Ritfeld kent militair die op 8 december 1982 weigerde te schieten

"Ik ken de naam van de militair die op 8 december 1982 had geweigerd om te schieten op de gevangenen. Zijn naam is genoemd door advocaat Gerard Spong. En intussen weet ik wie de militair is. Ik zie een witte vlek in deze zaak". Dit zei Edgar Ritfeld vandaag op Boxel aan journalisten nadat hij als getuige a decharge gehoord was door de krijgsraad in het 8 december strafproces. Hij was opgebracht door Irwin Kanhai, raadsman van hoofdverdachte Desi Bouterse.

Tijdens de zitting vroeg Kanhai hem of hij samen met zijn cliënt plannen beraamd had om mensen op te pakken en te vermoorden. Dit werd ontkend door Ritfeld die ook verdachte is in deze zaak. Hij wordt ervan beschuldigd Surinder Rambocus uit de gevangenis te hebben gehaald. Ritfeld vindt het erg dat zijn naam voorkomt op de lijst van verdachten. "Ik heb niks met deze zaak te maken. ik was op 7 december op owru yari bij mijn zus die op 8 december jarig is", aldus Ritfeld.

Hij heeft als dertiende militaire officier bedankt toen de voormalige bevelhebber Bouterse twaalf collega's de wacht had aangezegd. Ritfeld was Compagnie Commandant in de Memre Boekoe kazerne. "Ik vind het erg dat ik twee jaar lang niet ben opgeroepen en word ik gehoord als getuige. Ik wil dat er een uitspraak komt, want een moordzaak kan niet zo lang duren. Ik wil mijn naam gezuiverd hebben", aldus Ritfeld.

Hij wilde niet zeggen wie de militair is die op 8 december 1982 weigerde te schieten. "Hij moet worden beloond want hij is de enige die de weet waar een dienstopdracht aan moet beantwoorden. Hij weet dat je geen wapen kan richten op onschuldigingen", aldus Ritfeld. Hij merkt op dat de militair hem ook kent.