Missie legt basis voor hechte samenwerking met Ghana
22 Jul 2019, 22:19
foto
Minister Edgar Dikan en zijn delegatie krijgen bij aankomst op de Johan Adolf Pengelluchthaven een groots ontvangst. (Foto's: RO/NII)


De missie van minister Edgar Dikan van Regionale Ontwikkeling (RO) naar Ghana is goed verlopen. Er zijn afspraken gemaakt met de Ashanti koning Otumfuo Osei Tutu II. Deze afspraken moeten nog worden uitgewerkt. “De basis is gelegd voor een hechte samenwerking tussen Kumasi (Ghana) en Suriname. We zijn tevreden,” zei Dikan zondag bij terugkomst op de Johan Adolf Pengelluchthaven.

Dikan was op de missie vergezeld door de Gramans Albert Aboikoni (Saamaka) en Lesly Valentijn (Matawai) en de hoofdkapitein John Lesina (Ndjuka). De delegatie bestaande uit vijfentwintig personen, onder wie stafleden van het ministerie, directeur Wensley Misiedjan van het Directoraat Duurzame Ontwikkeling Afro-Surinamers Binnenland, districtscommissaris Kenya Pansa en afgevaardigden van het Traditioneel Gezag (TG), was 10 juli vertrokken.

De delegatie was op uitnodiging van de koning van het Ashanti-koninkrijk in Ghana. Otumfuo Osei Tutu II had bij zijn bezoek vorig jaar aan Suriname, het traditioneel gezag van de Afro-Surinamers in het binnenland uitgenodigd, om erbij te zijn wanneer hij dit jaar het feit herdenkt dat hij twintig jaren op de troon zit. De Granmans hebben de koning uitgenodigd nog eens naar Suriname te komen en bij die gelegenheid niet in Paramaribo, maar in het binnenland te logeren.

Valentijn zegt dat er onder meer is gesproken over onderwijsmogelijkheden voor Surinaamse kinderen in Ghana. “De koning heeft laten weten dat hij graag terugkomt en dan de gast wil zijn van de Granmans in het binnenland. Hij wil zien hoe het dorpsleven in Suriname ervan binnen uitziet en hoe hij een handje kan helpen.” Valentijn gelooft dat de voordelen van de relaties met de Ashanti-koning op termijn zullen blijken.

Aboikoni meent dat de overeenkomsten tussen de Ashanti’s en de Afro-Surinamers in het binnenland een herbevestiging zijn dat hun voorouders daar vandaan komen. Hij zegt dat het nu aan de stamhoofden in Suriname ligt om in solidariteit met elkaar te overleggen en als eenheid te reageren op het broederlijke hulpaanbod van Otumfuo Osei Tutu II. Aboikoni zal bij terugkeer in zijn residentie te Asidonhopo, zijn ervaringen delen met de rest van de stamleiding en zijn stamleden.

Lesina was de afgevaardigde van Granman Bono Velantie, de Ndjuka granman, die vanwege gezondheidsreden niet kon afreizen. Lesina’s vreugde over het aanhalen van de historische en culturele verbondenheid, werd op momenten afgewisseld met emoties bij de herinneringen aan de wonden die zijn geslagen door de slavernij, meldt de voorlichting van RO, via het nationaal Informatie Instituut. Lesina wil verslag doen aan Granman Velantie voordat hij zijn verhaal publiekelijk deelt.    
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May