Regering moet 3 jaar wachten op verhoogde productie Staatsolie

De regering zal pas in 2014 mogen rekenen op een eventuele verhoogde productie van Staatsolie. Productieverhoging waar minister Jim Hok van Natuurlijke Hulpbronnen op heeft aangedrongen, komt volgens Staatsoliedirecteur Marc Waaldijk niet uit de lucht vallen en dat beslis je niet zomaar.

“We hebben er alle begrip voor dat vanuit de regering de eis is dat alle productiebedrijven maximaal produceren. Dat is begrijpelijk maar ik moet u ook uitleggen hoe dat produceren gaat”, zegt Waaldijk.

De Staatsolietopman legt uit dat enkele jaren terug de maatschappij bewust heeft gekozen om de productie stationair te houden op 16.000 vaten ruwe olie per dag. “Dat is bewust zo gedaan, omdat we eerst meer reserves willen toevoegen. Handhaven van de 16.000 barrels per dag betekent 80 tot 100 bronnen aanboren en tegelijkertijd US$ 40 miljoen per jaar investeren. “Handhaven betekent dus niet dat we niets doen. Het is hard werken. Daar zijn heel wat mensen mee bezig. Mensen komen en gaan. Je moet op zoek gaan naar investeerders. Grote maatschappijen zijn niet geïnteresseerd in on-shore maar wel in off-shore”, legt Waaldijk uit.

Op zoek naar reserves

Volgens de topman van Staatsolie hoeven de regering en ook de maatschappij niet ontevreden te zijn. “Gelukkig zijn het goede jaren geweest. We hebben als maatschappij in vijf jaar tijd US$ 1 miljard uitgekeerd aan de overheid. We kunnen dat handhaven in de toekomst. Voor dit jaar gaan we US$ 200 miljoen aan de overheid geven. Dus het is significant”, zegt Waaldijk. Hij geeft verder aan dat de oliemaatschappij nu bezig is te zoeken naar andere reserves. "De investeringen liegen er niet om, maar houden ook een risico in. In een tijdbestek van vier jaar hebben we US$ 85 miljoen uitgetrokken om aan exploratie (onderzoek naar nieuwe olievoorkomens) uit te geven. Het is een heleboel geld, maar belangrijker: het is risicokapitaal. Het betekent geen garantie dat je olie vindt."

Waaldijk illustreert dat in de afgelopen dertig jaar tussen US$ 250 miljoen tot US$ 300 miljoen is uitgegeven aan onderzoek naar nieuwe olievoorkomens. “We hebben geen druppel gevonden. Dat kapitaal is verloren gegaan. Maar dat is de business. Gelukkig is het niet ons kapitaal maar van partners en investeerders. De contracten die we sluiten worden zo gemaakt dat pas als onze partners en investeerders olie vinden wij mogen participeren. Dan kunnen zij hun kosten aftrekken. Ik denk dus dat de regering moet kijken naar 2014 en niet naar de korte termijn”, zegt Waaldijk. Staatsolie heeft de hoop gevestigd op het vinden van olie in Coronie en Nickerie. “But it takes time”, zegt Waaldijk. Hij legt uit dat de oliebusiness zeer complex en technologisch is. Er zijn veel hoog opgeleide mensen nodig om gericht en effectief te werk te gaan.

(Wilfred Leeuwin)