Orange Day; Gender, Onderwijs en geweld tegen vrouwen
25 Jul 2018, 02:11
foto


Elke 25e van de maand wordt internationaal Orange Day herdacht en in dat kader is dit artikel geschreven. Er is getracht de lezer meer inzicht te verschaffen over het belang van onderwijs in het streven naar het elimineren van huiselijk geweld. Onderzoeken hebben getoond dat er een verband is tussen gender, onderwijsmogelijkheden en huiselijk geweld.

Wat is Orange Day?
In 2008 lanceerde de toenmalige VN-Secretaris-Generaal de UNiTE to End Violence Against Women campagne. In dit kader heeft de UNWOMEN de Orange Day campagne in het leven geroepen. Hierbij wordt het publiek opgeroepen elke 25e van de maand de omgeving oranje te kleuren met als doel aandacht te vragen voor geweld tegen vrouwen die ertoe leiden dat de politieke wil wordt vergroot om geweld tegen vrouwen te voorkomen en beëindigen en dat er meer middelen vrij worden gemaakt voor programma’s en projecten in dat kader.

Minister Mike Noersalim lanceerde de Orange Day campagne op 24 november 2015.
Volgens de Wet Bestrijding Huiselijk geweld is 'huiselijk geweld' als volgt gedefinieerd: Elke vorm van lichamelijk, seksueel, psychisch of financieel geweld dat wordt gepleegd door een persoon tegen een partner, kind, ouder, lid van het gezin of behoeftige, ongeacht waar het geweld plaatsvindt.
De UNICEF stelt: “Onderwijs is de sleutel voor de ontwikkeling van een kind én van een samenleving. Een kind dat goed onderwijs krijgt, krijgt kansen voor de toekomst. Daarom heeft ieder kind recht op goed onderwijs. Overal en altijd.”
Toch zijn er wereldwijd nog 63 miljoen kinderen die geen basisonderwijs genieten. 250 miljoen kinderen leren niet lezen en schrijven. Terwijl UNICEF praat over “ieder kind”, gaan slechts 50% van alle kinderen met een beperking naar school.

Onderwijs en geweld
In 2014 is er een onderzoek Women’s Level of Educationand it’s Effect on DomesticViolence in Rural Bangladesh verricht door Sarah Marium waarin de link tussen onderwijs en geweld is verklaard. Rigide culturen en patriarchale normen met name in Azië, Afrika en het Midden-Oosten zwakken de rol van vrouwen af en beperken het basisrecht van vrouwen tot onderwijs en dat kan resulteren in huiselijk geweld. Er kan worden verondersteld dat door grotere jaren van scholing vrouwen minder kwetsbaar worden.

In Suriname zouden we middels onderzoek ook kunnen kijken naar de verschillende gevallen van huiselijk geweld en hun oorzaken proberen te achterhalen. Uit cijfers van het Korps Politie Suriname blijkt dat de meeste slachtoffers van huiselijk geweld vrouwen en kinderen zijn. Om een gedegen uitspraak te kunnen doen of in Suriname opleidingsniveau wel invloed heeft op het voorkomen van huiselijk geweld, is het van belang te beschikken over data verzameld aan de hand van verschillende variabelen zoals sekse, leeftijd, district, scholingsniveau,inkomensniveau etc. van zowel de slachtoffers als van de plegers.

Gendermainstreaming Surinaams onderwijs
De regering geeft in diverse documenten zoals het Ontwikkelingsplan 2017-2021 en Het Sectorplan Onderwijs, blijk van de aandacht die zij heeft voor de vraagstukken gender, onderwijs en geweld tegen vrouwen.
De staat Suriname heeft in juli 2016 het vierde, vijfde en zesde gecombineerd CEDAW landenrapport ingediend bij de UNCEDAW Commissie. In dit rapport heeft Suriname met betrekking tot onderwijs aan de Commissie gerapporteerd over de bereikte resultaten, de problemen en uitdagingen. Het rapport is in 2018 in een constructieve dialoog tussen Suriname en de UNCEDAW Commissie is in 2018 besproken. Hieruit zijn er slotopmerkingen voortgevloeid, die thans door het Bureau Gender Aangelegenheden worden vertaald.

Vrouwen hebben opmerkelijke vooruitgang geboekt op alle onderwijsniveaus sinds de rapportage van 2002. Hoewel het beeld zeer positief is vanuit het perspectief van de inschrijving van vrouwelijke leerlingen en studenten op alle onderwijsniveaus, zijn er nog steeds enkele kwesties die overheidsaandacht op het gebied van gendergelijkheid in het onderwijs vereisen, waaronder verschillen tussen regio's.

Een ander punt is dat vrouwen voornamelijk zijn ingeschreven in door vrouwen gedomineerde gebieden van alle bestaande technische en beroepsopleidingen. Dus ondanks een hogere en betere prestaties in het onderwijs, zal ongelijkheid op de arbeidsmarkt blijven bestaan omdat vrouwen minder toegang hebben tot niet-traditionele banen en managementposities op alle niveaus, zelfs als ze hoger opgeleid zijn dan mannen (volkstelling van 2010).

Enkele andere uitdagingen zijn:
(a) De beperkte toegang voor meisjes met een beperking, en grote verschillen in inschrijvingspercentages in rurale en urbane gebieden, de slechte kwaliteit van basisscholen en het gebrek aan scholen voor secundair onderwijs in rurale gebieden;
(b) Het gebrek aan tweetalig onderwijs voor marron en inheemse meisjes en jongens;
(c) Hoge uitvalcijfers en afschrijving als gevolg van tienerzwangerschap en jonge moeders niet terug te keren naar de school;
(d) Het ontbreken van verplicht, alomvattend en op de leeftijd afgestemd voorlichting op school over seksuele en reproductieve gezondheid en rechten;
De CEDAW Commissie beveelt aan om:
(a) Het percentage vrouwen en meisjes op alle onderwijsniveaus te verhogen, rekening te houdend met de relatie tussen de onderwijskeuzes van vrouwen en meisjes en de eisen van de arbeidsmarkt;
(b) De kwaliteit en toegankelijkheid van scholen in rurale gebieden te verbeteren en instructies op school te geven in inheemse en tribale talen, met het oog op het verbeteren van de toegang tot onderwijs voor marron en inheemse meisjes en meisjes met een beperking;
(c) Toezicht mechanismen en sancties op te leggen om de afschrijving van zwangere meisjes van school te verbieden en de herintegratie van jonge moeders in het schoolsysteem faciliteert;
(d) Verplichte, op de leeftijd afgestemde en uitgebreide seksuele voorlichting te institutionaliseren;
(e) De leerplicht te verhogen tot 16 jaar voor meisjes en jongens.

Het ministerie van Binnenlandse zaken, met name het Bureau Gender Aangelegenheden, zal erop toezien dat stakeholders en de totale gemeenschap bekend zijn met de slotopmerkingen van de CEDAW Commissie en zullen de inspanningen van het ministerie zich voornamelijk richten op het betrekken van alle relevante stakeholders als partners bij de ontwikkeling en uitvoering van het genderbeleid . Dat Suriname toonaangevend mag zijn als land waar vrouwen en meisjes optimaal de kansen kunnen benutten die het onderwijs biedt om ook zo geweld tegen vrouwen tegen te gaan.

Drs. Melisa T. Deel
Advertenties

Monday 06 May
Sunday 05 May
Saturday 04 May