SFB: Nieuwe Accountantswet ondergraaft zichzelf
04 Oct 2018, 16:47
foto
Roy Shymnarain, voorzitter van de Surinaamse Federatie van Belastingadviseurs.


De door De Nationale Assemblee (DNA) dinsdag goedgekeurde wet houdende regels voor het accountantsberoep en instelling van het Instituut voor Chartered Accountants (Accountantswet), ondergraaft feitelijk gezien het ‘publieke belang’ dat de wet juist beoogt te beschermen. Dat is de mening van de Surinaamse Federatie van Belastingadviseurs (SFB). Voorzitter Roy Shyamnarain zegt aan Starnieuws dat de SFB enkele zorgpunten heeft over sommige bepalingen en vraagt DNA daarom ontvangen te worden om die zorgpunten nader toe te lichten.

De SFB betreurt het dat DNA niet eens de moeite heeft genomen om te reageren op een brief, die de organisatie als directe belanghebbende in aanloop naar de behandeling van het wetsontwerp heeft geschreven. In de brief van 28 september 2018 zegt de SFB dat zij als beroepsorganisatie van in Suriname werkzame fiscale dienstverleners, de inspanningen toejuicht om via regelgeving ordening te brengen in de financiële sector in het algemeen en in de dienstverlening van de op dit gebied werkzame professionele dienstverleners in het bijzonder.

Wet ondergraaft publieke belang
De SFB vindt dat de in het wetsontwerp gegeven definities van accountant, accountancy, ‘accountantskantoor en de omschrijving van de overige werkzaamheden van de accountant, feitelijk gezien op gespannen voet staan met het ‘publieke belang’ dat het wetsontwerp beoogt te beschermen en dit belang zelfs dreigen te ondergraven. Daarbij wijst de SFB onder andere op de in de preambule opgenomen overweging dat het wetsontwerp gezien moet worden in verband met de noodzaak om de beroepsuitoefening van accountants in Suriname te reguleren, teneinde een gedegen en integere beroepsuitoefening te garanderen (..).


Ongeoorloofde concurrentie
Behalve het gevaar voor een ‘integere beroepsuitoefening’, biedt de in de wet ‘beschermde’ positie van de ‘accountant’, samen met de mogelijkheid dat hij ook ‘overige werkzaamheden’ mag verrichten, volgens de SFB aan de accountant een ongewenste concurrentie-voorsprong ten opzichte van de in Suriname werkzame belastingadviseurs.

In de praktijk begint het werk van de belastingadviseur waar het werk van de accountant eindigt, stelt Shyamnarain. Fiscale zaken behoren tot de competentie van de belastingadviseur, die daarvoor een gerichte en gedegen opleiding heeft gevolgd en vanuit een voldoende onafhankelijke positie, de belastingplichtige over zijn fiscale positie kan adviseren en zijn fiscale werkzaamheden voor hem kan verrichten.

De SFB had daarom graag gezien dat er in de wet duidelijkheid wordt gegeven over welke overige werkzaamheden van de accountant (of zijn kantoor) wel of niet verenigbaar zijn met de integere beroepsuitoefening, die de wet beoogt te bereiken.

Behandeling in DNA
Tijdens de behandeling van het ontwerp in DNA maakte Amzad Abdoel, de voorzitter van de commissie van rapporteurs, er melding van dat de commissie een brief van de SFB had ontvangen en dat de inhoud daarvan in een amendement op het oorspronkelijk wetsontwerp was meegenomen.

Bij de beantwoording door minister Stephen Tsang van Handel, Industrie en Toerisme (HIT), bleek echter dat er niets uit de brief van de SFB was overgenomen en dat de minister juist een pleidooi hield voor de accountants, die ook zo uit de mond van SUVA-voorzitter Robert van Trikt had kunnen komen.

De minister zag geen gevaar voor ‘een integere beroepsuitoefening’ door de accountant, als deze naast de zogenaamde ‘zuivere’ accountantswerkzaamheden ook ‘overige werkzaamheden’ voor een opdrachtgever zou verrichten. Hij vond het daarom ook niet nodig om in de wet nader te definiëren welke ‘overige werkzaamheden’ de accountant wel of niet zou mogen verrichten.

Hierover zei de minister dat “de accountant zelf verantwoordelijk is om zijn onafhankelijkheid te waarborgen en daarom bij het uitvoeren van een opdracht eigenlijk voor zichzelf zal moeten nagaan of er daarin bedreigingen zijn voor zijn onafhankelijkheid.”

Bevestiging gevaar voor het publieke belang
Shyamnarain ziet in de beantwoording van de minister van HIT juist een bevestiging van het door zijn organisatie gesignaleerde gevaar voor ondergraving van het publieke belang. “Dat publieke belang verdraagt zich niet ermee dat zoiets essentieels als de onafhankelijkheid van de accountant, aan het persoonlijk inzicht en het belang van de individuele accountant wordt overgelaten.”

Het is volgens Shyamnarain verder tekenend dat de minister vindt dat “de accountant, meer dan welke andere professional dan ook, in staat is om problemen op onder andere het gebied van de fiscaliteit, te signaleren en op de meest economisch rationele manier hiervoor oplossingen aan te dragen.” Die deskundigheid op het gebied van de fiscaliteit, zou de accountant volgens de minister hebben, omdat belastingrecht ook tot het vakkenpakket van de opleiding tot accountant behoort.

Shyamnarain zegt niet de bedoeling te hebben om met wie dan ook in polemiek te treden over curricula van de verschillende opleidingen. “Maar het lijkt mij hoogst merkwaardig dat, om het enkele feit dat de accountant in zijn opleiding een paar uur belastingrecht heeft gevolgd, dat hem in de ogen van de minister van HIT maakt tot een bij uitstek deskundige op het gebied van de fiscaliteit.”

“Bedrijfseconomie en Boekhouden nemen ook een heel belangrijke plaats in in de studies fiscaal recht en fiscale economie, maar dat maakt toch nog niet dat de fiscalist zich ook als accountant mag uitgeven? Neen, wij houden ons bij onze leest. En het zou toch mooi zijn als de initiatiefnemers met deze wet ervoor konden zorgen dat ook de accountant zich bij zijn leest houdt? Want dat zou uiteindelijk maken dat wij met z’n allen dichterbij komen bij waar het allemaal om begonnen is en wat oorspronkelijk ook de kerngedachte van de Accountantswet is. Namelijk dat de accountant ten behoeve van de gemeenschap zekerheid moet verschaffen met betrekking financiële informatie.”
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May