Ied-ul-Adha: Vraag naar vlees groter dan aanbod
23 Aug 2018, 07:12
foto
Gemeenteleden bezig met het verwerken van het vlees. Een derde deel is bestemd voor de gelovigen die het dier hebben aangeschaft. (Foto's: René Gompers)


Onderdeel van Ied-ul-Adha is dat de gelovigen hun offer, schaap of rund, onderling én met de arme mensen delen. Bij sommige moskeeën hadden zich al vroeg rijen gevormd terwijl het vlees pas in de middaguren is verdeeld. Gemeentes hebben geprobeerd om zoveel mogelijk de arme mensen tegemoet te komen maar helaas, niet iedereen kon een pakketje rundvlees krijgen. Het offeren van vlees duurt meerdere dagen, afhankelijk van de grootte van de gemeente.

Een derde deel van het vlees gaat naar de gelovigen die het dier hebben aangeschaft. Zeven gelovigen schaffen een stier of een schaap aan. De laatste jaren kost het meer moeite vanwege de economische crisis, maar dat weerhoudt de moslims niet om hun geloof naar het woord te belijden. Na de kopers krijgen de gemeenteleden die hebben geholpen met het slachten, verwerken en ander werk hun deel. Daarna komen de ‘buitenstaanders’ aan de beurt; veelal de arme mensen uit de buurt en personen die het moeilijk hebben door ziekte of een gebrek. De offervaardigheid van de moslims wordt landelijk gedemonstreerd.

Bij de grote moskee van de Surinaamse Islamitische Vereniging (SIV), had al vroeg een groep mensen zich verzameld bij de hoofdpoort. Op een gegeven moment dreigde het uit de hand te lopen in de middag. Een fotojournalist is enkele momenten gestopt met het schieten van plaatjes om samen met medewerkers van de gemeente de mensen te bedaren. SIV-voorzitter Robert Bipat is het rumoer al gewend. “Dit jaar is het wat minder omdat we het beter georganiseerd hebben,” merkt hij op. “Normaal kwamen de mensen hier maar dan vochten ze onderling en werd het een chaos.” De vorige jaren werd de menigte op de binnenplaats toegelaten waar het vlees verdeeld werd. Dit jaar is gekozen om de mensen groepsgewijs naar binnen te laten. Eerst de mensen met een nummer en dan degenen zonder, zolang er nog vlees is.

Bij moskee Djama’ah Anshorullah in Paramaribo-noord is het offer al vroeg gedeeld. “Dit komt door het gezamenlijk gebed dat een dag eerder op het Onafhankelijkheidsplein is geweest,” legt voorzitter Abdul Kasanpawiro uit. “We konden eerder beginnen met slachten dit jaar en dus het vlees ook eerder delen.” Het is druk geweest, meer dan vorig jaar. Mogelijk komt dat door de crisis, merkt Kasanpawiro op.

Bij gemeente Mashid Nabawi op Combé is Tjoekoep Kasanpawiro de voorzitter. Hij vindt het jammer dat niet iedereen geholpen kan worden. Met het nummersysteem is er een zekere orde. En toch moet men bij het uitdelen van de nummers zo voorzichtig mogelijk zijn, geeft hij aan. Soms waren er hele gezinnen die nummers kwamen ophalen, geeft hij aan. Dit keer is alleen aan volwassenen nummers verstrekt om zoveel mogelijk mensen te kunnen helpen.

Bij Mashid Nabawi is het ook aardig druk geweest en hebben de ‘buitenstaanders’ de felle zon getrotseerd. Een vrouw gaat tekeer; ze vindt dat het nummersysteem niet goed werkt. De mensen hebben nog wat gemopperd en geklaagd voordat de poort is opengedaan en zij hun deel konden gaan ophalen. De lange rij is snel en vlot afgewerkt. Enkele mensen tonen hun dankbaarheid met een brede grijns en een luide “bedankt broeder!” Maar ook hier kan niet iedereen geholpen worden. Zichtbaar teleurgesteld verlaten de mensen de plek, sommigen blijven hangen in de hoop dat “wan san kan fadon ete.” De klagende vrouw mag als een van de eersten haar pakketje ophalen. Een uur later staat dezelfde vrouw bedeesd in de rij bij een andere gemeente. Sommige kleinere moskeeën maken bekend dat dit jaar wegens beperkt vlees buitenstaanders niet geholpen kunnen worden.

René Gompers
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May