vanochtend weer spiritueel ingeluid met de Tamusji-ceremonie bij zonsopkomst. Naast de
rituelen met gebed, zang, dans, volgden korte boodschappen van inheemse
cultuurleiders. De emoties liepen hoog op en er vielen tranen; de eenheid is
zoek onder de inheemsen!
Het is iets na vijf uur in de ochtend,
wanneer Anesta Jagendorst van Bigi Poika met de preparaties start van haar
verschillende swit’watra’s. Voordat de eerste zonnestralen zichtbaar worden,
start zij samen met de overige cultuurkenners, de vuur- en rookceremonie met
het opsteken van de sigaren en een houtvuurtje. Iedereen richt het gezicht naar
het oosten waar de zon opkomt en kijkend naar de hemel, gaan zij in gebed. Er
wordt gebeden voor welvaart en welzijn van eigen land en volk, bescherming voor
de Braziliaanse inheemsen en gesmeekt om eenheid onder de inheemsen.
"De tweedracht die nu heerst, is niet
prettig. Er is een duidelijke splitsing en ik keur het helemaal af",
begint Jagendorst haar boodschap na de ceremoniën. “We zijn Kaliña, Lokono,
noem maar op en je kunt Creool, Hindoestaan, Marron, etc. zijn, maar we zijn één”, lucht zij haar hart op deze voor haar
bijzondere dag. Zij vindt het niet zinvol om in gebed te gaan, terwijl
inheemsen bewust problemen onder elkaar veroorzaken. “We zijn niet eerlijk,
rein en oprecht met elkaar bezig en dit moet veranderen.”
De aanwezige inheemsen schijnen precies
te begrijpen waar Jagendorst het over heeft. Robins Anoewaritja van SV Paremuru
knikt instemmend. Hij vertelt dat er tegenpolen zijn binnen de verschillende
inheemse organisaties en verwijst naar de viering in de Palmentuin, die in
‘twee blokken’ is verdeeld. De activiteiten staan onder toezicht van twee
verschillende organisaties die elk hun ding doen. “Jammer, we moeten met elkaar
praten en een eenheid vormen.”
Jocelyne Aluma van de Stichting Amazone Markt en Organisatie van
Inheemsen in Suriname, leidt een deel van het Palmentuin-blok. Ze liet haar
tranen de vrije loop. De jaarlijkse organisatie van de Internationale Dag der
Inheemsen Volken vergt steeds meer inspanning en kracht van haar. “Het lijkt
wel een beproeving. Maar zolang ik
merk dat wij als groep nog niet daar zijn, zal ik mij inzetten voor alle werk.”
Aluma roept dan ook iedereen op om de eenheid te vormen, “om te bundelen,
onszelf te versterken en te strijden voor de erkenning als een Inheems volk.”
Naast de organisatorische splitsing, zegt Anoewaritja, dat de inheemsen ook verdeeld zijn als het gaat om ‘economische zones’ in hun
gebieden. Ontwikkeling is nodig, “maar laat die tot stand komen via samenspraak
tussen dorpsgemeenschappen en de overheid”. Hij respecteert ieders politieke
keuze, maar de politieke verdeeldheid zorgt ook voor confrontaties binnen de
gemeenschappen en de ontwikkelingsgedachte.
Na de emotionele boodschappen en oproepen voor eenheid, geven de
inheemsen elkaar stevige brasa’s. Zij
feliciteren elkaar met de dag, vragen vergiffenis voor het afgelopen jaar en
doen beloftes voor de komende periode. Sommigen laten ook tranen vallen.
Jagendorst merkt op dat kracht niet alleen geput kan worden uit gebed en zang.
Inheemsen moeten ook geloven in de kennis van hun voorouders. “We moeten die
respecteren en behouden, want dat is onze kracht.”
Het is dan het moment om de natuurlijke kracht over zich heen te
krijgen via een wasi. Jagendorst is al
twee jaar hiermee belast. De aanwezigen kunnen kiezen voor tulala-watra met magische planten en kruiden
of een geurig bloemenmengsel, “of beide”, zegt Jagendorst, “ze werken
aanvullend”. De watra’s hebben elk een
eigen positief doel: problemen of hebi’s
weghalen of zijn krin skin en yeye versterkend voor een vredig gevoel.